Offshorewind zit in de hoek waar de klappen vallen: ‘Duidelijk sector met groeipijnen’
Verschillende belangrijke bedrijven in de offshorewindenergie beleven een armetierig cijferseizoen. Haperende toeleveringsketens, stijgende productiekosten en zelfs productiefouten vreten de winsten van Siemens Energy en Orsted aan. Staat de energietransitie op losse schroeven?
Negatieve financiële nieuwtjes uit de offshorewindindustrie zijn legio. De vaandeldrager Siemens Energy bijvoorbeeld, zit al een tijdje in slechte papieren. Nu ondernemingen in een race verwikkeld zijn om groene-energietechnologie in een hoger tempo en op grotere schaal te bouwen, zijn bij windturbines van diens dochteronderneming Gamesa constructiefouten aan het licht gekomen. Die hebben ertoe geleid dat Siemens Energy zijn winstverwachting eerder dit jaar naar beneden heeft bijgesteld. Het Deense Orsted kondigde begin november dan weer de stopzetting van twee offshoreprojecten in de VS aan, en moest daarbij 5,6 miljard dollar afboeken. Ook Orsteds land- en sectorgenoot Vestas liet zich opmerken met rode cijfers; de Denen sloten het eerste halfjaar af met 99 miljoen euro verlies.
Wat is er aan de hand? We vroegen het aan energie-expert Joannes Laveyne (UGent), Ann Overmeire van het innovatieve netwerkplatform De Blauwe Cluster en Christophe Dhaene, eigenaar en CEO van e-BO Enterprises, een bedrijf dat de IT van offshorewindparken beveiligt.
Onzekerheid
JOANNES LAVEYNE. “Ik merk vooral op sociale media veel schadenfreude. Men meent dat met al dat slechte nieuws het bewijs geleverd is van het kaduke businessmodel en de onbetrouwbare technologie van offshore. Maar wat er speelt, is niet echt een fundamenteel probleem met de technologie. Het gaat duidelijk om een sector die groeipijnen heeft. Als we kijken naar de hoeveelheid windturbines die geïnstalleerd worden in Europa en de VS – en we laten zelfs China achterwege, want dat is een echte groeimarkt -, dan is dat nog steeds in stijgende lijn. Ook de orderboeken van westerse turbinefabrikanten, waaronder Siemens, staan nog altijd vol.”
ANN OVERMEIRE. “Het is een moeilijk moment. Wereldwijd rekenen meer en meer landen op offshorewind om een groter aandeel in hun energiemix te leveren, en dat is vaak niet realistisch. Er zijn veel onhaalbare doelstellingen omdat er niet voldoende materiaal is, of omdat er niet genoeg schepen zijn. Dus zal de sector niet aan de verwachtingen kunnen voldoen. Dat schept natuurlijk geen vertrouwen. Wat hoort de man in de straat? ‘Het gaat niet, het lukt niet’. Maar dat is niet het totaalplaatje.”
‘Er is geen structureel probleem met de technologie van windturbines’
Joannes Laveyne (UGent)
Waarom zitten bedrijven die belangrijk zijn om de energietransitie te doen slagen en dus volle orderboeken hebben, economisch in de rats?
LAVEYNE. “Wat vooral speelt, is onzekerheid door de toegenomen problemen met de aanvoerlijnen, waardoor materialen duurder worden. Maar vooral ook door de gestegen rente. Heel veel projecten zijn gefinancierd toen de rente zeer laag stond. Maar nu zijn de intrestvoeten een pak hoger. Dat wil niet per se zeggen dat de financiering van die projecten in het gedrang komt, maar wel dat de banken heel terughoudend zijn om garanties te geven. Dat is wat turbinefabrikanten, en vooral Siemens, nu parten speelt.”
OVERMEIRE. “Specifiek heb ik een jaar geleden al problemen horen signaleren door een prominent lid van onze cluster. Dat bedrijf had in de VS een contract afgesloten met windmolenfabrikant Marmen Welcon om een fabriek te bouwen. Ze hebben dat uiteindelijk gecanceld door de Inflation Reduction Act van Joe Biden. In plaats van de kosten te drukken, heeft Bidens klimaatwet net de prijzen opgedreven. De maatregelen zouden met name de staalprijzen een tijdje de hoogte hebben ingejaagd.”
Op het scherpst van de snee
LAVEYNE. “Het management van Siemens heeft toegegeven windturbines te hebben uitgeleverd zonder ze voldoende te testen. In die Gamesa-windturbines, waar er een heleboel van gebouwd zijn, blijken nu constructiefouten te zitten. Daardoor staan de banken weigerachtig om Siemens nog veel bankgaranties toe te staan. Ze moeten dát nu proberen op te lossen, in combinatie met de reparatie van die turbines. Een perfect storm, dus.
“Maar je kunt niet zeggen dat er een structureel probleem is met de technologie van windturbines. Het is eerder een generieke economische malaise. En bij Siemens komt er nog mismanagement bij.”
DHAENE. “Het is inderdaad zo dat de OEM’s (Original Equipment Manufacturers, nvdr) of windturbinefabrikanten verlies maken of zwaar moeten afschrijven. Dat komt onder meer door het tempo, dat vereist dat om de drie jaar een nieuw turbine-model wordt ontwikkeld. Enerzijds is het goed dat er telkens geïnnoveerd wordt, maar anderzijds is dat tempo te hoog waardoor er nooit rendement kan gehaald worden uit een bestaand model.”
‘Wat er bij Siemens gebeurd is, kan je nog het best vergelijken met het Ineos-dossier’
Joannes Laveyne (UGent)
Waarom kan er geen rendement gehaald worden uit de bestaande turbinemodellen?
DHAENE. “Dit wordt deels veroorzaakt door het tendermodel. Er zijn verschillende mogelijkheden of mechanismen, met name de zero BID (geen enkele prijsgarantie) of Contract for difference (CfD : beneden en/of bovengrenzen voor de elektriciteitsprijs). Vroeger waren er subsidies nodig om de sector van de grond te krijgen, maar bij nieuwe parken zijn die er al lang niet meer, wat oké is. Maar er worden steeds meer tenders uitgegeven met een zero-Bid-mechanisme, wat veel meer risico inhoudt op zo’n grote groene-energie-infrastructuurprojecten. Het heeft zeker een effect op de toeleveringsketen, die op het scherpst van de snee moet ageren.”
Vandaag raakte bekend dat Siemens Energy een deal van 15 miljard euro aan bankgaranties heeft veiliggesteld met de Duitse overheid, zijn grootste aandeelhouder. Hoezo geen subsidies?
LAVEYNE. “Siemens Energy is gaan aankloppen bij de Duitse overheid. Niet om een kapitaalinjectie te krijgen of om platte subsidies te ontvangen, maar omdat het geen bankgaranties meer kon krijgen.
“Als je als turbinefabrikant een order aanneemt, en er komt een projectontwikkelaar die met jou in zee wil gaan om een windpark te bouwen; dan heeft dat order een bepaalde waarde, een aantal miljarden euro’s. Fabrikanten moeten een garantie kunnen geven aan de klant dat het project wordt opgeleverd. Indien niet, krijgt de klant een stuk van dat voorschot terug. Meestal moet je 20 à 30 procent van het order afdekken. Siemens heeft zo’n enorm orderboek – 109 miljard euro aan orders – waardoor de banken redeneren dat de renterisico’s zo hoog zijn dat zij die 30 procent niet meer willen afdekken.”
“Wat er bij Siemens gebeurd is, kan je nog het best vergelijken met Ineos. Dat bedrijf heeft van de Vlaamse overheid voor een half miljard euro garantie gekregen. Omdat Ineos een grote investering plant, maar in de chemische sector spelen ook die onzekerheid en renteproblemen.”
Betere voorwaarden
“De overgang naar windturbines, naar een groenere-energieportfolio over de hele wereld wordt duurder”, ziet ook de Deen Jacob Pedersen, analist bij Sydbank. “We weten dat de VS op dit moment een enorm probleem vormenvoor de offshore-industrie vanwege de stijgende rentetarieven”, stelt hij op de Amerikaanse zakenzender CNBC. “Maar de nieuwste projecten worden toegekend met veel betere voorwaarden, die het mogelijk maken dat bedrijven winst maken.”
Zo kondigde de Europese Commissie vorige maand een nieuw actieplan voor windenergie aan, gericht op een aanzienlijke toename van de geïnstalleerde windcapaciteit. Dat actieplan omvat nogal wat financiële steun. Zo moeten ondernemingen voor hun groene investeringen makkelijker toegang tot Europese financiering krijgen. De Commissie wil daarvoor geld in reserve houden via het Europese Innovatiefonds. Ook wil het uitvoerende orgaan van de EU meer waarborgstellingen door de Europese Investeringsbank faciliteren.
Pedersen zegt dat dit het bewijs was dat de politieke wil er is, maar dat de winsten niet van de ene op de andere dag kunnen worden gerealiseerd. “Dit is een proces dat tijd nodig heeft. Om projectontwikkelaars te laten investeren in nieuwe projecten, om windturbineproducenten te laten investeren in de benodigde capaciteit om onze doelstellingen te bereiken, is veel meer kapitaal nodig. De bedrijven hebben eenvoudigweg niet het geld om zoveel te investeren als op dit moment nodig is”, besluit hij.
Windenergie is onontbeerlijk voor de groene ambities van de Europese Unie. Europa wil tegen 2030 minstens 42,5 procent van zijn stroom uit duurzame energiebronnen halen. Daarvoor is de komende jaren een massale uitbouw van windenergie vereist, onshore en offshore.
Om dat percentage te halen, moet de Europese windenergiecapaciteit tot 2030 elk jaar met 37 gigawatt (GW) omhoog. Maar in 2022 kwam ons continent amper aan 16 GW. Twee jaar geleden lag dat nog eens 40 procent lager.
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier