De mobiele revolutie
De mobiele revolutie, met een steeds toenemende dominantie van gsm’s, smartphones en internet ten nadele van de pc, heeft ook een revolutie ontketend in de technologiesector.
De voorbije tien à vijftien jaar zijn in de wereldwijde communicatie lichtjaren vooruitgang geboekt. Twee cruciale factoren daarvoor waren de opkomst van het internet de opmars van de mobiele telefonie. Die mobiele revolutie heeft zich eerst in de westerse wereld afgespeeld, maar sinds enkele jaren zien we ook spectaculaire groeicijfers in de groeilanden.
De opkomende middenklasse in die landen spendeert in de eerste plaats geld aan communicatie (10,2%), gevolgd door transport (9,5%), opvoeding (8%), ontspanning (7,4%), huishoudinrichting (6,8%), bank- en verzekeringsproducten (6,1%) en gezondheidszorg (6,0%). Bovendien hebben veel opkomende landen het stadium van de vaste telefonie overgeslagen. Ze springen meteen mee op de golf van de mobiele telefonie en het internetgebruik. Naar schatting zullen in de periode 2010-2015, waar we middenin zitten, ongeveer 700 miljoen Aziaten starten met het gebruik van mobiele telefonie en internet. Uit de laatste officiële cijfers uit China blijkt dat er, in dat land alleen al, 591 miljoen internetgebruikers zijn, tegenover nog 420 miljoen midden 2010. Dat is een aangroei van bijna 6 miljoen per maand.
Over Latijns-Amerika hadden we het onlangs nog (zie IB 49B/13). Maar we mogen ook Afrika niet uit het oog verliezen. In 2010 waren in Afrika amper 15 miljoen smartphones op 1 miljard bewoners. Tegen 2015 zou dat cijfer ruim verachtvoudigd zijn, tot 127,5 miljoen smartphones.
Sterren en gevallen sterren
De mobiele revolutie, met een steeds toenemende dominantie van gsm’s, smartphones en internet ten nadele van de pc, heeft ook een revolutie ontketend in de technologiesector. Met manifeste winnaars én verliezers. In 2000 waren de sterren giganten als Microsoft, Intel, HP, Dell Computer, Oracle en Nokia.Vandaag zijn de technologielievelingen veeleer Apple, Samsung, Google, Qualcomm, ARM Holdings, Twitter en Facebook.
Maar we moeten vaststellen dat het merendeel van die sterwaarden met pittige waarderingen noteren op de aandelenmarkten. Koopjes zijn er niet echt meer te doen, om niet te zeggen dat de meeste waarden zwaar overgewaardeerd zijn. We richten onze pijlen dan ook eerder op de gevallen sterren. Bedrijven als Microsoft en Intel stellen wel degelijk nog iets voor in de technologiesector, al zijn ze lang niet meer dominant. Ze beschikken echter nog over miljarden dollars aan liquiditeiten om zich een weg terug naar boven te knokken. In het bijzonder kijken we in dit nummer naar Intel (zie ‘Flash’ p. 7), dat met een nieuwe generatie halfgeleiders ook competitief wil worden op de uitdijende markt voor smartphones (tablets). De waardering is nog redelijk, na enkele jaren van omzetstagnatie en afvlakkende winstcijfers. Een van de comebacks van 2014?
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier