ACHILLESPEES

BTW ALS CONTROLE.

BTW is en blijft voor ondernemers een blok aan het been. Zij hoeven immers geen BTW te betalen, maar spelen inningskantoor van deze verbruikersbelasting voor de schatkist. Goedkoop en makkelijk voor de staat.

Bovendien kan de overheid op die manier beter de inkomsten en uitgaven van de bedrijven controleren. Alleen een onderneming die netjes al haar baten en lasten meldt, kan immers aanspraak maken op een verrekening van de BTW. Daarom denken de diverse regeringen er niet aan om net als bij de handel tussen EU-lidstaten voor transacties tussen binnenlandse ondernemingen het nultarief in te voeren, wat de industrie van heel wat rompslomp zou verlossen.

Piet Vandendriessche, BTW-specialist bij Arthur Andersen : “Voor leveringen binnen de Europese Unie is wel een vrijstelling van BTW te bekomen. Voorwaarde is dat men het correcte BTW-nummer van de koper op de factuur vermeldt én dit is belangrijk bewijst dat de goederen België hebben verlaten. Normaal volstaan betalingsstukken van financiële instellingen en het klassieke CMR-transportdocument. Maar bij afhaaltransacties de zogenaamde leveringen af fabriek, waarbij de koper de producten zelf komt halen ligt de bewijslast veel moeilijker.”

De BTW-administratie besliste op 9 juni ’93 dat het dossier zes documenten moet bevatten :

een bestelbon, waarbij de koper bevestigt dat alle gekochte goederen door hem of voor zijn rekening zullen worden vervoerd buiten België, maar binnen de Europese Unie ;

de schriftelijke bevestiging van de geldigheid van het BTW-nummer van de koper, die eenmaal per jaar moet worden aangevraagd ;

een dubbel van de uitgereikte facturen met alle verplichte vermeldingen ;

een trimestriële opgave van alle door de verkoper uitgereikte facturen. Deze opsomming moet door de koper worden ondertekend. De koper moet eveneens het volgnummer vermelden waaronder de facturen in zijn aankoopboek zijn opgenomen.

een uitdrukkelijke verklaring van de koper dat hij de goederen intracommunautair heeft verworven in een andere EU-lidstaat ;

een kopie van het CMR-transportdocument.

Indien deze documenten niet aanwezig zijn, moet de verkoper Belgische BTW aanrekenen. Bovendien is de verkoper aansprakelijk als de koper met zijn medeweten valse verklaringen aflegt. Piet Vandendriessche : “De afhaaltransacties zijn de achillespees van het huidige BTW-overgangsregime. De hele resem bijkomende verplichtingen staat in schril contrast met de basisdoelstellingen van de Europese eenheidsmarkt. Deze is gericht op het vrij verkeer van goederen tussen de lidstaten en een vereenvoudiging van de administratie. De absolute bewijsplicht is nagenoeg niet mogelijk. Daarom pleit ik voor een zorgvuldigheidsregel naar Nederlands model om aan te tonen dat de leverancier naar best vermogen heeft gehandeld.”

Gezien de centrale ligging van ons land vindt hier een grote omzet van intracommunautaire leveringen plaats, zodat de schatkist bij fraude heel wat geld kan verliezen. Daarom hanteert de fiscus een strikte interpretatie, die echter de commerciële handel tussen de lidstaten belemmert. In principe lost het definitief BTW-regime belasting in het land van verbruik en de creatie van een clearing house om de bedragen wederzijds te verrekenen deze problemen op. Maar om politieke redenen is dit stelsel niet, zoals gepland, op 1 januari ’97 van kracht geworden. Meer harmonisering is evenwel dringend nodig om concurrentievervalsing in het bedrijfsleven te vermijden. Vandendriessche : “Het gaat toch niet op dat de fiscus zoals nu bij vermoeden van fraude de leverancier laat boeten voor eventuele fouten die zijn klant heeft begaan. Bovendien blijkt uit het antwoord van minister van Financiën Philippe Maystadt (PSC) op een parlementaire vraag van VLD-kamerlid Marc van den Abeelen op 13 december ’96 dat de leverancier die niet over voldoende bewijsmiddelen beschikt, Belgische BTW moet aanrekenen aan zijn buitenlandse koper. Zo verplicht je de ondernemingen bijna op voorhand aan internationale klanten, waar enige twijfel kan rijzen, belasting aan te rekenen. Zoiets bevordert geenszins de commerciële handel met andere lidstaten. Deze BTW is bovendien niet recupereerbaar, zodat de buitenlandse koper wellicht geneigd zal zijn een andere leverancier op te zoeken.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content