‘t Is alleen voor het geld
Vergeet alle hooggestemde uitleg over waarom we werken. ‘t Is louter voor het geld. Deze en andere franjeloze opmerkingen vinden we in een vreemd, schelms en geestig managementboek van Jo Owen.
Jo Owen, Management van A tot Z ontleed. Thema, 228 blz., 22,50 euro.
Als u nu even geconcentreerd de volgende tips absorbeert, kan uw carrière niet meer misgaan. Onvermijdelijk verwijzen de eerste wenken naar de kunst van het vergaderen. Kom alvast altijd als laatste binnen. Laat de anderen maar wachten. Lees de documenten en rapporten tijdens de vergadering. Zo laat u zien hoe druk u het hebt en hoe slim u wel bent om al die dossiers zo vlug door te nemen, terwijl u de vergadering nog voorzit ook. Onderbreek de vergadering voor een telefoontje of ga even naar buiten en praat met iemand. Zeg dat ze ondertussen gewoon verder gaan. Zo toont u aan dat hun agendapunt voor u onbelangrijk is en laat u het aan hen over te achterhalen wat u er nu werkelijk van vindt.
Die tips vinden we terug in het hoofdstuk over machtsspelletjes, een van de 150 thema’s die keurig alfabetisch gerangschikt staan in Management van A tot Z ontleed. Zo heet het ironische, soms venijnige, bijwijlen verfrissend leerzame managementepistel van de Amerikaanse consultant Jo Owen. Vele suggesties of voorvallen zal u ongetwijfeld herkennen. Met een shock, met een lach of met opgehaalde schouders – dat hangt grotendeels van uw karakter, uw ervaring of uw graad van cynisme af. Owen schrikt niet terug voor een geintje of wat hilariteit, af en toe komt hij zelfs in de buurt van de lach-of-ik-schiet-managementcartoons à la Dilbert, maar ook de ernstige zaken gaat hij niet uit de weg. Dit is niet zomaar een kolderboek, maar een pittige verkenning van de managementwereld, volgens de auteur gebaseerd op twintig jaar werken met zowel de beste als de slechtste bedrijven ter wereld.
Het begint waar de opleidingen aan de befaamde business schools stoppen, voorbij de theorie en de mooi afgeronde case- study’s. Kortom, Owen focust op de praktische vaardigheden, de stilzwijgende handigheid die nodig is om als manager te overleven, de politieke spelletjes en de onrealistische doelstellingen. Vandaar ook de lokkende ondertitel Wat ze je niet leren op de business school.
MBA als huwelijksbureau. Op de business school zweten de strebers tot ze de begeerde MBA ( Master of Business Administration) op zak hebben, in hun ogen de sleutel die de deur opent naar de top van de piramide (tenminste, als die MBA behaald werd in een prestigieuze en bij voorkeur Amerikaanse instelling à la Harvard en niet in pakweg de mergelgrotten van Zichen-Zussen-Bolder). Volgens Owen kan MBA echter beter staan voor Marriage Bureau Agency (huwelijksbureau).
De vergelijking tussen een MBA en een huwelijksbureau legt de auteur trapsgewijs uit als hij de drie zaken opsomt die de MBA- en andere bedrijfskundige opleidingen aanreiken aan opkomend managementtalent. Ten eerste: ze trekken het beste nieuwe talent en topwerkgevers aan. Ze koppelen. Maar er is volgens Owen ook een markt voor een nieuwe opleiding, waarbij alle saaie activiteiten van de opleiding geschrapt worden en de helft van het collegegeld in rekening gebracht wordt. Verder zou de instelling dan fungeren als een gewoon huwelijksbureau.
Ten tweede: de opleidingen bieden een hoeveelheid aan kennis over zakendoen, maar geen vaardigheden. De meeste kennis gaat evenwel niet lang mee en is niet direct bruikbaar. Ten derde: de opleidingen geven de student zelfvertrouwen. Daar komt de vergelijking alweer op de proppen: “Huwelijksbureaus bieden hun cliënten een structuur en geven hen het vertrouwen om in een nieuwe omgeving te stappen met nieuwe mensen. Een bedrijfskundige opleiding doet hetzelfde.”
Waarom werken wij? Waarom sloven al die – vooral jonge – managers zich zo uit? Ook op die vraag heeft Owen een simpel antwoord: vergeet alle filosofische gekakel en doof de existentiële illusies, we werken immers vrijwel allemaal louter om brood op de plank te krijgen. Als we graag lekker beleg hebben, dan labeuren we algauw een 60-urenweek bij elkaar.
Vergeet alle opgefokte verklaringen over werken voor een inspirerende werkgever, we doen het alleen als er een stevige beloning aan vast hangt. Hard werken heeft twee voordelen. Op korte termijn vormt het voor jonge managers een goed excuus om ook bikkelhard te mogen oordelen. Daarnaast biedt het hen de mogelijkheid om binnen een redelijke termijn zoveel op te potten, dat ze daarna eindelijk niet meer hoeven te werken voor het geld. Dan kunnen ze een eigen bedrijf beginnen, of ze worden kunstenaar, of trekken de wereld rond – misschien wel om te filosoferen over de motivatie om te werken, ook al zouden ze beter moeten weten. Oké, vrijwilligers en kunstenaars vormen wel eens een uitzondering. Cynisch? Nee, vindt Owen, alleen maar gezond, zowel voor het individu als voor de onderneming. Dan heeft het individu immers een duidelijk doel en de onderneming krijgt er hardwerkende medewerkende voor in de plaats. Je werkt nu eenmaal harder voor euro’s dan voor zogeheten zelfontplooiing.
Luc De Decker
Dit is niet zomaar een kolderboek, maar een pittige verkenning van de managementwereld, volgens de auteur gebaseerd op twintig jaar werken met zowel de beste als de slechtste bedrijven ter wereld.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier