Grote oorlog tegen big tech
De strijd tegen de groeiende macht van de grote techbedrijven wordt in 2021 opgedreven, zowel in de rechtbanken als in de parlementen. Het wordt een werk van lange adem.
De media zullen vooral kijken naar de rechtszaken in de Verenigde Staten. De zaak met potentieel de meest verstrekkende gevolgen is in oktober 2020 aangespannen door het ministerie van Justitie en enkele staten tegen Alphabet. De aanklacht luidt dat de moeder van Google haar dominantie in onlinezoeken illegaal in stand houdt. Intussen bereidt Epic Games, de ontwikkelaar van het populaire onlinegame Fortnite, een zaak voor tegen Apple over de manier waarop het zijn App Store controleert en 30 procent commissie heft op de meeste transacties. De Federal Trade Commission overweegt een rechtszaak op te starten tegen Facebook omdat het zijn marktpositie zou misbruiken om de concurrentie te kortwieken.
Rechtszaken zijn niet de beste manier om de techgiganten aan te pakken.
Die zaken kunnen stuk voor stuk jaren aanslepen. Het maakt dat iedereen het erover eens is dat rechtszaken niet de beste manier zijn om de techgiganten aan te pakken. Een hervorming van de antitrustwetgeving en een goede regelgeving zijn betere alternatieven. In oktober 2020 publiceerde een comité van het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden een rapport over hoe zo’n hervorming er kan uitzien. Het baseert zich op de Glass-Steagall Act van 1933. Die voerde een scheiding in tussen investerings- en commerciële banken, om belangenvermenging te voorkomen. Een vergelijkbare wetgeving voor de techindustrie zou digitale platformen scheiden van de goederen en diensten die daar verkocht worden. Amazon zou dan niet langer zijn eigen producten kunnen verkopen op zijn onlinemarktplaats, en Apple zou geen eigen apps meer kunnen aanbieden.
Hakken in het zand
De Europese Unie wil om nog een stap verder gaan. Haar Digital Services Act zal bepalen hoe de grote onlinebedrijven content moeten modereren, omgaan met klachten van gebruikers, rivalen behandelen die ook gebruikmaken van hun platformen, verbinding maken met concurrerende diensten en gegevens delen. Google zou bijvoorbeeld niet langer zijn eigen diensten voorrang mogen geven in zijn zoekresultaten, en Facebook zou worden verplicht om zijn berichtendiensten Messenger en WhatsApp open te stellen voor concurrerende systemen als Telegram en Signal.
De critici van de techreuzen kunnen hun verwachtingen echter maar beter temperen. De inspanningen om de grote techbedrijven aan banden te leggen zullen tijd vergen. De regering-Biden zal waarschijnlijk eerst dringendere kwesties onder handen nemen, zoals de economie en de gezondheidszorg, voor ze aan de technologische wetgeving begint. De Europese Unie staat bovendien bekend als een traag instituut: het duurde tien jaar voor ze haar verordening over de gegevensbescherming rond had. En hoe langer de pandemie aansleept, hoe afhankelijker de mensen worden van de diensten die de techreuzen aanbieden en hoe steviger die hun hakken in het zand zullen zetten.
De auteur is redacteur technologie van The Economist in San Franciscow
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier