Een Belg getuigt over het leven in Sjanghai: ‘De helft van de dag gaat op aan eten zoeken’
Sjanghai is al bijna twee maanden in lockdown. De inwoners van de grootste stad van China moeten overleven zonder een voet buiten te zetten. De Belgische zakenadvocaat Philippe Snel, die al twintig jaar in Sjanghai woont, getuigt.
Philippe Snel was al drie jaar niet meer buiten China geweest, door de coronamaatregelen en afgelaste lijnvluchten. Nu mag de Belgische zakenadvocaat, die in Sjanghai woont en werkt, zelfs de deur niet meer uit. Sinds 28 maart zitten hij en de overige 25 miljoen inwoners van de metropool in een strikte lockdown. Het aantal coronabesmettingen in de stad is intussen teruggevallen tot een bescheiden 5.000 gevallen per dag. Maar de overheid wil dat cijfer terugbrengen naar nul. Daarom moet iedereen binnenblijven.
“In het begin was dat een catastrofe”, vertelt Snel. “De lockdown is plots ingesteld, waardoor veel gezinnen niet de tijd hadden om een voedselvoorraad in te slaan. Na enkele dagen hadden velen geen eten meer. De koerierdiensten lagen stil en de voedselbedeling door de overheid bleef beperkt tot een paar basisproducten. Nu werken enkele koerierdiensten opnieuw, maar door de haperende aanvoerketen kunnen ze alleen grote bestellingen leveren. Inwoners moeten zich dus organiseren en groepsbestellingen plaatsen.”
Het sociale netwerk WeChat fungeert als coördinatieplatform. “Met mensen uit de buurt vorm je een WeChat-groep, om een minimumorder binnen te halen”, vertelt Snel. “Iemand zal posten: ‘Ik heb suiker nodig. Is er nog iemand die suiker nodig heeft?’ Is er voldoende belangstelling, dan stellen we een coördinator aan, om de bestelling te regelen. In China leven mensen in afgesloten appartements- of huizenblokken. Koeriers leveren de bestellingen af aan de toegangspoort. Omdat niemand zijn appartement of huis mag verlaten, moeten vrijwilligers de bestelling ophalen aan de poort en vervolgens van deur tot deur afleveren. Is dat allemaal achter de rug, dan hebben we alleen nog maar suiker. Bij elke bestelling moet je van vooraf aan beginnen. Het is een ware sport geworden om de WeChat-groep te vinden die kan bestellen wat je nodig hebt. De ene groep zal goede contacten hebben voor fruit, een andere voor groenten, nog een andere voor vlees. De helft van de dag gaat op aan eten zoeken. Zover is het gekomen in de modernste stad van China.”
De economische kostprijs van deze lockdown valt niet te berekenen. We maken hier geschiedenis mee’
Philippe Snel
40 vierkante meter
Een ander vast onderdeel van de routine zijn de dagelijkse zelftesten, met minimaal om de drie dagen een PCR-test. “Wie positief is, wordt afgevoerd naar quarantainecentra. Meestal zijn dat haastig omgebouwde expohallen, waar de omstandigheden erbarmelijk zijn en de mensen niet goed weten wanneer ze er weer buiten komen”, zegt Snel. “Om niet in zo’n quarantainecentrum te belanden, volgt iedereen netjes de regels.”
Snel wil niet klagen. Hij woont in een huis in een buitenwijk, waar hij beschikt over een kleine tuin. Hij beklaagt de vele gezinnen die al wekenlang opgesloten zitten in een appartementje zonder terras. Sinds enkele dagen zijn de quarantaineregels iets versoepeld. Per familie mag één persoon even de deur uit om boodschappen te doen. Veel winkels blijven echter gesloten. Voor de moraal maakt de kleine versoepeling geen verschil, aldus Snel. “Mijn advocatenkantoor telt een dertigtal medewerkers. Een deel van hen zijn twintigers, die door de hoge vastgoedprijzen kleine appartementjes huren. Opeens zijn die jongeren aangewezen op een leefruimte van 40 vierkante meter.”
Ook veel oude mensen hebben het moeilijk. “De geneesmiddelenbedeling verloopt moeizaam, al is er nu wat beterschap”, zegt Snel. “In het ziekenhuis raak je pas na veel gedoe. Je moet toelating krijgen van het buurtcomité en daarna zelf vervoer regelen, want er zijn weinig voertuigen met een licentie voor ziekenvervoer beschikbaar. Wie tot aan de deur van het ziekenhuis is geraakt, moet eerst nog een PCR-test ondergaan. Er zijn gevallen bekend van mensen die door de rompslomp het ziekenhuis niet levend hebben gehaald.”
Begint het volk niet te morren? “In sommige wijken hebben mensen van zich laten horen, bijvoorbeeld door op potten en pannen te slaan”, zegt Snel. “Maar al bij al is er weinig gebeurd. Dat betekent niet dat het mensen het leuk vinden. Je voelt de onvrede. Maar er is geen rebellie. Nog niet.”
Snel ziet weinig politie op straat. Evenmin is er veel gezwaai met sancties. “Er wordt wel gesproken over nieuwe versoepelingen, maar in de praktijk blijven ze uit. Iedereen weet waarom. De omikronvariant is heel besmettelijk. Bij versoepelingen zou het aantal besmettingen meteen opveren. Naar westerse normen zijn 5.000 besmettingen per dag erg weinig voor een miljoenenstad, maar in de ogen van de Chinese overheid is dat cijfer gigantisch.”
In de fabriek wonen
Economisch begint de lockdown te bijten. “Alle banken zijn dicht”, zegt Snel. “Je kunt onlinebankieren, maar slechts voor een beperkt aantal operaties. Betalingen uit het buitenland kun je niet omwisselen in lokale munt. Die dienst ligt plat. Ik ken mensen en bedrijven die met een tekort aan cash beginnen te kampen.” Sjanghai is het economische zwaargewicht van China. Kan de overheid de lockdown nog maanden volhouden? “Daarop antwoordt de overheid dat de Chinese economie kan blijven draaien zonder Sjanghai, omdat de stad slechts enkele procenten van het bbp uitmaakt. In werkelijkheid stuurt Sjanghai het Yangtzebekken aan, goed voor een kleine helft van de Chinese economie. Daarom hebben bedrijven tot ver buiten de stad last van de lockdown. De haven van Sjanghai is open, maar krijgt geen goederen meer doorgevoerd naar het binnenland, doordat er onvoldoende vrachtwagenchauffeurs zijn. Door de strenge coronamaatregelen mogen ze nauwelijks nog hun vrachtwagen uit. Dat pikken ze niet meer.”
Het gevolg is een grondige verstoring van de logistieke stromen. Snel: “In Sjanghai kreeg een aantal fabrieken toestemming om opnieuw te openen, onder zware voorwaarden: eenmaal binnen mogen de werknemers niet meer buiten. Ze moeten in de fabriek wonen. Dat is een te harde dobber voor vele werknemers, zodat de productie maar op halve kracht draait. De economische kostprijs van deze lockdown valt niet te berekenen. We maken hier geschiedenis mee.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier