BINNENVAART

TAXISTOP PER SCHIP.

Op 1 januari 2000 liberaliseert de Europese binnenvaart. Dankzij de stijgende verkeerscongestie wint deze vervoersmodus aan belang. Een degelijk uitgebouwd en goed onderhouden waternet is per tonkilometer immers goedkoper én milieuvriendelijker dan de dichtgeslibde autowegen. “Uit een Nederlandse studie blijkt dat de externe kosten (inclusief ongevallen, luchtverontreiniging, geluidshinder en congestie) voor de binnenvaart zo’n 0,02 frank per tonkilometer bedragen, vergeleken met 0,44 tot 0,80 frank voor vrachtwagens,” zegt Johan Gauderus, hoofd van de Economic and Strategic Evaluation Group (ESEG) van Technum. “In België realiseren de waterwegen naar schatting een ecologische besparing van niet minder dan 2,4 à 4,4 miljard frank per jaar.”

Een 25.000 km lang netwerk van waterwegen verbinden de Noordzee, de Oostzee, de Zwarte Zee en de Middellandse Zee met elkaar. België en Nederland alleen al beschikken over 6250 km bevaarbare rivieren en kanalen, waarvan ruim 1000 km in Vlaanderen. Binnenschepen vervoeren jaarlijks ongeveer 95 miljoen ton of zo’n 15% van het totale goederentransport. Dit percentage kan gevoelig omhoog.

Maar de Vlaamse binnenvaart is niet aangepast. Daarom heeft de regering op 27 juni 1996 een pakket maatregelen goedgekeurd om de sector te moderniseren. Hiervoor is een extra budget van 2,55 miljard frank opzijgelegd. In het totaal zal de overheid 700 miljoen frank subsidies verlenen aan kaaimuren, overslagterminals, laad- en loskades. De schippers zelf kunnen geconsolideerd zo’n 350 miljoen frank aan investeringssteun krijgen voor de aanpassing van hun vloot. Begin dit jaar zijn de eerste dossiers goedgekeurd, samen goed voor 90 miljoen frank. Zo komen er nieuwe binnenvaartterminals in Willebroek, Kortrijk en Roeselare.

Onder auspiciën van de Promotie Binnenvaart Vlaanderen (PBV) – een overlegorgaan tussen de overheid en de sociale partners – voert de overheid voor de eerste maal in de geschiedenis een volwaardig vervoersbeleid. Naast de verbetering van de infrastructuur en persoonsgebonden maatregelen (opleiding en begeleiding) wordt zelfs de vraag gestimuleerd. PBV-voorzitter Filip Martens: “Als wij een distributieland willen blijven, dan moet de binnenvaart uitgebouwd worden. Nu de vrije markt voor de deur staat, is de tijd rijp. Om te vermijden dat we in de Far West van het wegvervoer terechtkomen, heeft PBV een beleidsplan uitgestippeld. Naast de sloopregeling en herstructurering van de dienstverlening starten we dit jaar met een informaticaproefproject om de drempel voor de industrieel die zijn goederen wil laten vervoeren, zo laag mogelijk te maken. Het is onze bedoeling een website te creëren, waarbij zowel schipper als klant hun respectievelijk aanbod intikken, zodat elke gebruiker onmiddellijk de mogelijkheden en de kostprijs kan zien.” Met andere woorden: een taxistop per schip.

De voordelen worden groter naarmate de toename van volumes en de aard van de watergebonden activiteiten. Zo leent het afvaltransport zich uitstekend tot de binnenvaart, op voorwaarde dat de sector zich tijdig herstructureert. Paul Corens, consulent Promotie Binnenvaart Vlaanderen: “Een proefvaart van 23 januari jongstleden toont aan dat de intercommunale Vlabraver huisvuil uit Vilvoorde zonder enig probleem naar Beveren kan vervoeren om het in de installaties van Indaver te laten verbranden. Het prijskaartje voor 500 ton – voor- en natransport per vrachtwagen inbegrepen – bedraagt 200.000 frank. Voor eenzelfde volume zijn 25 vrachtwagens van elk 20 ton nodig. Hun kostprijs schommelt tussen 140.000 en 280.000 frank. Met andere woorden: de binnenvaart is een economisch én ecologisch alternatief. Uit onderzoek blijkt dat 50% van het Vlaams restafval per schip naar zijn eindbestemming kan worden gebracht. In de milieuvergunning voor de geplande oven in Drogenbos staat deze verplichting trouwens ingeschreven.”

Tenslotte pleit de PBV voor een afschaffing van de vaarrechten voor milieutransporten, die nu nog altijd 10% van de kosten uitmaken. Martens: “In tegenstelling tot de verkeersbelasting is dit een variabele kost. Hoe harder je werkt, hoe meer je moet betalen. Bovendien brengt deze contraproductieve maatregel amper 350 miljoen frank per jaar op, evenveel als de spoorwegen ons per dag kosten.”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content