TWEE WINNAARS WORDEN ÉÉN

Bank Degroof en Petercam slepen de awards van het beste Belgische-aandelenfonds op één en vijf jaar in de wacht. Beide beurshuizen hebben dit jaar aangekondigd dat ze fuseren, maar een dubbelinterview zagen de beheerders niet zitten. Wij zetten hun antwoorden naast mekaar.

Het jachtterrein van Dirk Pattyn, de beheerder van het fonds Degroof Equities Belgium, en Johan Van Geeteruyen, de beheerder van Petercam Equities Belgium, is niet zo groot. Er noteren slechts enkele honderden aandelen op de Belgische beurs, die bovendien niet altijd even vlot verhandelen. De prestatie van de Bel-20, waaraan Pattyn en Van Geeteruyen hun rendement afmeten, wordt vooral bepaald door de zwaargewichten in de index. Maar aan bedrijven als AB InBev en GDF Suez kunnen ze in hun portefeuilles niet hetzelfde gewicht geven dan ze hebben in de Brusselse sterindex, omdat wettelijke beperkingen verhinderen dat ze te veel geld in één aandeel stoppen.

Belgische aandelen zijn een niche in de geglobaliseerde wereld. Merken jullie dat de belangstelling van beleggers afneemt tegenover vroeger? En zijn het vooral kleine of grote beleggers die deelbewijzen kopen?

DIRK PATTYN. “Het fonds groeit sinds een aantal jaren enkel nog door de stijging van de beurzen. Het aantal deelbewijzen daalt licht, minder dan 10 procent. De investeerders blijven trouw dankzij de goede rendementen. Ik schat dat ongeveer de ene helft van de deelbewijzen bij particulieren zit en de andere helft bij institutionele beleggers.”

JOHAN VAN GEETERUYEN. “Er was vorig jaar een netto-instroom van beleggersgeld in het fonds. Volgens mij is er een gezonde, continue interesse. Ongeveer 42 procent van de beleggers kwam via onze private bank of via andere distributeurs in het fonds terecht. Dat zijn particulieren. De rest, ongeveer 58 procent, zijn institutionele beleggers.”

Wat denken jullie van de waardering van Belgische aandelen?

PATTYN. “De risicopremie voor Belgische aandelen bedraagt ongeveer 8 procent, meer dan het historische gemiddelde. Belgische aandelen blijven dus goedkoop. Dat is natuurlijk voor een deel te wijten aan de historisch lage risicovrije rente. Als we enkel naar de verwachte return kijken, zitten we iets onder het historische gemiddelde. Of anders gezegd: aandelen zijn iets duurder dan het historische gemiddelde.”

VAN GEETERUYEN. “Belgische aandelen zijn niet echt goedkoop als je het uit een historisch perspectief bekijkt. Het beeld wordt wel enigszins vertekend door defensieve aandelen of aandelen met een hoog dividendrendement, die in 2014 stevig in trek waren bij beleggers. Ik denk aan bpost, Belgacom, AB InBev en de vastgoedvennootschappen. Gezien de lage rentevoeten en de continue zoektocht van beleggers naar rendement, zou ik die defensieve aandelen nog niet verkopen. Ze kunnen nog stijgen.

“Er zijn altijd beleggingskansen geweest in België. De waardering weerspiegelt niet altijd het groeipotentieel. Er is bijvoorbeeld een aantal smallcaps dat voorbij de grens van 1 miljard euro kan gaan en dan in het vizier van grotere beleggers komt. Zeker bij kleine en middelgrote bedrijven zijn het trackrecord van het management en de strategische positionering soms belangrijker dan de waardering.”

Jullie investeren allebei in de farmagroep UCB via de moederholding Financière de Tubize. Is het voor een beleggingsfonds niet lastig om in en uit zo’n illiquide aandeel te stappen?

PATTYN. “Onze investering wordt opgesplitst in een gedeelte Tubize en een gedeelte UCB. Tubize is een stabiele investering, terwijl we met een positie in UCB kunnen inspelen op marktschommelingen. We blijven in Tubize omwille van de korting van ongeveer 40 procent op de onderliggende UCB-aandelen. Uit Tubize stappen is een werk van dagen of zelfs weken, tenzij er een koper voor blokken aandelen is. We kunnen de participatie ook geleidelijk afbouwen, naarmate de koers verder stijgt of de korting afneemt.”

VAN GEETERUYEN. “Door de verwachtingen is de koers van UCB stevig opgelopen. Vanaf 2017 zit er meer waarde in de pijplijn. Zolang de korting van Tubize 40 procent bedraagt, behoud ik die positie. Als de korting zakt, kan ik geleidelijk aan weer switchen naar UCB.”

Wat wordt de grootste uitdaging voor 2015, en bij uitbreiding voor de komende jaren?

PATTYN. “De liquiditeit blijft een uitdaging. Daarnaast is het belangrijk dat er voldoende Belgische beursgenoteerde bedrijven zijn, zodat we een voldoende gediversifieerde portefeuille kunnen samenstellen. Een goede opvolging door voldoende analisten helpt ook. Het is ook belangrijk dat je als fondsbeheerder voldoende rechtstreeks contact hebt met de bedrijven.”

VAN GEETERUYEN. “De markten worden nu al enkele jaren bepaald door de centrale banken. We zijn erg afhankelijk geworden van de acties van de Federal Reserve en de Europese Centrale Bank. Het komt erop aan bedrijven te selecteren die hebben bewezen dat ze in moeilijke omstandigheden overeind kunnen blijven en kunnen blijven groeien. Sommige bedrijven zijn zo cyclisch dat je ze het beste koopt als beleggers ze links laten liggen. Uiteraard moet hun balans gezond zijn.

“De olietankerrederij Euronav is zo’n voorbeeld van een aandeel dat je niet moet kopen als de vrachttarieven stijgen. Dan is het te laat. Het aandeel van EVS, de specialist in beeldtechnologie, heb ik bijvoorbeeld nog niet verkocht. Het is de markt, en niet de onderneming die het moeilijk heeft. Het aandeel biedt nog altijd een brutodividendrendement van 6 procent. Vroeg of laat wordt dat weer opgepikt.”

Degroof Equities Belgium

– ISIN-code: BE0944426346

Petercam Equities Belgium

– ISIN-code: BE0943879693

ILSE DE WITTE, FOTOGRAFIE THOMAS DE BOEVER

“Belgische aandelen blijven goedkoop” Dirk Pattyn

“Defensieve aandelen als bpost, Belgacom en AB InBev kunnen nog stijgen” Johan Van Geeteruyen

“Het is belangrijk dat er voldoende Belgische beursgenoteerde bedrijven zijn” Dirk Pattyn

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content