Corona is geen oorlog
Oorlog is soms een nuttige metafoor om de strijd tegen het coronavirus te beschrijven. Die beeldspraak appelleert aan een besef van gedeeld lot, van individuele opoffering en van grootschalig leed. Ze onderstreept hoezeer we met vereende krachten en grote solidariteit de pandemie moeten bekampen. Ze kan een bevolking aanzetten tot een gezonde gehoorzaamheid en volgzaamheid ten bate van de volksgezondheid. Maar de vergelijking met een oorlog is misplaatst, als ze dient als vrijgeleide om grenzeloos schulden te maken en eindeloos en zorgeloos geld te pompen in de economie. Een echte oorlog betekent vernietiging van alle infrastructuur op grote schaal. Vrede betekent dan per definitie een gouden dageraad van wederopbouw die een nieuwe groei inluidt. Corona vernietigt alleen levens en banen. Er volgt geen spontane relance.
Corona vernietigt alleen levens en banen. Er volgt geen spontane relance.
Een echte oorlog betekent een totale mobilisatie van technologie, industrie en communicatie om de vijand te verslaan. Oorlog versnelt altijd de economische innovatie die daarna doorstroomt in nieuwe productiviteit in vredestijd. Na oorlog komt welvaart. Wij spenderen nu niet aan de innovatie voor morgen, maar aan het subsidiëren van het heden. Na corona komen schulden en een trage oorlog tegen de schuldenerfenis.
Een echte oorlog offert de oorlogvoerende generaties op voor de toekomstige generaties. De levende bevolking ondergaat ontberingen voor de jongste generaties die na de oorlog een reservoir van nieuw potentieel erven. Ons coronabeleid draait die generatielogica vooral om. De pensioenen gaan omhoog, de gezondheidszorg krijgt meer geld en bestaande bedrijven worden gered. De rekening is voor later, voor de jongeren.
Een echte oorlog liquideert vermogens, nivelleert ongelijkheid en ontwricht de familiale en culturele netwerken die rijkdom overdragen tussen generaties. Oorlog forceert een reset voor de hele samenleving. Ons monetaire crisisbeleid doet al jaren het omgekeerde. De lage rente en gratis geld zijn doping voor de beurzen, waar het geld van de gefortuneerden staat geparkeerd. De modale spaarders zien hun spaarrekening wegsmelten. Geen enkele belastingcorrectie kan die regressieve realiteit progressief maken.
Een echte oorlog betekent zo’n traumatisch verlies aan mensenlevens dat samenlevingen dat nadien compenseren met een piek aan geboortes, verjonging en immigratie. Wij zijn een verouderende samenleving met een dalend geboortecijfer, immigratieaversie en een erfenis van probleemimmigratie. Na corona volgen talentenschaarste, cultuurstrijd en demografisch verval.
Een echte oorlog smeedt eendracht. Oorlogsgeneraties gaan de vrede in met een dividend van onderlinge verstandhouding en gemeenschappelijk plichtsbesef. Dat voedt de politiek en het bestuur voor decennia, ten bate van nieuwe welvaart. De Europese Unie, de NAVO en de Koude Oorlog kwamen er dankzij de generaties die in de Tweede Wereldoorlog hadden gevochten. Wij kennen politiek nihilisme, extremisme en populisme dat onder corona eerder verergert dan verbetert.
Midden in een kunstmatige economische implosie, met een overschot aan geld op de financiële markten en een historisch lage rente, kunnen schulden de weg naar groei banen. Maar coronabeleid is geen oorlogsbeleid. We moeten niet denken dat alles spontaan verbetert als we de coronaperiode maar overbruggen. Een deel van ons schuldenprobleem is structureel en vergt ook na corona een structurele begrotingsdiscipline.
We moeten kiezen wat noodzakelijk, duurzaam en strategisch is, wat crisismanagement is op korte termijn en wat succes maakt op lange termijn. We hebben de plicht om verstandig te investeren, maar niet de luxe om vrijblijvend te spenderen.
De auteur is decaan aan de Macquarie University in Sydney en visiting fellow bij de denktank Itinera. @devosmarc
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier