DE BAND MET HET JONGE BELGIE

DANKZIJ OUDE KONTAKTEN.

Dat de politieke band niet doorslaggevend was voor de ekonomische relaties tussen Spanje en onze gewesten in de 16de en 17de eeuw wordt duidelijk wanneer de Zuidelijke Nederlanden in 1714 overgaan in Oostenrijkse handen. De handel blijft intens, vooral de Spaanse kolonies komen nu op de voorgrond. In de 18de eeuw blijven Vlamingen een rol spelen in de levendige handel in tabak en cacao tussen Latijns-Amerika en Europa. Maar ook in Spanje vind je mensen uit onze streken terug. Zo trekt professor Eddy Stols (KU-Leuven) een lijn van de Vlaamse ingenieurs, die in de 17de eeuw de de waterwegen hielpen aanleggen, naar de ingenieurs die in de 19de eeuw mee het Spaans spoorwegnet uitbouwden en de trams in Spanje en Portugal introduceerden. Zelfs in de immobiliënsektor ziet hij een konstante aktiviteit van Vlamingen die zich in de loop der eeuwen in Spanje hebben gevestigd.

Spanje zal ook het eerste land zijn waar het jonge industriële België zal investeren. “Het is opvallend dat rond 1850 het Belgisch kapitaal juist via Spanje naar het buitenland gaat, ” zegt Stols. Hij verwijst onder andere naar de Asturienne des Mines, een in Spanje gevestigde Belgische maatschappij die het model is geworden voor veel grote mijnen. De Belgen vonden in de 19de eeuw ook moeiteloos de weg naar de voormalige Spaanse kolonies in Latijns-Amerika. “De jonge industriestaat België was bij de nieuwe Zuidamerikaanse republieken erg geliefd, ” legt Stols uit. “Het land beschikte over heel wat technologische kennis, had een liberale grondwet en voerde geen imperialistische politiek. ” Net als in Spanje zou België in Latijns-Amerika de ekonomische ontwikkeling in de 19de eeuw een flinke duw in de rug geven. Stols : “Het is geen toeval dat de Belgische industriëlen eerst naar Spanje keken. Ze bouwden duidelijk voort op oude kontakten. Een eeuwenlange handelstraditie wees hen de weg naar het Iberisch schiereiland. “

Negatieve kijk op Spanje (oorlogen, inquisitie) is onkorrekte historische “visie van de schoolmeesters”.

Vanaf late middeleeuwen kenden de Nederlanden sterke ambachtelijke ontwikkeling dankzij afzetmarkt Spanje.

Spanje leverde grondstoffen waar in de Nederlanden grote behoefte aan was.

Antwerpen profiteerde volop van de Spaanse goud- en zilverstroom uit Amerika.

Drukkers uit de Nederlanden introduceerden het humanisme in Spanje.

Families als de Villegas of d’Alcantara bewijzen dat Spaanse kooplui zich met sukses hier integreerden.

Ook de industriëlen van jong België wendden zich eerst naar Spanje, voortbouwend op oude kontakten.