Italië belooft begrotingstekort geleidelijk terug te dringen
De Italiaanse regering is van plan om het begrotingstekort eerst te laten stijgen om het daarna geleidelijk in te perken.
Het Italiaanse begrotingstekort zal vanaf 2020 geleidelijk beginnen dalen, nadat het in 2019 opnieuw zal stijgen. Dat heeft de Italiaanse minister van Financiën, Giovanni Tria, woensdag gezegd op een bijeenkomst van de Italiaanse werkgeversorganisatie Confindustria.
Donderdag stelt de regering de grote lijnen van de begroting voor 2019 voor. Eerder gaf ze al aan dat het tekort op 2,4 procent zou liggen voor drie jaar, vanaf 2019. Na die eerste berichten liet Europees commissaris Pierre Moscovici al weten dat dat wat tot dan toe bekend was over het Italiaanse budget, ‘buiten de lijnen lijkt te kleuren’. Volgens de Europese begrotingsregels mag het tekort van de lidstaten niet meer dan 2 procent van het bbp bedragen.
De Europese Commissie moet vanaf 15 oktober het afgeronde budget beoordelen. Minister Tria bevestigde woensdag het cijfer van 2,4 procent voor 2019 niet, maar sprak wel over een tekort van 2 procent van het bpp. Daar moet – volgens Tria wel nog 0,2 procentpunt – worden bijgerekend om investeringen te financieren. De minister van Financiën verwees in dat verband nog op de financiering van campgnebeloftes, zoals de invoering van een basisinkomen en een belastingverlaging, maar gaf daarbij geen cijfers.
Twee Italiaanse kranten hadden woensdag al geschreven dat de regering vanaf 2020 het tekort wil inperken. Volgens de Corriere della Sera en La Repubblica moet het tekort in 2020 2,2 procent bedragen en in 2021 2 procent.
Dinsdagavond had premier Giuseppe Conte de financiële markten al proberen gerust te stellen, door te beloven de overheidsschuld versneld af te bouwen. Die schuld bedraagt vandaag 131 procent van het bbp.