Kleine bank met uniek businessmodel
De kleine spaarbank CKV uit Waregem overleeft dankzij een uniek businessmodel. De bank is gespecialiseerd in hypothecaire kredieten met een groter dan gemiddeld risico.
U hebt nog nooit gehoord van CKV? Dan is de kans groot dat u geen West-Vlaming bent (daar haalt de bank het gros van zijn spaargeld op), dat u tevreden bent met de magere opbrengst van uw spaarboekje bij de grootbank (CKV biedt goede condities aan zijn spaarders), en dat u nog nooit wanhopig op zoek bent geweest naar een tijdelijke kredietoplossing (een van de specialiteiten van CKV).
Rudi Deruytter, de CEO van CKV, bouwde een carrière uit bij BBL en ING België, maar beklaagt het zich niet dat hij in 2012 overstapte naar een kleine nichespeler. CKV telt amper 10.000 klanten, maar dat maakt de uitdaging niet minder interessant, vindt hij.
Hoe overleeft een kleine bank in een sector waarin schaalgrootte cruciaal is? Het antwoord is simpel, aldus Deruytter: “Je moet voldoende schaalgrootte hebben om je overheadkosten te dragen. Het klopt dat die kosten stijgen, vooral door de oplopende banktaksen. Maar wie goed toeziet op de operationele kosten (CKV heeft een cost/income-ratio van amper 45 procent, nvdr), kan het trekken met een balanstotaal van 500 miljoen tot een miljard euro. Al moet ik toegeven dat, als de kosten blijven stijgen, we evolueren naar een miljard als ondergrens.”
CKV (kort voor ‘Centrale Krediet Verlening’) sloot het boekjaar 2014 af met een balanstotaal van 561 miljoen. De bank is in handen van de West-Vlaamse textielbaron Dominiek De Clerck. In 2012 controleerde hij twee kleine banken, Goffin Bank en CKV Spaarbank, elk met een balanstotaal van circa 160 miljoen euro. “Die banken waren afzonderlijk te klein”, zegt Deruytter. “Ze waren bovendien actief in hetzelfde segment, eenvoudige spaarproducten en hypothecaire kredieten. Een fusie lag voor de hand.”
Een nichespaarbank
Volgens Deruytter profileert CKV zich als een nichespaarbank. Het bood zijn spaarders de voorbije jaren een hoge rentevergoeding. Dat heeft een belangrijke instroom van kapitaal veroorzaakt. In die mate dat CKV dit jaar het geweer van schouder veranderde.
“Het liep zo goed dat we eigenlijk op te veel cash zaten”, vertelt Deruytter. “Daarom hebben we de voorwaarden aangepast. We bieden nog een mooie rente (0,70 procent basis- plus getrouwheidspremie, nvdr), maar zitten niet meer in de kop van het peloton.”
Aan de activakant is CKV gespecialiseerd in “kredieten die bij de grootbanken niet meer in het risicomodel passen”, zoals Deruytter ze noemt. Het gaat om kredieten met een bovengemiddeld risicoprofiel. “De traditionele banken in België zijn zeer streng geworden in het toekennen van kredieten aan particulieren”, stelt Deruytter vast. “Een vennootschap raakt gemakkelijker aan een lening dan een privépersoon. De risicoaversie bij de grootbanken is groot.”
En dat is voor CKV een opportuniteit. Deruytter geeft het voorbeeld van een 68-jarige die een tweede verblijf aan de Belgische kust wil kopen: “Geen enkele bank zal zo iemand een lening verstrekken, hoewel sommige mensen met hun pensioen, groepsverzekering en spaargeld perfect hun verplichtingen kunnen nakomen. Zo iemand kan bij ons terecht. Al zal hij of zij eerst even bij de dokter moeten passeren voor een onderzoek. Bovendien nemen wij altijd een hypotheek op het huis, waardoor we een actief achter de hand hebben.”
Onder leiding van commercieel directeur Patrick Boelaert, gaat het team van CKV er prat op oplossingen te vinden, ook voor mensen die bij andere banken geen gehoor meer vinden. Dat betekent niet dat het debiteurenrisico automatisch hoger ligt, beklemtoont Deruytter. De kredietverliezen schommelen bij CKV rond 0,35 procent van de kredietportefeuille. Dat is zelfs in Belgisch perspectief een vrij laag cijfer.
“Het is een kwestie van je huiswerk goed te maken”, vindt Deruytter. “Het komt erop aan de risico’s en het patrimonium van de klant goed in te schatten, en steeds een hypotheek op het onroerend goed te nemen. In feite ligt het grootste kredietrisico voor CKV bij een substantiële daling van de waarde van het vastgoed.”
Ook als mensen betalingsproblemen kennen als gevolg van een externe reden (overlijden, ziekte, ontslag,…) tracht CKV een oplossing te vinden. Deruytter geeft het voorbeeld van een koppel dat bij Ford Genk werkte. Beide verloren hun job en konden hun lening bij een Vlaamse grootbank niet meer aflossen. “Ondanks het vooruitzicht op een mooie ontslagpremie en het feit dat ze al jaren netjes hun lening hadden afbetaald, werden ze na drie maanden wanbetaling automatisch opgezegd. Bovendien werd hun naam doorgegeven aan de Nationale Bank. Dan kom je op een lijst van wanbetalers, waardoor het in de praktijk onmogelijk is bij een bank nog aan een krediet te geraken. CKV heeft die mensen wel geholpen.”
En daar verdient de bank goed aan. Daar maakt Deruytter geen geheim van: “Kredieten zijn duur bij ons. Maar op sommige momenten in het leven is de oplossing belangrijker dan de rentevoet. CKV biedt een vangnet voor tijdelijke financiële problemen.”
Mede daarom hebben de leningen een kortere looptijd. “De gemiddelde looptijd van een lening bij CKV bedraagt 5 tot 6 jaar. Mensen herfinancieren zich bij ons, en als de problemen opgelost zijn, kunnen zij goedkoper in het gewone bankcircuit terecht. Wij willen niet concurreren met de grootbanken. Ik wil een tijdelijke oplossing bieden die zij niet in huis hebben.”
Kredieten kopen
Het blijft een kleine niche waarin CKV actief is, geeft Deruytter toe. Met nieuwe productie alleen is het onmogelijk de kredietportefeuille op peil te houden. Om te groeien ziet CKV zich verplicht portefeuilles hypothecaire kredieten over te nemen. En daar blijft een markt voor. Deruytter: “Verschillende financiële instellingen willen hun portefeuilles afbouwen. In de nieuwe solvabiliteitsregels wordt de definitie van een probleemkrediet uitgebreid. Daardoor gelden voor bepaalde leningen hogere kapitaaleisen. Ik hoop zulke kredieten van de grootbanken over te nemen. Dat zou een win-winsituatie zijn. Als kapitaalintensieve kredieten de productie afremmen, zullen de grootbanken ervan af willen. En voor CKV passen ze in het risicoprofiel.”
Maar als de ondergrens om leefbaar te zijn opschuift naar een balanstotaal van een miljard euro, kan het zijn dat de aankoop van portefeuilles niet volstaat. “Eventueel moeten we dan een andere bank overnemen”, zegt Deruytter nuchter. “Waarom niet? Ik ben niet optimistisch over het businessmodel van de Belgische banken. Te veel instellingen doen hetzelfde tegen een te lage rendabiliteit. Ik verwacht dat er vanaf 2016 verschillende banken, of hun aandeelhouders, de handdoek in de ring gooien.”
Om de groei te volgen, dikt CKV jaarlijks zijn eigen vermogen aan. Zo werd over 2014 maar een beperkt deel van de winst uitgekeerd aan de aandeelhouders en een jaar eerder zelfs niets. Deruytter: “Enkel als we voldoende kapitaal hebben, kunnen we blijven groeien.” Voor 2015 mikt CKV op 8 miljoen euro winst, een kredietproductie van 100 miljoen en de aankoop van hypothecaire kredieten ter waarde van 35 miljoen euro. Die cijfers komen nagenoeg overeen met die van 2014.
Patrick Claerhout, fotografie Emy Elleboog
“Wij willen niet concurreren met de traditionele grootbanken. Ik wil een tijdelijke oplossing bieden die zij niet in huis hebben” – Rudi Deruytter
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier