‘Liberaliseer het energietransport’

Roland Teixeira, topman van General Electric Benelux, pleit ervoor een laagje intelligentie over het energienetwerk te leggen. Maar dat vergt grote investeringen. En om die aan te trekken, is een langetermijnvisie nodig, waarschuwt hij.

Geen grote letters aan de gevel, geen glimmende vergulde plaat naast de ingang, geen spoor van een logo, zelfs niet in miniatuur. Een mens moet wel geloven dat General Electric een zekere discretie cultiveert. Maar als het over strategische ligging gaat, kan het nauwelijks beter. Het Europese hoofdkantoor van de Amerikaanse energie-gigant (die 32 filialen telt en gevestigd is in meer dan 140 landen) ligt aan het Schumanplein, de meest internationale rotonde van Brussel, en biedt een breed uitzicht op het Berlaymontgebouw. Discretie sluit een solide inplanting niet uit.

In zijn hoofdzetel in Brussel, twee fabrieken in Gent en Herentals en een afdeling in Diegem heeft General Electric zo’n duizend mensen in dienst. En daar komen nog de indirecte jobs bij. “Voor elke baan bij General Electric moet je rekenen met bijna anderhalve betrekking in onderaanneming of partnership, meer bepaald dan met Techspace Aero”, zegt Roland Teixeira, topman van de groep voor de Benelux. Locomotieven, vliegtuigmotoren, windmolens, medische beeldvorming, waterzuivering en financiële diensten, de waaier van activiteiten van de groep is indrukwekkend. “General Electric is een technologiebedrijf dat draait rond drie hoofdassen: energie, mobiliteit en gezondheid. De financiële tak staat ten dienste van die drie.” Maar de energievraagstukken baren de Nederlander het meeste zorgen.

De industrie klaagt vaak over de kostprijs van de energie. Maakt u zich daar zorgen over?

ROLAND TEIXEIRA. “Natuurlijk. Zeker nu de gasprijs in de Verenigde Staten vier keer lager ligt dan in Europa. Dat knaagt aan de concurrentiekracht van de Europese ondernemingen. Het is duidelijk interessanter te produceren in de VS dan hier. We hebben nood aan betrouwbare en duurzame, maar ook competitieve energie. Mij interesseert vooral het fiscale aspect. Zo’n 20 procent van de kosten voor energie komen voort uit de fiscaliteit. Dat is te veel en dat kan lager. We bevinden ons niet in een steriele ruimte waarin de fiscaliteit een middel is om bijkomende diensten te financieren. Het is beter de markt concurrentiëler te maken zodat de productiekosten kunnen dalen en zodat op termijn de subsidies en groene certificaten kunnen verdwijnen. Die vormen een uitstekend lanceringsmechanisme, maar op termijn is dat niet houdbaar. België moet nadenken over de energiebelasting.”

Dat is niet de enige uitdaging voor ons land.

TEIXEIRA. “Energiecompetitiviteit en de prijs van de grondstoffen zijn niet alles. Om goed te zijn, moet energie voldoen aan drie fundamentele criteria: betrouwbaarheid, duurzaamheid en doeltreffendheid. Dat is van kapitaal belang, vooral als het over hernieuwbare energie gaat. Recent hebben we een nieuwe windmolen met een diameter van 120 meter ontwikkeld, die een beter rendement biedt op plaatsen waar er minder wind is. Maar als er geen wind is, draait hij niet. Daar kan deels een mouw aan gepast worden door te waken over zowel de duurzaamheid als de doeltreffendheid. Dat doen we met software die de prestaties van het tuig meet en zorgt voor de beveiliging, het onderhoud en de optimalisatie van de machine. Dat alles gebeurt via een intelligent netwerk, de smart grid, dat een laagje analyse en intelligentie over de technologie legt. We hebben het dan over ‘het industriële internet’.”

Loopt België achter op dat gebied?

TEIXEIRA. “Bijna 60 procent van de Belgische elektriciteitsproductie komt nog altijd voort uit kernenergie. Tegelijk investeert dit land ruimschoots in windkracht, zonne-energie en biomassa. Het zou ideaal zijn als de gasgestookte energiecentrales automatisch in werking treden wanneer er niet genoeg wind of zon is. Maar daarvoor ontbreekt nog communicatie en verstandhouding tussen die twee productievormen. De huidige aanpak is nog te traditioneel. Het ontbreekt nog aan een intensieve participatie van het net. De decentralisatie van de energieproductie kan niet worden teruggeschroefd. Een industrieel internet, het huwelijk tussen machine en intelligentie, is uiterst belangrijk voor de duurzaamheid van het systeem. Er moet een Belgisch en zelfs Europees wettelijk kader komen om die evolutie te begeleiden.”

Zo’n intelligent netwerk veronderstelt ook een consument die goed op de hoogte is en uitgerust is met even ‘intelligente’ meters. Is dat niet utopisch of onbetaalbaar?

TEIXEIRA. “Het probleem is dat de vraag naar energie moeilijk te controleren valt. Er zijn pieken en kalmere periodes. Door intelligentie in te bouwen in het netwerk kan dat worden gekanaliseerd. Er wordt dan een vorm van management van de vraag vanuit de woning van de consument mogelijk. De consument krijgt antwoorden op vragen als ‘wanneer kan een huishoudapparaat het best in werking treden’. Door de consument instrumenten ter beschikking te stellen waarmee hij zijn verbruik beter kan beheren, zal hij verantwoordelijker worden en beter geïnformeerd zijn. Soms willen we ‘duurzamer’ zijn, maar ontbreekt het ons aan de middelen. Ik neem mezelf als voorbeeld: ik heb zonnepanelen op mijn dak en ik rijd met een hybride voertuig. Welnu, ik kan op dit ogenblik bijvoorbeeld de batterijen van mijn auto niet gebruiken om binnenshuis licht te maken. Dat zou pas intelligentie zijn.

“Niet alleen particulieren, maar ook de industrie zou daar wel bij varen. Getuige het succes van de metingen per kwartier. Ondernemingen zijn al erg gevoelig voor het beheer van hun verbruik. Onze klanten zijn voortdurend op zoek naar goedkopere elektriciteit. Je mag niet vergeten dat België over een belangrijke industriële basis beschikt. De smart grid heeft lang niet alleen betrekking op de eindverbruiker.”

België wordt vaak onzekerheid verweten. Is, nu besloten werd om de nucleaire poort te sluiten en te gaan voor de combinatie van gas en hernieuwbare energie, het klimaat rustiger geworden voor de investeerders?

TEIXEIRA. “Als België wil dat er investeringen komen, moet het een langetermijnvisie hebben. De plannen zijn nog niet helemaal duidelijk. Waardoor wil men de kernenergie vervangen? Als België voorrang wil geven aan gas, wat betekent dat dan? Die brandstof is erg duur, terwijl elektriciteit vrij goedkoop is dankzij de Franse kernenergie en dankzij Duitsland, waar gebruikgemaakt wordt van de zon, de wind en… steenkool. Wat de CO2-uitstoot betreft, lijkt België bijdetijds te zijn. Maar dat is deels toe te schrijven aan de economische crisis. Wat gaat er gebeuren als de economie weer opleeft? Het huidige kader is te wazig.

“Het is heel eenvoudig. Ik pleit voor een volledige vrijmaking van de transportmarkt in Europa. Omdat de productie steeds meer gedecentraliseerd is, stroomt de energie in twee richtingen door de infrastructuur. Dat vereist gigantische investeringen. Vandaag houdt men dat land per land in aparte bubbels, in de hoop dat er investeringen gedaan worden die de kans bieden te voldoen aan de drie fundamentele criteria betrouwbaarheid, duurzaamheid en doeltreffendheid. Dat is niet realistisch. Er zijn aanzienlijker investeringen nodig dan wat nu gepland is. Daarvoor moet gewerkt worden op een grotere schaal dan de huidige ‘kleine netwerken’ en moet de sector geliberaliseerd worden.”

BENOÎT MATHIEU, FOTOGRAFIE JONAS HAMERS / IG

“België moet nadenken over de energiebelasting”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content