‘de toekomst ziet er goed uit’

CHRISTOPHE COPPENS "Ik ben een controlefreak, maar ik zie dat niet als iets negatiefs." © FRANKY VERDICKT

Christophe Coppens lijkt het faillissement van zijn modebedrijf te hebben verteerd. Nadat hij enkele jaren heeft gewerkt als beeldend kunstenaar, is hij nu aan de slag als operaregisseur in De Munt. “Het is gewoon zoals het moet zijn, voilà.”

Een lumbago. Dat krijg je dan als je als 47-jarige regisseur te ver meegaat in de choreografie van een opera die grotendeels over jongeren gaat. Geregeld reikt Christophe Coppens met zijn hand naar zijn rug. Er ligt dan ook een kloof van meer dan twintig jaar tussen de laatste keer dat Coppens een stuk regisseerde en de vraag om Het sluwe vosje van Leo? Janácek te ensceneren voor De Munt. “Ik vroeg me af of ik het nog zou kunnen. Tussen mijn 15de en mijn 24ste dacht ik nochtans dat regisseren mijn leven zou beheersen. Toen ik aan het conservatorium van Brussel studeerde, maakte ik twee voorstellingen per jaar”, herinnert Coppens zich.

Het leven haalde hem in. Uit het maken van de hoeden en andere accessoires voor zijn voorstellingen, groeide al snel zijn modebedrijf. Tot Coppens dat in 2012 na meer dan twintig jaar stopzette, met een faillissement tot gevolg. Hij verhuisde naar Los Angeles en begon er een carrière als beeldend kunstenaar. “De eerste dag van de repetities heb ik alle medewerkers meteen gezegd dat ik alleen maar intuïtief kan werken. Al denk ik dat ik meteen heb getoond wat ik wilde.” Twee uur filmfragmenten, interviews, TED-talks, reclamespots en meer van dat kregen de collega’s bij De Munt voorgeschoteld. Daarvoor hadden ze al een mood- én een storyboardte zien gekregen.

Het woord controlefreak valt. Coppens tekent behalve voor de regie ook voor het kostuumontwerp en het decor van de opera. “Ik ben een controlefreak, maar ik zie dat niet als iets negatiefs. Ik zie gewoon wat niet klopt of wat ik anders wil. Het was pas artificieel geweest als ik het kostuumontwerp uit handen had gegeven, met al de ervaring die ik heb. Voor het decor heb ik me wel laten helpen door i.s.m.architecten.”

Dat decor wordt een polyvalente dorpszaal met de typische lelijke cafetaria. Niet meteen wat je verwacht bij een opera die zich in een bos afspeelt. Ook het dierenballet heeft Coppens geschrapt in zijn interpretatie van Het sluwe vosje. “Ik had geen zin mensen te laten doen alsof ze dieren zijn. De jonge dansers die normaal de vlinders of de libellen spelen, zijn in mijn versie gewoon jongeren. Hun verhaal is veel interessanter dan huppelende kikkers. Dan krijg je de confrontatie tussen de stoffige wereld van de volwassenen en de energie van de jongeren.”

U ziet die confrontatie niet in de Verenigde Staten?

CHRISTOPHE COPPENS. “Dat weet ik eigenlijk niet. Ik ken de Verenigde Staten niet. Ik woon in Los Angeles en ik ken New York goed, maar die twee steden zijn Amerika niet. Het zijn bubbels. Ik werk graag overal ter wereld, maar ik woon toevallig op elf uur vliegen van hier. Uiteindelijk is dat niet eens zover. Als iemand je vliegtuigticket betaalt, kun je overal naartoe (lacht).”

U bent nu opnieuw terechtgekomen in de stad die de Amerikaanse president een hellhole’ noemt.

COPPENS. “Dat is belachelijk, hè. Net zoals die hele president belachelijk is. Gaan we daarover beginnen? Ik was net zo blij dat ik eindelijk een paar weken niet elke dag dat oranje gezicht hoefde te zien. Het goede nieuws is dat iedereen nu heel alert en wakker is. De pers wordt opnieuw scherper en mensen komen weer op straat. De dag na de inauguratie van Trump liep ik bijvoorbeeld samen met honderdduizenden anderen mee met de Women’s March in Los Angeles. Het was – zonder te overdrijven – de beste ochtend van mijn leven. Vergelijk het met een warm bad, het perfecte medicijn tegen al die lelijkheid en agressie van de voorbije maanden. Ik geloofde meteen weer in de mensheid. Ook Foxie! gaat trouwens over female empowerment.”

Waarom vindt u het belangrijk dat thema op te nemen in de opera?

COPPENS. “Nu ik 47 ben, kan ik niet langer iets maken dat alleen esthetisch verantwoord is en verder niet relevant. Vroeger waren mensen niet geïnteresseerd in het verhaal achter een collectie, ze wilden gewoon een blauwe sjaal kopen. Ik kan nu maken wat ik wil, al betaal ik daar natuurlijk een prijs voor. Ik heb bijvoorbeeld geen idee waar het werkleven me na juni brengt, maar dat zorgt evengoed voor vrijheid in mijn hoofd. Los van de stress over hoe we de maanden daarop de rekeningen gaan betalen (lacht).

“Daarom maak ik ook werk als er geen opdrachten binnenlopen. Ondertussen zijn er toch al een aantal verzamelaars die nu en dan werk kopen, ook in LA. Verder hangt veel af van wie je wanneer ontmoet.”

Netwerken is dus de boodschap?

COPPENS. “Er is geen bigger plan, en zeker netwerken was nooit mijn sterkste kant. Ik ben in LA gewoon begonnen met het maken van werk, in mijn garage en op mijn terras. Toen de eerste opdracht kwam om een tentoonstelling in Tokio te houden, heb ik werk gemaakt en opgestuurd. Het is allemaal heel eenvoudig, hoor (lacht). Vorig jaar hielp ik De Munt met het ontwerp van kostuums, nadat een collega last minute had afgezegd. Nu kwam de vraag een opera te regisseren. Ik heb eerst geweigerd. Te lang geleden. Om de dag erna te beseffen dat ik het eigenlijk graag wilde doen. Sindsdien is mijn respect voor De Munt nog gegroeid. De mensen realiseren zich niet hoe hard hier wordt gewerkt om een internationaal niveau te halen, met almaar minder middelen. Ik heb bijvoorbeeld nog nooit zo’n goede entourage gehad.”

Had u achteraf bekeken in de modesector ook niet liever in een groter geheel met een ruime entourage gewerkt?

COPPENS. “Ach, had ik maar… Ik weiger zo te denken. Alles gebeurt blijkbaar met een reden, want ik beleef nu mijn beste periode. Of nee, ik geloof zelfs niet in het concept ‘beste periode’. Het is gewoon zoals het moet zijn, voilà.”

Bekeek u het leven altijd al zo nuchter?

COPPENS. “Is dat niet typisch Belgisch? Als je een beetje nadenkt, besef je snel dat alles nogal relatief is in het grotere geheel.”

Typisch Belgisch is ook het etiket ‘failliet’ voor altijd op iemand te kleven.

COPPENS. “Er zijn kennissen die een soort lelijkheid in mijn verhaal zoeken. Dat is die twisted people hun probleem, niet het mijne. Voor mij is het hoofdstuk van het faillissement afgesloten, al is dat natuurlijk bepalend geweest. Het heet hier in België ook letterlijk een ‘faling’. Terwijl het heel lang heel goed is gegaan met mijn bedrijf. Het is alleen jammer dat ik die periode niet in schoonheid heb kunnen afsluiten.

“Dat andere mensen daar mee het slachtoffer van zijn geworden, vind ik nog altijd heel erg. Natuurlijk had ik gehoopt dat iedereen mooi werd betaald en dat de investeerders hun geld dubbel en dik konden terugverdienen. Alleen had ik daarvoor nog minstens vijftien jaar op dezelfde, moeilijke manier verder moeten werken, met in het achterhoofd dat het dan misschien nog niet zou lukken. In Japan, mijn grootste afzetmarkt, liep het enkele jaren geleden heel slecht.”

Kunnen jonge starters lessen trekken uit uw verhaal?

COPPENS. “Het waren andere tijden toen ik op mijn 21ste een bedrijf startte. Toen was dat al waanzinnig, maar vandaag is het bijna onmogelijk. Jongeren leven in een ingewikkelde wereld. Je mag niet veralgemenen, maar je voelt wel dat ze niet altijd weten hoe ze aan iets moeten beginnen. In de veelheid der dingen lijken ze de juiste deur naar de wereld niet te vinden. Terwijl jongeren wel voor een tegenwicht in deze wereld moeten zorgen. Hun verwachtingspatroon is heel anders. Hoewel ze verbonden zijn met de hele wereld, zien ze hun toekomst soms kleiner, meer rondom zichzelf.

“Toch hebben jongeren een enorme voorsprong. Gender, seks en religie zijn bijvoorbeeld geen kwesties meer voor hen. Mijn petekind vertelt me bijvoorbeeld over een jongen in de klas die liever een meisje wil zijn. Over hoe dat nu een beetje moeilijk is voor haar. Fantastisch toch? Over Marokkanen hoor ik jongeren zeggen dat die soms wel wat luider praten, maar dat ze daarom nog niet boos zijn. Die positieve instelling zal een invloed hebben op hoe de volgende generatie de wereld aanpakt. De toekomst ziet er dus goed uit.”

Foxie! Het sluwe vosje loopt in De Munt van 17 maart tot 2 april.

SJOUKJE SMEDTS, FOTOGRAFIE FRANKY VERDICKT

“Er zijn kennissen die een soort lelijkheid in mijn verhaal zoeken”

“Jongeren lijken de juiste deur naar de wereld niet te vinden”

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content