Particulieren die na 1 januari 2013 nog voor langere tijd een auto willen huren, kunnen dit best doen via Luxemburg en er elke maand een andere wagen ophalen. Alleen op die manier kunnen ze blijven genieten van een lagere btw-voet.
De btw-regeling maakt een onderscheid tussen langetermijnverhuur en kortetermijnverhuur. In het eerste geval gaat het om contracten tot 30 dagen. In het tweede om langere overeenkomsten. Bij een langetermijnverhuur – dus van meer dan 30 dagen – wordt gekeken naar de hoedanigheid van de huurder.
Gaat het om een btw-plichtige, dan is het btw-tarief van het land van de gebruiker van toepassing. Een Belgische handelaar die in Luxemburg een auto huurt, betaalt dus het Belgische tarief. Gaat het om een particulier, dan speelt het land van de verhuurder. Dit betekent een btw-voet van 15% in Luxemburg tegenover 21% in België. Een voordeel dus voor de Belgische particulier die de grens overwipt. Althans tot 31 december 2012. Vanaf Nieuwjaar zal ook hier het land van de gebruiker gelden. Dus wordt ook in Luxemburg voor een verhuring van minstens 30 dagen aan een Belgische particulier het Belgische tarief van 21% van kracht.
Anders ligt het met een kortetermijnverhuring. Hier geldt het btw-tarief van het land waar de auto ter beschikking wordt gesteld. Gebeurt dat in Luxemburg, dan gelddt 15%. In België 21%. Wie hiervan gebruik wil maken, moet wel opletten. Meerdere opeenvolgende kortlopende contracten tussen dezelfde verhuurder en dezelfde huurder voor hetzelfde voertuig worden gezien als een langetermijnverhuur vanaf het contract dat de grens van 30 dagen overschrijdt.
Wordt daarentegen elke keer een andere auto gehuurd, dan moet contract per contract worden geoordeeld of het om korte- dan wel langetermijnverhuur gaat. (ANA)
