De oldtimers van morgen

De oldtimermarkt is het voorbije decennium gekaapt door investeerders die de prijzen de hoogte injoegen. Maar niet getreurd, daar komt de youngtimer.

Dat oldtimers de voorbije tien jaar fors duurder zijn geworden, komt niet doordat er ineens heel veel autoliefhebbers met dikke portefeuilles bij zijn gekomen. De prijshausse heeft vooral economische oorzaken: door de historisch lage rente hebben investeerders die rendement zochten naast aandelen, obligaties en vastgoed, ook de kunst- en de oldtimermarkt ontdekt. Ook de versoepeling van de gebruiksregels voor oldtimers werkte de populariteit van die categorie wagens in de hand.

De echte autoliefhebber, voor wie winst maken geen prioriteit is, ziet die evolutie met lede ogen aan. Voor liefhebbers met een kleine beurs wordt de zoektocht naar een betaalbare klassieker steeds moeilijker.

Veertigers en vijftigers

De prijsinflatie van de oldtimers verklaart de opkomst van het fenomeen youngtimer. Er bestaat geen eenduidige definitie van die term, maar het gaat zo goed als altijd om wagens die in autotermen niet meer okselfris zijn – vijftien jaar en ouder – maar die volgens de wettelijke definitie ook nog geen oldtimer zijn. Tot 2018 hanteren de lidstaten van de Europese Unie eigen regels om een oldtimer te definiëren, vanaf 2018 wordt overal de grens op dertig jaar gelegd. Op dit moment zijn youngtimers dus wagens die zijn gebouwd tussen eind jaren tachtig en de eeuwwisseling. Op het Brusselse autosalon van januari was een aparte hal aan youngtimers gewijd. Evenementen die zich specifiek tot youngtimerbezitters richten, kennen een overweldigende belangstelling. Youngtimers spreken vooral autoliefhebbers aan die de hoge prijzen voor echte oldtimers niet kunnen of willen betalen. Veertigers en vijftigers zijn vaak opgegroeid met wagens die toen financieel niet haalbaar waren, maar die ze nu als youngtimer wel kunnen kopen. Vaak gaat het om merken die niet meer bestaan (zoals Saab en Rover/MG), of die door een verandering van eigenaar hun authentieke karakter wat zijn kwijtgespeeld (zoals Jaguar en Alfa Romeo). Daarnaast zijn youngtimers een sociaal gebeuren: tussen april en oktober is er altijd wel ergens een rondrit of een bijeenkomst gepland.

In principe kan elke wagen uit die periode een gewilde youngtimer zijn, maar meestal gaat het om goed onderhouden exemplaren (met een afgestempeld onderhoudsboekje), voorzien van opties en bij voorkeur met een lage kilometerstand. Speciale of gelimiteerde series hebben een voetje voor om op termijn uit te groeien tot verzamelobjecten. De praktische beperkingen die op oldtimers van toepassing zijn, gelden niet voor youngtimers. Bestuurders kunnen hun youngtimer dus ook professioneel en voor commerciële doeleinden gebruiken. Ook om naar het werk of de school te rijden zijn ze gewoon toegelaten.

Geen financiële motieven

Oldtimerspecialisten zijn er in ons land in overvloed, en verschillende grote dealergroepen en onafhankelijke handelaren hebben een eigen classicsdivisie. Toch is het in België met een vergrootglas zoeken naar handelaren die zich in youngtimers specialiseren, terwijl het aanbod in Nederland een stuk groter is. Dat heeft onder meer te maken met de verschillende fiscale regels in beide landen. In België kiezen handelaren er meestal voor om oudere wagens die nog geen oldtimer zijn op de exportmarkt aan te bieden. Toch is het youngtimeraanbod voldoende groot – enerzijds van particulieren en anderzijds van de importmarkt. Bij youngtimers staat financieel geldgewin niet voorop. Het is bovendien geen exacte wetenschap of een wagen al dan niet tot een klassieker uitgroeit.

Maar ook zonder waardestijgingen hebben youngtimers hun eigenaar vaak veel te bieden. In tijden dat rijhulpsystemen steeds meer werk overnemen van de bestuurder, is het rijden met een youngtimer een verademing. Vooral jonge bestuurders kennen het gevoel niet meer om zelf met de auto te rijden in plaats van gereden te worden. Youngtimers die technisch niet al te complex zijn, hoeven ook niet veel te kosten en zijn vaak minstens even betrouwbaar als moderne wagens. Met een budget van 10.000 euro komen al heel wat youngtimers binnen bereik. Wie de lat niet te hoog legt, kan ook al met veel minder aan de slag.

Populaire modellen

Binnen- en buitenlandse automagazines maken regelmatig lijstjes van youngtimers die interessant zijn. Dat hangt uiteraard ook af van welk type wagen de koper zoekt en hoe hoog zijn budget is. Een aantal modellen komt vaak terug.

De klassieke Saab 900, het laatste model voordat het merk onder de vleugels van General Motors terechtkwam, werd tussen 1984 en 1993 gebouwd. Hij bestaat zowel in klassieke berlineversie als in cabriolet. De klassieke lijn en het eigenzinnige karakter van het merk trekken veel liefhebbers aan. De prijzen starten al bij 1000 euro voor exemplaren met een hoge kilometerstand, waaraan wat opknapwerk nodig is, tot 15.000 euro voor gerestaureerde cabrioletversies met de veelgevraagde turbomotor. De Lexus LS400 kwam in 1990 naar Europa en was het antwoord van de Japanse constructeur op de dominantie van de Mercedes S-Klasse en de 7-serie van BMW. De limousine van Lexus onderscheidde zich met een veel lagere prijs, een betere uitrusting en een bijna legendarische betrouwbaarheid. Het model werd in 1995 voor het eerst gemoderniseerd en bleef in productie tot 2000. Een nette LS400 met een niet al te hoge kilometerstand kan voor minder dan 10.000 euro worden opgepikt. Het aanbod in België is niet zo groot. Daarom richten liefhebbers het beste ook hun blik naar de buurlanden.

De Mercedes E 124 werd tussen 1984 en 1995 gebouwd. Wereldwijd werden er meer dan 2,5 miljoen exemplaren geproduceerd. Het model kwam zowel uit als berline (W124), stationwagon (S124), coupé (C124) als cabrio (A124). Door de robuuste techniek rijden ook vandaag nog veel exemplaren rond met erg hoge kilometerstanden. De prijzen lopen sterk uiteen naargelang het koetswerktype, het bouwjaar en de kilometerstand. Gezien de betrouwbaarheid en de bouwkwaliteit van dit model, is de onderhoudshistoriek belangrijker dan de kilometerstand.

Andere potentieel interessante youngtimers zijn de benzineversie van de Volvo 850 (1991 tot 1997), de eerste generatie van de Audi A8 (1994 tot 1999), de Alfa Romeo 75 (1989-1992) en de Mazda MX-5 (vanaf 1990).

Koen Lauwers

Youngtimers spreken vooral autoliefhebbers aan die de hoge prijzen voor echte oldtimers niet kunnen of willen betalen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content