(Zonder) Beurskater
In de jaarlijkse hoogmis van de Vlaamse auteurs en uitgevers, ook wel Antwerpse Boekenbeurs genoemd, werd zopas het “Dominus vobiscum” uitgesproken. Antwoorden de lezers overtuigd met “Et cum spiritu tuo” ?
In 1960 debuteerde de amper 20-jarige Marc Andries bij de prestigieuze Nederlandse uitgeverij De Bezige Bij. Prompt zwierf de jongeman uit Duffel schrijvend door Amsterdam en Ibiza, maar hij metamorfoseerde gaandeweg in het tegendeel van de artistieke bohémien. Hij schopte het tot communicatiemanager bij Agfa-Gevaert Internationaal. Sinds hij recentelijk koos voor een vervroegde uitstap, weidt hij zich weer volop aan het schrijven. De eerste vrucht daarvan is De jaren, een bevreemdende roman over de problematische jeugd van Mathias Pikaar, die op dezelfde datum geboren werd als de auteur. Een autobiografie werd het evenwel niet, wel een eigenzinnige, origineel ingekapselde en tragikomische verkenning van een bekend thema : de corrumperende impact van de maatschappij op jong idealisme. Een (her)ontdekking. CP Literair, 263 blz., 895 fr. .De grote surprise-act tijdens het jongste literaire Laudamus was de debuutroman van BRTN-ankerman Bavo Claes. De etherische wikkel rond Kraai past perfect bij de precieuze stijl. Een nieuwslezer zit aan het ziekenhuisbed van zijn stervende vader, maar zijn gedachten palmen een verpleegster in en blikken terug op een tragische jeugd. Claes verwoordt het in een zwaar, donker register een toon van mahoniehout met ivoren ladeloper. De smart doorbreekt Claes met ironische toetsen, maar die lichtheid schampt af op de bombast en het Memento etiam van de begrafenismis-stemming. Er wedijveren veel, zelfs te veel ideeën, symbolen en bedoelingen in Kraai, maar Claes slaagt er niet in ze naar het gepaste register te leiden. Kortom, geen afknapper, maar ook geen hoogvlieger zoals hier en daar al te gillerig verkondigd wordt. Atlas, 191 blz., 800 fr. .Dan heb je extraverte auteurs à la Wilfried Hendrickx. Ook ongevraagd kweelt de voormalige Humo-journalist het Gloria over Het infrarood en het ultraviolet. Het Adoramus geldt ook voor WF Hermans, die een rol krijgt in de roman. Hendrickx laat de zwartgallige intellectuele held contrasteren met een dartele schoonheidskoningin, strooit onderweg gal op enkele letterenbeheerders, maar het pad naar de lang aangekondigde Grote Roman vindt hij nergens. Af en toe komt hij heel even puntig en bijna geestig uit de hoek, maar steevast vergooit hij zijn onmiskenbaar talent aan goedkope pose. Hij verwart studentikoze woordenkramerij met literatuur. Houtekiet/De Prom, 329 blz., 690 fr. .
LUC DE DECKER
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier