Terug naar het Bauhaus
Met drie nieuwe musea viert Duitsland de honderdste verjaardag van het Bauhaus: de invloedrijkste academie voor toegepaste kunsten van de twintigste eeuw.
Dit jaar is niet naast de verjaardag van het Bauhaus te kijken. Lang bestond die academie voor toegepaste kunsten niet: van 1919 tot 1933, maar de impact ervan is nog altijd niet uitgewerkt. Veeleer dan voor een artistieke stijl stond het Bauhaus voor een utopie: ‘een nieuw geloof’, aldus directeur Walter Gropius, waarin de architectuur, de beeldhouwkunst, de schilderkunst, maar evengoed de weefkunst, muziek, grafische vormgeving en choreografie samen de beschadigde wereld na de Eerste Wereldoorlog zouden heropbouwen. Industriële productie, innovatie en functionaliteit waren drie kernwoorden van de opleiding, die over heel Europa resoneerde. Het lerarenkorps was niet mis, met figuren zoals Walter Gropius, Paul Klee, Oskar Schlemmer, Mies van der Rohe, Josef Albers en Marcel Breuer. De tentoonstellingen en de boekpublicaties in dit feestjaar hebben ook aandacht voor de vrouwen die betrokken waren bij het Bauhaus, onder wie Annie Albers en Marianne Brandt.
De school moest twee keer verhuizen, omdat de nazi’s ze te links vond: in 1925 van Weimar naar Dessau en in 1932 van Dessau naar Berlijn. Naar aanleiding van de honderdste verjaardag bouwt Duitsland drie nieuwe musea in de drie steden waar het Bauhaus was gevestigd. Het eerste, een bunkerachtig gebouw van architect Heike Hanada, is net open. Ernaast, in het Neues Museum, startte een tentoonstelling over de aanloop naar het Bauhaus. De Belg Henry Van de Velde speelde daar een bepalende rol in. In Dessau opent het nieuwe museum pas in september. Er zullen ruim 50.000 Bauhaus-objecten te zien zijn uit de vaste collectie. In de buurt van Dessau is de hoogste concentratie aan Bauhaus-architectuur te bezoeken. Het Bauhaus Archiv in Berlijn opent in 2021.
Alle festiviteiten voor de honderdste verjaardag van het Bauhaus staan op bauhaus100. de
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier