Marijke Schroos (Microsoft Belux): ‘Het grootste obstakel voor AI in België is onze zin om bij te leren’

Marijke Schroos werd general manager van Microsoft België en Luxemburg in oktober 2022, op het moment dat OpenAI de wereld verbaasde met zijn tool ChatGPT. “In een kenniseconomie als België is het potentieel van artificiële intelligentie bijzonder groot”, vindt ze. Het grootste obstakel? Onze zin om bij te leren.

Vanuit zijn hoofdkwartier in Zaventem stuurt Microsoft de 500-koppige Belgische en Luxemburgse afdeling aan. “Microsoft stelt hier ook indirect 5.000 mensen te werk, die alleen zijn technologie ontwikkelen. Het heeft daarmee een grote verankering in België en Luxemburg”, benadrukt general manager Marijke Schoors.

Microsoft heeft Windows, zijn bekende kantoorapps, een clouddienst en eigen serverinfrastructuur. Op welke manier hebben de opkomst van artificiële intelligentie en de AI-tool Copilot Microsoft veranderd?

MARIJKE SCHROOS. “Microsoft heeft zich sinds de komst van de huidige CEO, Satya Nadella, voorbereid op dit moment. Dankzij hem hebben we na moeilijke jaren tijdens de opkomst van smartphones opnieuw ons DNA gevolgd. Microsoft is sterk in het democratiseren van software en de empowerment van personen en organisaties.

“Het is belangrijk dat we toen zijn geëvolueerd van een productgericht naar een klantengericht bedrijf. Jarenlang was de verkoop van Windows-licenties heilig voor Microsoft, maar nu moet ons hele ecosysteem van software en de cloud ten dienste staan van de klant. We bieden verschillende abonnementsformules aan, die niet alleen onze bekende kantoorapps bevatten, maar ook gespecialiseerde tools en clouddiensten. We moeten dus dagelijks relevant blijven in functie van de klant. Dat is niet alleen een omslag geweest voor ons salesteam, maar voor de hele structuur van het bedrijf.”

De cloud was de afgelopen jaren belangrijk voor de strategie van Microsoft. In datacenters zijn de gegevens van gebruikers opgeslagen, die vervolgens door allerlei tools worden gebruikt. Met de komst van Copilot en de AI-gefocuste Copilot+ PC’s lijkt die aandacht van Microsofts ecosysteem volledig te zijn verschoven richting AI.

SCHROOS. “Alles hangt met elkaar samen. Ik zeg daarom eerder dat de data van de gebruikers zelf centraal staan in Microsofts strategie en ecosysteem, ongeacht waar de gegevens zijn opgeslagen. We werken onder andere samen met de platformen van SAP en Oracle en er zijn ook tools om gegevens te ontsluiten die bijvoorbeeld op AWS-servers (Amazon Web Services, een cloudconcurrent van Microsoft, nvdr) staan.

‘De grootse uitdaging voor AI is de zin om bij te leren. Dat we de tools hebben, is één ding, maar ze correct gebruiken is het echte werk’

Marijke Schroos, general manager Microsoft Belux

“Die open aanpak maakt ons heel wendbaar en weerbaar. En onze klanten hoeven geen investeringen te doen in infrastructuur, want dankzij de cloud en onze AI-oplossingen kunnen hun data altijd aan het werk worden gezet.”

Volgens een onderzoek van BDO hebben slechts vier op de tien Belgische bedrijven al concrete plannen met AI-tools. De AI-expert Pieter Abbeel zei recent in een interview met Trends dat bedrijven nog wachten op meer geïntegreerde en gespecialiseerde tools. Volgt u dat?

SCHROOS. “Copilot is ook nog maar relatief recent geïntegreerd in alle bekende tools van Microsoft, en de Nederlands- en Franstalige versie is pas sinds april actief. Als je weet dat kantoormedewerkers gemiddeld 57 procent van hun tijd spenderen aan e-mails en meetings, dan is het begrijpelijk dat AI nog ver weg leek.

“We mogen niet vergeten dat we nog maar aan het begin van grote AI-ontwikkelingen staan. We focussen nu vaak op de fouten die generatieve AI maakt, zoals de hallucinaties. Dat zijn verzinsels van AI-modellen. Maar voer eenzelfde complexe prompt (opdracht, nvdr) na enkele maanden eens opnieuw in in een tool als Copilot, en je zal zien dat het antwoord enorm is verbeterd. We mogen de vooruitgang van die tools maken niet over het hoofd zien.”

Wat is de grootste valkuil van AI?

SCHROOS. “Ik denk dat de grootse uitdaging – zeker in België – de zin is om bij te leren. Dat we de tools hebben, is één ding, maar ze correct gebruiken is het echte werk.”

‘Als bedrijven een competitief voordeel willen bereiken door AI te gebruiken, moet het bedrijf als één blok achter die aanpak staan’

Marijke Schroos, general manager Microsoft Belux

Zijn Belgen van nature eerder terughoudend als het om nieuwe technologie gaat?

SCHROOS. “Wij merken veel interesse bij zowel grote bedrijven als kmo’s, en in het onderwijs. Een voorbeeld: advocaten leven in Word en Outlook, en ze moeten bijzonder veel gegevens opzoeken en samenvattingen schrijven. Zij zien er dus echt brood in. Het is nu belangrijk niet alleen aan tafel te gaan met de IT-specialist van bedrijven, maar ook met bestuurders. Als een bedrijf een competitief voordeel willen bereiken door AI te gebruiken, moet het als één blok achter die aanpak staan. Het is heel vaak ook een kwestie van alle data te structureren en dat vraagt een inspanning.

“Ik ben er wel rotsvast van overtuigd dat AI in een kenniseconomie als België een belangrijke rol kan spelen. Het wordt wel een uitdaging daar alle werknemers in mee te krijgen. Op onze arbeidsmarkt hebben werknemers nog te vaak de gewoonte slechts één opleiding te volgen en daarna aan de slag te gaan. Eigenlijk zou minstens 15 procent van de actieve bevolking minstens één opleiding per maand moeten volgen. Dat is een EU-aanbeveling. België zit nog ver onder dat cijfer. In Scandinavische landen laat 33 procent zich maandelijks bijscholen.”

U zegt dat u ook veel interesse in het onderwijs voelt. Leg dat eens uit.

SCHROOS. “We leggen inderdaad steeds meer contacten met schooldirecties. De Antwerpse basisschool De Wereldreiziger heeft leerlingen van meer dan zeventig nationaliteiten. Al die kinderen hebben soms een heel verschillend niveau, maar ze zitten wel samen in één klas wegens het belang van sociale integratie.

“Microsoft heeft onder meer tools die technisch en begrijpend lezen op maat ondersteunen, de maaltafels helpen in te oefenen, om het geluk van kinderen te meten en voor live ondertiteling van de leerkracht tijdens de les.”

Geef eens een concreet voorbeeld.

SCHROOS. “De app Reading Progress werkt met de teksten die kinderen gebruiken bij leesoefeningen. Ze analyseert videobeelden van de kinderen die hardop lezen en de AI geeft gericht feedback. Ze levert aangepaste teksten waarmee kinderen rond hun specifieke moeilijkheden verder kunnen oefenen. Waar kinderen vroeger achttien maanden nodig hadden om technisch te leren lezen, kan het nu in zes weken. Onderwijzers kunnen zelf de tijd niet opbrengen om kinderen op zo’n intensieve wijze te begeleiden. De tijd die voor leerkrachten vrijkomt door het gebruik van Reading Progress, kunnen ze op veel andere nuttige manieren besteden.

“We praten in België vaak over de tegenvallende PISA- resultaten (pijlers voor het onderwijsniveau, nvdr). Ik geloof echt dat we die mee de goede kant kunnen uitsturen door met technologie beter op de maat van elk kind te werken. Maar net als in bedrijven begint ook daar alles bij de visie van de schooldirecties. Gelukkig merken we bij directies een grotere vraag door de uitdagingen waar het onderwijs voor staat, niet het minst het lerarentekort.”

AI leidt ook tot extra problemen. Leerlingen maken huiswerk met behulp van AI en universiteitsstudenten gebruiken de tool voor hun papers.

SCHROOS. “AI is een verrijking die we moeten omarmen, maar we moeten nu leren hoe we het correct moeten integreren op het werk en in het onderwijs. Waar problemen ontstaan, is AI ook meteen deel van de oplossing. Leer studenten meteen kritisch te zijn, als ze AI gebruiken. Laat ze bij een paperopdracht vijf punten noemen waarin ze van mening verschillen met de tekst die Copilot heeft geschreven. Zo ontdek je niet alleen of ze de materie begrijpen, maar ook of ze die correct kunnen toepassen.”