‘Gemiddelde Belg had in 2022 een schuld van 53.280 dollar’: is dat een probleem of niet?

Premier Alexander De Croo -- Foto door Eliot Blondet/ABACAPRESS.COM

De gemiddelde Belg stond vorig jaar maar liefst 53.280 dollar, of 48.833 euro, in het krijt. Dat blijkt uit het Sovereign Debt Index-rapport van de Britse vermogensbeheerder Janus Henderson. In geen enkel ander Europees land is de schuldenlast, uitgedrukt per hoofd van de bevolking, hoger dan in België. Hoe omineus is die lezing van de staatsschuld van ons land? We vroegen het aan economen en financiële experts van verschillende strekkingen.

Meestal worden de schulden van een natie afgezet tegen de grootte van haar economie, en weergegeven als procent van het bruto binnenlands product (bbp). “De schuld uitdrukken in euro per persoon is eigenlijk niet zo zinvol”, merkt econoom Bart Van Craeynest (Voka) op. “De verhouding tot het bbp is beter omdat dat die een indicatie geeft van de terugbetaalcapaciteit van de overheid. Soit, ook in percentage van het bbp is onze overheidsschuld hoog natuurlijk.”

‘Geen al te rooskleurige situatie’

Hoe hoog? In 2022 bedroeg de Belgische staatsschuld 621 miljard dollar, omgerekend een slordige 570 miljard euro. Of: 105 procent van het jaarlijkse bbp.

“In de eurozone hebben slechts vijf landen een grotere staatsschuld ten opzichte van het bbp dan België, en liggen allemaal in Zuid-Europa”, zegt Joeri de Wilde, beleggingsstrateeg bij Triodos Investment Management. “Dat is al geen al te rooskleurige situatie, maar rekening houdend met de begrotingsplannen en economische groeiverwachtingen zal het hoogstwaarschijnlijk nog erger worden.”

Een tijdskader voor dat complete ontsporen? “Over vijf jaar zou België in de top 3 van eurozonelanden met de hoogste schuldquote terecht kunnen komen”, zegt De Wilde. “Het Internationaal Monetair Fonds (IMF) verwacht dat de schuldquote in België verder zal oplopen, terwijl die in de meeste Zuid-Europese landen zal dalen.”

130 procent?

“Het ziet er inderdaad naar uit dat de overheidsschuld de komende jaren nog zal toenemen”, beaamt Van Craeynest. “De Vivaldi-regering zal allicht niet veel meer doen om het begrotingstekort weg te werken, en na de verkiezingen volgt mogelijk weer een lange regeringsvorming, zodat het weinig waarschijnlijk is dat we de komende jaren belangrijke saneringsinspanningen zien.”

“En ondertussen komen er ook nog belangrijke extra uitgaven op ons af, bijvoorbeeld voor pensioenen en gezondheidszorg door de vergrijzing, of door de noodzakelijke inhaalbeweging in de overheidsinvesteringen (o.a. voor de duurzame transitie), of voor defensie (de beloofde verhoging richting 2 procent van het bbp).”

De slotsom: “Zonder ingrijpen loopt de schuld de komende jaren verder op – scenario’s richting 130 procent van het bbp tegen 2030 zijn niet uit te sluiten – en dreigt zelfs een versnelling in die stijging naarmate de druk op de rente toeneemt”, voorspelt Van Craeynest.

Rentelasten

Het hoge woord is eruit: de hoge rente zal de rentelasten voor de overheid verder doen oplopen, waarschuwt Janus Henderson in zijn rapport. Heel wat staatsleningen moeten de volgende jaren worden geherfinancierd tegen hogere intresten.

2023 is daarvoor een kanteljaar, schreven we hier eerder. Voor het eerst in jaren nemen de rentelasten van de federale regering toe, van bijna 7 miljard in 2022 naar ruim 8 miljard euro dit jaar, goed voor 1,4 procent van het bbp. Bij ongewijzigd beleid stijgen de rentelasten naar 2,4 procent van het bbp tegen 2030 en naar 4,3 procent tegen 2040, verwacht het Planbureau. “Dit zal een aanzienlijke druk leggen op de belastingbetalers en de overheidsdiensten”, besluit Janus Henderson.

Die de pan uitrijzende overheidsschuld brengt ons in het vizier van de gevreesde kredietbeoordelaars, waarschuwen de meeste economen. “In maart stelde de kredietbeoordelaar Fitch zijn vooruitzichten voor België vanwege het hoge begrotingstekort en de stijgende staatsschuld naar beneden bij, van stabiel naar negatief”, weet De Wilde (Triodos). “Dat is geen goed teken, al verwachten wij op de korte termijn geen paniek.”

Obligatiebeleggers

De enige speler in deze situatie met een glimlach op het gezicht, is de belegger. “Zorgen over de houdbaarheid van de stijgende staatsschuld kunnen ertoe leiden dat de vraag naar Belgische staatsobligaties afneemt en dat beleggers een hogere vergoeding gaan eisen voor het risico dat ze lopen. Dat zal een waardedaling van Belgische staatsobligaties tot gevolg hebben”, zegt De Wilde.

“Interessant is dat het verschil tussen de Belgische 10-jarige staatsobligaties en de Duitse bund onlangs is gestegen tot de pandemische recordhoogte van 72 basispunten”, stipt Althea Spinozzi, strateeg vastrentende beleggingen bij Saxo Bank, aan.

‘Hoe hoger de kosten van de schuld, hoe groter de economische en politieke gevolgen als het land zijn schuld moet herfinancieren’

Althea Spinozzi, strateeg vastrentende beleggingen

Het Duitse staatspapier wordt beschouwd als het veiligste van de eurozone. De ‘spread’ geeft weer hoeveel extra rente ons land moet betalen om geld te lenen op de internationale markten in vergelijking met onze oosterburen, die het grootste vertrouwen genieten bij de beleggers. Het wijder worden van het Belgisch-Duitse renteverschil wijst erop dat obligatiebeleggers een hogere risicopremie verlangen vooraleer ze nog in Belgisch staatspapier willen beleggen.

“Als de spread boven dit niveau (van 72 basispunten, nvdr) uitkomt, wordt dat het grootste verschil sinds februari 2014”, laat Spinozzi nog optekenen. “De spreads van de periferie (vooral Italië en Spanje) blijven tegelijk ruim onder hun pandemische hoogtepunten, wat aantoont dat de risicoperceptie rond de Belgische schuld stijgt in vergelijking met andere Europese staatsobligaties die traditioneel volatieler zijn.” Nog eens ter herinnering: “Hoe hoger de kosten van de schuld, hoe groter de economische en politieke gevolgen als het land zijn schuld moet herfinancieren.”

Modern Monetary Theory

Er zijn ook economen die niet aan de alarmbel trekken. Zo vinden aanhangers van de ‘Modern Monetary Theory’ (MMT) de gangbare economische theorieën over begrotingstekorten en overheidsschulden maar onzin. Een overheid kan nooit zonder geld vallen, is hun credo.

Meer over MMT hier:

“Er is geen sprake van een staatsschuldcrisis”, zegt Dirk Ehnts, ooit hoogleraar economie aan de universiteit van Flensburg in Duitsland en organisator van het eerste Europese MMT-congres. De Moderne Monetaire Theoretici zien geld niet als een schaars goed.

“Alle betalingen van de Belgische overheid lopen via de centrale bank, die als onderdeel van het eurosysteem niet zonder euro’s kan. Dat geldt ook voor de betalingen van de rente en de hoofdsom aan obligatiehouders. Wanneer dit gebeurt, verhoogt de centrale bank gewoon het saldo op de rekening van de bank van de obligatiehouder, die vervolgens het saldo op de rekening van de obligatiehouder (indien geen bank) verhoogt. Dat werkt zolang de centrale bank zich aan de regels van de eurozone houdt, en de ECB heeft er met haar ‘Transmission Protection Instrument’ (TPI) voor gezorgd dat er geen probleem zal zijn. Volgens het TPI moet de ECB genoeg staatsobligaties opkopen opdat nationale overheden niet zonder geld komen te zitten, zelfs niet bij een stijgende staatsschuld en een stijgende rente.

‘Er is geen kans op wanbetaling zolang de ECB steunt’

Dirk Ehnts, hoogleraar economie

“Als België zich in een schuldencrisis zou bevinden met 105 procent overheidsschuld van het bbp, hoe zit het dan met Griekenland, dat in 2020 meer dan 210 procent heeft bereikt? Dat is dubbel zo groot, en toch is er niets gebeurd. Dus net als de afgelopen decennia zal de staatsschuld blijven groeien, maar er is geen kans op wanbetaling zolang de ECB steunt. Zolang de werkloosheid in de eurozone nog boven de 6 procent ligt, zou de inflatie niet mogen stijgen door hoge (of gematigd hogere) overheidsuitgaven.”

Van Craeynest nuanceert: “‘Geld bijdrukken’ is in de voorbije crisisperiodes een nuttig instrument gebleken, hoewel daar uiteraard ook risico’s aan vasthangen, en blijft allicht permanent als een optie in de toolbox van de centrale banken. Maar MMT lijkt me dat idee veel te ver door te drukken. De overheidsschuld blijft relevant omdat een te hoge schuld de mogelijkheden beperkt voor de overheid om in te grijpen in crisisperiodes of om bijvoorbeeld meer te investeren. Bovendien is er het risico dat bij oplopende rente de situatie onhoudbaar wordt. Het hoge tekort is in deze context vandaag belangrijker dan de schuld op zich. In theorie kan de centrale bank dan tussenbeide komen, maar die capaciteit hangt uiteindelijk af van het inflatieklimaat (en sowieso heeft België natuurlijk geen eigen centrale bank).”

“Het idee dat de staatsschuld er totaal niet toe doet onderschrijf ik niet”, stelt ook De Wilde. “Deze theorie gaat zeker niet op voor landen die lenen in een andere munteenheid of die niet monetair soeverein zijn. Dat geldt ook voor België, waar de ECB verantwoordelijk is voor de geldcreatie. De Belgische staatsschuld doet er dus wel degelijk toe.”

Lees ook:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content