Waarom geen degressieve vennootschapsbelasting?

Michel Maus Advocaat en hoogleraar fiscaal recht aan de VUB

Het ontwerp van programmawet bevat een aantal opmerkelijke fiscale maatregelen. Er is de veelbesproken karaattaks, die voor de diamantsector een vorm van forfaitaire belastingheffing op basis van de omzet betekent. Maar daarnaast heeft de regering fiscale voordelen in petto voor startende ondernemingen. Er komt een belastingvermindering voor wie kapitaal inbrengt, en een belastingvrijstelling voor intresten uit leningen aan startende ondernemingen.

Voor wie de zaken kortzichtig bekijkt, is elke fiscale gunstmaatregel een goede zaak. Maar wie de moeite neemt om grondig na te denken over het fiscale beleid van deze en de vorige regeringen, beseft al gauw dat zulke fiscale fratsen meer kwaad dan goed doen. Specifieke fiscale gunstregimes zijn nefast voor het rechtvaardigheidsgevoel. Ze zorgen alleen maar voor fiscale frustratie en afkeer van het concept ‘belastingen’ bij diegenen die uit de boot vallen. Op langere termijn schiet de regering zichzelf in de voet, maar dat lijkt ze niet te beseffen.

Belastingheffing is een vorm van machtsuitoefening over de maatschappij, en die machtsuitoefening moet legitiem zijn. Dat begrip gaat verder dan alleen maar legaliteit. Het vertrouwen in de overheid wordt in belangrijke mate bepaald door de wijze waarop ze met belastingen omgaat. Respect voor beginselen zoals gelijkheid en evenredigheid is daarbij essentieel. En dat respect ontbreekt volledig in het huidige fiscale beleid. In een poging om de karaattaks te verantwoorden, stelden twee volksvertegenwoordigers van de meerderheid zelfs dat rechtvaardige belastingen niet altijd slimme belastingen zijn. Dat kan best, maar onrechtvaardige belastingen zijn altijd domme belastingen. Dat besef mag wel eens doordringen.

Als de politieke meerderheid zulke statements de wereld instuurt, lijdt het weinig twijfel dat de noodzakelijke fiscale verandering ook met deze regering een utopie is. Ook zij laat zich blijkbaar leiden door de kracht van de lobby’s, niet beseffend dat daardoor een fiscaliteit van privileges ontstaat. Gunsttarieven voor sectoren en fiscale aftrekregimes op maat, ze passeren nog altijd moeiteloos. En de gewone ondernemer, die staat erbij en kijkt ernaar. Voorlopig nog, want wie voeling heeft met de realiteit, weet dat niet alleen de vakbonden kwaad zijn. Ook bij de ondernemers groeit langzaam maar zeer zeker het ongenoegen over het fiscale beleid.

Een legitiem fiscaal beleid is nochtans relatief eenvoudig. Iedereen zal aanvaarden dat de overheid ondernemingen fiscaal mag ondersteunen als ze een wezenlijke bijdrage leveren aan de economie, door te investeren en werkgelegenheid te creëren, en liefst op een duurzame manier. Maar dat is nu lang niet het geval. Heel wat belangrijke fiscale gunstregimes zijn puur amorf en worden bijna onvoorwaardelijk toegekend. De notionele-intrestaftrek, de aftrek voor octrooi-inkomsten, de excess profit ruling en nu de karaattaks, het zijn allemaal gratuite cadeaus waar geen enkele economische, ecologische of sociale verplichting tegenover staat. Dat is ronduit hallucinant. Anderzijds is deze regimes afschaffen ook geen optie: de imagoschade die België internationaal zou lijden als betrouwbaar fiscaal investeringsland is enorm.

Laat het duidelijk zijn: vennootschappen die in ons land echt actief zijn, verdienen een fiscale ondersteuning. En dat kan perfect met een degressief tarief in de vennootschapsbelasting. Vennootschappen die niet investeren of geen werkgelegenheid creëren, zoals pure financieringsvehikels en holdingstructuren, worden dan op hun winsten belast tegen het hoogste tarief, zijnde 33,99 procent. Maar vennootschappen die echt economisch actief zijn, mensen werk geven en hun winsten gebruiken om opnieuw en duurzaam te investeren,… Zij kunnen rekenen op een lager tarief in de vennootschapsbelasting. Hoe hoger het percentage van de bedrijfswinsten dat naar personeel en duurzame investeringen gaat, hoe lager het tarief. Fiscaliteit moet wervend zijn voor elke ondernemer en niet enkel voor de happy few. Laat dat een les zijn voor de regering.

De auteur is advocaat en hoogleraar fiscaal recht.

MICHEL MAUS

Iedereen zal aanvaarden dat de overheid ondernemingen fiscaal mag ondersteunen als ze een wezenlijke bijdrage leveren aan de economie, door te investeren en werkgelegenheid te creëren, en liefst op een duurzame manier.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content