Geef ons nog een Duvel (dan kunnen we Lanoyes ironie smaken)
De nieuwe roman van Tom Lanoye barst van de sterke ideeën, maar hij heeft helaas niet de moeite genomen ze uit te werken.
De mensheid valt uiteen in twee groepen. Zij die ergens intrekken, en zij die daarbij staan te vloeken.” Met die zin, geplukt uit de nieuwe roman van Vlaanderens populairste en meest mediagenieke schrijver, rest er de lezer geen spatje twijfel meer: in Het derde huwelijk verkent Tom Lanoye het hedendaagse multiculturele België. Die zin laat al evenmin twijfel over het problematische karakter van die almaar kleurrijkere maatschappij. Van die brede, politiek gevoelige context, maakt Lanoye een geniale miniatuur. Het lijkt wel of je op Google Earth klikt, inzoomt op het Versleten Continent (Lanoyetaal voor Europa) en vervolgens blijft klikken tot je in een muf Vlaams huis belandt, waar authentieke art deco en kitsch met elkaar wedijveren.
In dat huis treffen we Lanoyes prachtvondst aan. Daar woont een jong, beeldschoon Afrikaans meisje samen met een zieke homoseksuele laatvijftiger. Enkele jaren geleden heeft de doodzieke man zijn vriend verloren (aan aids, zo wordt gesuggereerd, maar helemaal duidelijk wordt dat nooit). Nu moet de werkloze filmlocatiescout voor een smak geld in het huwelijksbootje stappen met de Afrikaanse, zodat zij de Belgische nationaliteit kan verwerven. Het geld komt van haar Vlaamse vriend, een man die voorlopig niet zelf met haar kan trouwen, omdat hij al verdacht wordt door de Cel Schijnhuwelijken van de Dienst Vreemdelingenzaken. Vandaar de opdracht: “Je trouwt met haar, je woont met haar, je leeft met haar. Maar raak haar aan en ik sla je morsdood.”
Die opdracht, uitgesproken door de verzuurde, oudere Vlaamse vriend van het levenslustige Afrikaanse meisje, is ook de openingszin van de roman. Ongetwijfeld wordt dat een klassieke opener. Helaas voor de roman onthult die opener ook een van de zwaktes van het boek. Aanvankelijk vonden we dergelijke uitspraken wel geestig en gevat, maar allengs verschenen er zoveel flauwe opmerkingen, dat die zinnen (her en der zowaar geroemd als aforismen) uitgekleed werden tot hun essentie: slap tooggebrabbel. Tijdens het lezen waanden we ons af en toe in een Vlaamse bruine kroeg, waar na drie Stella’s en evenveel Duvels gelijkaardige kromme oneliners gedeclameerd worden. In Lanoyes roman zou dergelijk geouwehoer moeten doorgaan voor superbe ironie. Geef ons dan nog maar een Duvel.
Het echte probleem met de roman is evenwel dat Tom Lanoye het daarbij gelaten heeft. Zijn geniale uitgangspunt lalt hij vol met pseudo-ironie. Sporadisch schemeren weliswaar allerhande verwijzingen naar zowel de actualiteit als andere romans door, maar dat alles blijft een lege schelp, omdat de plot, de personages en zelfs de thema’s nauwelijks uitgewerkt worden. De ideeën zijn er wel, maar Lanoye heeft niet de moeite genomen om ze uit te werken.
Tom Lanoye, Het derde huwelijk. Prometheus, 337 blz., 19,95 euro.
Luc De Decker
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier