“Je moet tegendraads denken, maar nooit om tegendraads te zijn”
Met de oprichting van zijn eigen durfkapitaalbedrijf Buysse & Partners vervult Frank Buysse de droom die ook zijn vader, Bekaert-voorzitter Paul Buysse, in het verleden koesterde.
Als een vlot geschreven boek. Zo leest de balans van een bedrijf voor Frank Buysse. Zelfs zijn carrière, met stops bij onder andere Petercam en Fortis Private Equity, kan hij omschrijven in boekhoudkundige termen. “Ik startte aan de passieve zijde op de kortetermijnschuld, vond mijn weg naar de langetermijnschuld, groeide door tot quasi-equity en werk nu in de equitysector.” Buysse kreeg de liefde voor cijfers en ondernemen dan ook met de paplepel mee. In het ouderlijke huis zat hij meer dan eens op schoot bij klinkende namen uit het ondernemersmilieu, die zijn vader Paul Buysse, tegenwoordig Bekaert-voorzitter, daar uitnodigde. Maar zelfs nog daarvoor kroop het bloed al waar het niet gaan kan. Buysses grootvader aan moeders zijde, Frank Van Antwerpen, was medeoprichter van de Bank Van Breda, een bank die zich richt tot ondernemers.
Rustig, bijna als een docent, vertelt Frank Buysse erover. Misschien oefent hij op wat nog moet komen als vader van een zoon van zes maanden. Of hij oefent de toon waarop hij binnenkort nog vaker met zijn eigen klanten en partners zal communiceren. Buysse startte namelijk vorige zomer met zijn eigen durfkapitaalbedrijf Buysse & Partners. Dat initiatief kwam er nadat hij de voorbije jaren bij zijn werk als investment manager bij Fortis Private Equity merkte hoe er voor enkele investeerdersgroepen onvoldoende aanbod of ondersteuning was. Zijn eigen bedrijf probeert daarop in te spelen en zal Belgische kmo’s en individuele investeerders in contact brengen met elkaar.
Daarmee verwezenlijkt Frank Buysse een droom die ook zijn vader op jongere leeftijd koesterde. Hij laat zich ook niet bij afschrikken door het ongunstige economische klimaat. Sterker nog. Waar mogelijk stopt Buysse ook wat van zijn eigen spaarcenten in de dossiers die hij aanbrengt . De eerste transactie is alvast afgerond. “Mijn investeerders zijn mensen die na onze analyse weten wat ze willen. Er moeten geen 27 investeringscomités worden doorlopen. Het is ja of het is nee.”
TRENDS. In augustus hield u uw eigen durfkapitaalbedrijf boven de doopvont. Op wie richt u zich?
FRANK BUYSSE (BUYSSE & PARTNERS). “Als investment manager in de private-equitysector realiseerde ik me dat de verkopers van familiebedrijven vaak plots een grote som geld in handen krijgen. Meestal willen ze daarmee een oude droom realiseren – een boot kopen of een wereldreis maken – maar daarna vallen ze vaak toch in het beruchte zwarte gat. Meer dan eens kreeg ik, als een gerespecteerde tegenstander uit het verleden, dan de vraag of ik geen bedrijf te koop wist waarin ze opnieuw actief konden worden en hun ervaring konden gebruiken.
“Ik merkte ook dat mensen van mijn generatie, de kinderen van ondernemers, niet allemaal de kans krijgen om hun ouders op te volgen. Zij waren vaak wel al meerdere jaren actief in het familiebedrijf, maar uiteindelijk waren het hun broer of zus die alleen de kar gingen trekken. Die dertigers en veertigers zijn na hun uitkoop ook erg kapitaalkrachtig en op zoek naar een nieuwe uitdaging.”
“Een laatste groep potentiële investeerders die ik ontwaarde, zijn de mensen die al generaties lang kapitaalkrachtig zijn. Old money, zoals dat oneerbiedig heet. Zij zijn vooral gehecht aan waarde en traditie.
“Door de financiële crisis zijn die drie investeerderstypes op zoek naar investeringen waar ze zelf meer invloed op kunnen uitoefenen, want zij zien hun vermogen slinken omdat de financiële producten of fondsen waar ze vroeger in belegden het momenteel niet erg goed doen. Er was dus duidelijk voldoende vraag naar iemand die deze drie groepen van mensen kon begeleiden in het zoeken naar dossiers, waar ze niet na enkele jaren met een meerwaarde opnieuw willen uitstappen, maar waar ze met het oog op rendement op langere termijn mogelijk ook actief in kunnen worden als ze een toegevoegde waarde kunnen bieden.”
Had uw keuze om zelfstandige te worden ook iets te maken met de moeilijkheden bij Fortis?
BUYSSE. “Absoluut niet. Wij wisten natuurlijk ook wel dat de markt ging veranderen. Dat heeft misschien wel geholpen bij de beslissing.”
Wat brengt de toekomst volgens u voor Fortis Private Equity?
BUYSSE. “Het is heel moeilijk om daar vandaag een inschatting van te maken. Ik kan wel zeggen dat ik het heel jammer vind wat er bij Fortis gebeurt, want de mensen die daar werken, zijn knappe koppen met een grote financiële expertise. Fortis Private Equity heeft ook heel mooie participaties en ik kan alleen maar hopen dat daar omzichtig mee wordt omgesprongen.
“Gelukkig zijn mijn ex-collega’s mensen met voldoende gezond verstand. Hun focus ligt nog steeds op de business. Ze hebben toch geen invloed op het proces dat zich boven hun hoofden afspeelt. Bovendien kunnen ze zeker zijn dat ze in een stabiele omgeving kunnen blijven werken, of de overheid of een andere bank nu aandeelhouder wordt. Een paar maanden geleden was het misschien moeilijker, maar ik denk dat de mensen bij Fortis Private Equity zeker niet hoeven te panikeren.”
Waarom hebt u dan niet geprobeerd om uw idee uit te werken onder de koepel van Fortis Private Equity?
BUYSSE. “Bij Fortis mocht er alleen worden geïnvesteerd met het geld van de eigen balans, niet met het geld van families. En Petercam doet geen echte private equity. Zij hebben sinds een paar jaar wel een afdeling private projects, maar die doet meestal onrechtstreekse investeringen. Sommige spelers zijn actief in verschillende metiers. Soms denk ik dat niet alles wat ze aanbieden op dezelfde plaats hoort, omwille van belangenvermenging. Families op een correcte, transparante manier in hun investeringen begeleiden, kan ik dus het beste wanneer ik volledig onafhankelijk werk. Ik wil bovendien ook mee investeren, in zeer bescheiden vorm uiteraard. De investeerders en ik aligneren dus onze belangen.
“Het was ook al van bij het begin van mijn carrière mijn droom om als zelfstandige in de financiële wereld te werken. Ik hoorde de financiële gong voor het eerst toen ik halverwege de jaren negentig in San Francisco en New York woonde en werkte. Er was de opkomst van de effectisering, de herverdeling van de blootstelling aan schulden. De aanwezigheid van die creativiteit in een op het eerste gezicht saaie sector vond ik geweldig. Na een presentatie bij Brown Brothers Harriman & Co, een van de oudste investeringsbanken op Wall Street waar ik toen werkte, was ik helemaal gewonnen voor het idee om de financiële wereld te combineren met ondernemen.”
Uw vader koesterde vroeger dezelfde droom. Is hij jaloers omdat u hem wel verwezenlijkt?
BUYSSE. “Jaloers is hij zeker niet. Mijn vader heeft zijn droom op een andere manier gerealiseerd, hij onderneemt bij een bedrijf en houdt zich daarnaast met tal van zaken bezig, bijvoorbeeld met de code-Buysse. Het is leuk zo’n sparringpartner te hebben, want voor ik Buysse & Partners oprichtte, heb ik er veel met hem over gesproken. Hij kent het reilen en zeilen. Hij kent ook mij enorm goed en leerde me dat je moet durven denken vanuit een ander perspectief. Je moet soms tegendraads denken, maar nooit uitsluitend om tegendraads te zijn.”
Kunt u een voorbeeld geven van uw tegendraadse gedachtegang?
BUYSSE. “Het is bijvoorbeeld heel interessant om met mensen die actief zijn in de kunstwereld van gedachten te wisselen. Zij hebben soms een grappige, maar vaak ook een heldere kijk op de zaken. Kunstenaars hebben zeer eigenzinnige interpretaties over wat er vandaag allemaal gebeurt. Het is goed om dat eens te horen.
“Veel van de kunstenaars met wie ik bevriend ben, heb ik leren kennen in Antwerpen in 1993. Ik studeerde rechten op het moment dat een nieuwe lichting kunstenaars de eerste stappen zette bij galerieën. Zij hadden geen kaas gegeten van de contracten die daarbij hoorden en ik vond het wel leuk om hen daarmee te helpen. Soms zochten we ook leegstaande pakhuizen van bedrijfsleiders in de Antwerpse haven om in tentoon te stellen. Ik stelde de pandeigenaars voor dat wij de ruimte mooi inkleedden en de verkoop op ons namen. Zij konden dan hun klanten uitnodigen voor de opening. Dat was een succes.”
Uw vader vertelde ons dat hij nu wel even heeft geprobeerd om uw ondernemersenthousiasme te temperen.
BUYSSE. “Dat zijn vaders, hé. Het was logisch dat hij me zei dat ik twee keer moest nadenken voor ik handelde. Niet alleen omdat er een crisis zat aan te komen, ook omdat hij wilde testen of ik voldoende vastberaden was. Dat is een perfect normale reactie.
“Je merkt ook dat mensen van mijn vaders generatie, de babyboomers, veel meer op zoek zijn naar zekerheid. Zij hebben honger gekend en zijn daarom ook veel zuiniger. Lieten we vroeger de ijskast te lang openstaan, dan klaagde mijn vader dat de energie verloren ging. Hij moet altijd lachen als ik die herinnering ophaal.”
Ook vandaag beleven we geen gemakkelijke tijden. Luc Vandevelde van Change Capital Partners zei recentelijk in Trends dat families de verkoop van hun bedrijf uitstellen. Had u toch niet beter nog enkele jaren gewacht voor u uw bedrijf oprichtte?
BUYSSE. “Er zijn inderdaad families die cashen belangrijk vinden en een verkoop uitstellen omdat ze later een hogere prijs kunnen krijgen voor hun bedrijf, maar ik geloof – en dat kun je ook tegendraads denken noemen – dat je zelfs wanneer er een financiële crisis heerst, niet kunt ontkennen dat een structurele wissel van generaties nodig is in sommige familiebedrijven. Een vader of grootvader die de plan-nen daarvoor al had gemaakt, zal die graag willen doorzetten.
“De waarderingen liggen wel lager dan voorheen en maximalisatie van de verkoopprijs is geen optie meer – al moeten kopers daarom niet proberen om het onderste uit de kan te halen, want dat is een verkeerd begin. Investeerders zijn nog altijd op zoek naar rendement, maar ik merk dat er vandaag veel meer evenwicht is tussen de partij die verkoopt en de partij die wil instappen. Zelfs bedrijven met een mooie balans die een sectorgenoot willen overnemen, vinden namelijk maar moeilijk een bank die mee in het verhaal wil stappen. Daarom zijn ze op zoek naar partijen die een heuse partner kunnen zijn en mee naar oplossingen zoeken.
“Er is minder vraag naar vervangingskapitaal, maar er is dus net meer vraag naar groeikapitaal dan vorig jaar. Alleen gaan bedrijven er op een discretere manier naar op zoek. En daar kom ik op de proppen. Ik ervaar de crisis daarom als een voordeel. Ik ben er bovendien van overtuigd dat de dynamiek die ik bij de ondernemers opmerk terwijl grotere instellingen falen de sterkhouder is van de economie.”
Vinden potentiële klanten dan al zo snel en gemakkelijk de weg naar u?
BUYSSE. “De Belgische private-equitywereld is klein en ik draai er al een paar jaar in mee. Ik hoor dus veel via een discreet netwerk. Ook op het ondernemersnetwerk, dat ik al sinds mijn jeugd opbouwde, kan ik absoluut nog terugvallen. Mijn vader organiseerde thuis concerten of diners en hij vond het heel belangrijk dat zijn kinderen daarbij waren. En de contacten met die mensen zijn gebleven.
“Ik trok ook op heel jonge leeftijd aan mijn vaders broek met de vraag om mij mee te nemen naar vergaderingen over internationalisering van Vlaamse bedrijven, deugdelijk bestuur, duurzaam ondernemen. Ik vond het fantastisch hoe daar van gedachten werd gewisseld en hoe het er soms heftig aan toe ging. En de contacten die ik in die periode legde, zijn gebleven. Nog steeds zit ik ook in NEA, de denktank die mijn vader in de jaren tachtig oprichtte om een opportuniteit in de toenmalige crisis te zoeken.”
Wordt uw echtgenote in de toekomst een van de partners in Buysse & Partners?
BUYSSE. “Neen, dat is een bewuste keuze. Ik ben sinds een paar weken in gesprek met een aantal personen die zich willen associëren. De vraag is nog of het zal gaan over een vrije associatie of niet. De kracht komt toch vooral uit de juiste match van de mensen rond de tafel. Daarvoor hoef je niemand vast in dienst te hebben. Elk investeringsproject verdient de juiste mix van kapitaal en expertise en daarom verschilt het team voor elke deal. Freelancers denken trouwens vaak meer op de langere termijn omdat ze hun geloofwaardigheid op de markt moeten behouden.
“Mijn echtgenote zit wel in de financiële sector, maar werkt in de wereld van de buy-outs door fondsen. Ze doet de grotere deals aan de schuldfinancieringskant bij KBC. Ze speelt dus in een andere divisie, maar we moeten wel voorzichtig zijn om belangenvermenging te vermijden. Anders is onze geloofwaardigheid eraan.”
Halen jullie in het weekend ook de telramen boven of staat er dan toch wat anders op het programma?
BUYSSE. “Onze zes maanden oude zoon Arthur is onze grootste hobby. Ik probeer ook wel te sporten bij wijze van lichamelijk onderhoud, maar hoe meer vrije tijd ik met Arthur kan doorbrengen, hoe beter. Mijn grote droom is om een aantal mooie reizen te maken met mijn gezin en dan zo vaak mogelijk het ‘wauweffect’ in de ogen van mijn kinderen te zien wanneer ze een natuurfenomeen zien. Daar kan ik bijna niet op wachten.” (T)
Door Sjoukje Smedts/Foto’s: Pat Verbruggen
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier