Saudisch staatsfonds PIF investeert in sport en de digitale sector: petrodollars voor een beter imago
Het Saudische staatsinvesteringsfonds PIF was al eigenaar van de voetbalploeg Newcastle en koopt zich nu in de golfwereld in. Het past in de strategie van kroonprins Mohammed bin Salman om het imago van zijn land via ‘sportswashing’ op te poetsen en de economie niet enkel te laten afhangen van de olie-inkomsten. Daarom heeft PIF ook participaties in bedrijven als Meta (Facebook), Alphabet (Google), Starbucks en Uber.
Het is dat alcohol er verboden is, anders zouden de champagnekurken geknald hebben in het paleis van de Saudische kroonprins Mohammed bin Salman. Via het staatsinvesteringsfonds PIF (Saudi Public Investment Fund) heeft de oliestaat zich verankerd in de golfsport. PIF, dat naar verluidt op 650 miljard dollar zit, neemt een participatie in een nieuwe structuur die de professionele topgolfcircuits verenigt: het Amerikaanse PGA, het Europese DP World Tour en LIV Golf, dat al bijna twee jaar bestaat en waarin PIF al 2 miljard dollar pompte.
LIV Golf was een dissident circuit, dat met miljoenen dollars topspelers wist te trekken, onder wie Phil Mickelson, Brooks Koepka en de Belg Thomas Pieters. Het leidde tot een ruzie met de traditionele golfcircuits, die de overgelopen spelers uitsloten. De ene rechtszaak na de andere volgde. Nu zijn de plooien gladgestreken. Er komt wellicht één grote overkoepelende golfliga, en PIF zit mee om de tafel. Het illustreert de manier waarop de Saudi’s hun financiële hefbomen gebruiken. Om spelers aan boord te houden, dreef de Amerikaanse PGA de toernooiprijzen op, maar door het vertrek van enkele populaire golfers dreigden sponsors te vertrekken, en op termijn kwamen ook de inkomsten uit televisierechten onder druk. Die strijd konden de klassieke circuits niet winnen.
Meer jobs en meer welvaart moeten kritiek bij de bevolking de kop indrukken, en vooral de jonge bevolking een perspectief geven.
De gouverneur van het staatsfonds dat zich nu inkoopt in de sport, Yasir Al-Rumayyan, is een stroman van Mohammed bin Salman. De manier waarop de sterke man van Saudi-Arabië medezeggenschap krijgt over de golfsport, past in een bredere strategie van wat sportswashing genoemd wordt. Saudi-Arabië heeft een bedenkelijke reputatie op het gebied van mensenrechten en is een strikte theocratie. Bin Salman wil dat imago opkrikken door te investeren in sport. Golf is er slechts één van. Sinds 2021 wordt in de oliestaat een formule 1-wedstrijd gehouden en het land organiseert ook de Dakar Rally.
Lonken naar het voetbal
Maar Bin Salman wil vooral de petrodollars van het land – PIF wordt gefinancierd met de winsten van het staatsoliebedrijf Aramco – gebruiken om invloed te krijgen in het voetbal. In 2021 nam PIF voor 300 miljoen dollar de Engelse Premier League-ploeg Newcastle United over. Begin 2023 kocht de Saudische ploeg Al-Nassr de Portugese vedette Cristiano Ronaldo. Ook Karim Benzema, de beste speler van de wereld, verkast van Real Madrid naar de Saudische competitie, voor 200 miljoen euro per seizoen. Dit jaar organiseert het land ook het WK voor clubs, en Saudi-Arabië hoopt in 2030 het gastland te zijn van het WK voor landenteams.
Saudi-Arabië spiegelt zich aan vergelijkbare staten als Qatar en de Verenigde Arabische Emiraten (eigenlijk Abu Dhabi). Het eerste mocht in 2022 de Wereldbeker voetbal organiseren, het tweede is eigenaar van Manchester City. Ook die landen kregen kritiek wegens hun slechte trackrecord op het gebied van mensenrechten, om nog te zwijgen van de bar slechte werkomstandigheden bij de bouw van de voetbalstadions in Qatar. Maar de golfstaten wisten hun imago bij te stellen en wonnen internationaal aan prestige. Daarop hoopt ook de Saudische kroonprins. Het voetbal en de formule 1 moeten het toerisme een boost geven. Begin 2023 raakte bekend dat de wereldvoetbalfederatie FIFA een sponsorovereenkomst heeft gesloten met Visit Saudi, het toerismebureau van Saudi-Arabië, voor de Wereldbeker voor vrouwen. Dat vindt deze zomer plaats in Australië en Nieuw-Zeeland. Onder andere Amnesty International reageerde furieus, want in Saudi-Arabië zijn vrouwen nog altijd tweederangsfiguren.
Bin Salman trekt er zich weinig van aan. Hij bouwt voort aan zijn toekomstplan Vision 2030, dat hij in 2015 bekendmaakte. De economie van Saudi-Arabië moet minder afhankelijk zijn van olie-inkomsten. Daarom wil hij de tewerkstelling opkrikken in sportgerelateerde sectoren én in de toeristische sector. In het voetbal wordt dat niet gemakkelijk. Het zwaartepunt van de sport ligt nog altijd in Europa. Zelfs met het topspelers als Benzema zal de Saudische competitie niet kunnen tippen aan de Champions League.
Dan zijn de vooruitzichten in de autosector en vooral de formule 1 groter. PIF stak 660 miljoen dollar in de autobouwer Aston Martin, dat al een oliebedrijf als sponsor heeft. Om formule 1-ploegen ertoe aan te zetten hun hoofdzetel in het land te vestigen, bouwt PIF een nieuwe racebaan, waar jaarlijks minimaal twee autoraces zullen worden gehouden. Meer nog, er zijn plannen om zowat alle F1-teams in Saudi-Arabië te ontvangen in een futuristische stad in de woestijn, Neom. PIF zal de hub bouwen. Meer dan symbolisch is dat de energievoorziening er moet bestaan uit wind- en zonne-energie. In de omliggende bergen wordt zelfs een skiresort gebouwd, dat in 2029 als locatie fungeert voor de Aziatische Winterspelen.
Uiteindelijk is het money talks, en dan heb je hen beter als een partner’ Topgolfer Rory McIlroy
Die projecten moeten voor duizenden extra banen zorgen en de machtspositie van Bin Salman bestendigen. Meer jobs en meer welvaart moeten kritiek bij de bevolking de kop indrukken, en vooral de jonge bevolking een perspectief geven. Van de 36 miljoen inwoners is 70 procent dertig jaar of jonger.
Digitale sector als doelwit
PIF volgt een tweesporenbeleid. Naast de lokale projecten die het land minder olie-afhankelijk moeten maken, heeft het een internationale investeringsportefeuille om u tegen te zeggen. Zo wordt het een vehikel om de Saudische macht in de gemondialiseerde economie te versterken. Eind vorig jaar stapte PIF in de keten van koffiehuizen Starbucks en supermarktketen Costco. Ook de digitale sector is een doelwit. Het lijstje participaties is indrukwekkend: Alphabet (Google), Meta (Facebook), de computerspelontwikkelaars Activision en EA Sports, de onlinetaxidienst Uber, de betaaldienst Paypal en de teleconferentiespecialist Zoom. Het bezit ook aandelen in de financiële sector en bij grote investeringsfondsen als JPMorgan en BlackRock.
In het licht van de recente gebeurtenissen is de participatie à rato van 45 miljard dollar in het Japanse durfkapitaalfonds SoftBank Vision Fund interessant. Daarmee is PIF is aandeelhouder van Whoop, dat armbanden maakt die als fitnesstracker fungeren. De Noord-Ierse topgolfer Rory McIlroy, de nummer drie van de wereld, is ook aandeelhouder van Whoop. En laat nu net hij zich de voorbije twee jaar het hardst verzet hebben tegen het Saudische geld in de golfsport. Nu worden de Saudi’s mede-eigenaar van zijn golfcircuit. Vorige week moest McIlroy tegen zijn zin toegeven dat de participatie van PIF een goede zaak is voor de golfsport. “Uiteindelijk is het money talks, en dan heb je hen beter als een partner.”
Niet langer een paria
Nadat de Saudische journalist en columnist Jamal Khashoggi op 2 oktober 2018 vermoord was in het consulaat van Saudi-Arabië in het Turkse Istanbul, was kroonprins Mohammed bin Salman persona non grata in het Westen. Algemeen wordt aangenomen dat hij op zijn minst op de hoogte was van de moord op Khashoggi, die zeer kritisch stond tegenover het regime. Uiteindelijk nam Bin Salman de verantwoordelijkheid voor de moord op zich.
Sinds een paar jaar praat het Westen opnieuw met Bin Salman. Zo heeft de Amerikaanse president, Joe Biden, een Amerikaanse rechtbank gevraagd de Saudische kroonprins immuniteit te verlenen, zodat hij in de VS niet vervolgd kan worden voor betrokkenheid bij de moord. Intussen ging ook de Franse president, Emmanuel Macron, bij hem op de koffie. En tijdens de overname van Newcastle United door PIF bleken nauwe contacten te bestaan met de toenmalige Britse premier, Boris Johnson. Uit gelekte documenten blijkt dat de Britse regering de overname wilde doen slagen, omdat anders de relaties met Saudi-Arabië zouden verslechteren.
650 miljard dollar zou in het Saudische staatsfonds PIF zitten.
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier