De race naar rentabiliteit

In de Europese telecomsector gaat het aantal fusies en overnames in stijgende lijn. Maar beleggers moeten een kruis maken over de royale dividenden van weleer.

De voorbije maanden werden in Ierland, Frankrijk, Duitsland, Nederland en Spanje verscheidene fusies en overnames aangekondigd in de telecomsector. In grote lijnen kunnen die operaties worden ingedeeld in twee categorieën: fusies tussen klassieke telecomaanbieders en toenaderingen tussen mobiele operatoren en kabelaars.

Te veel spelers op de markt

Aan de basis van die dubbele evolutie ligt een behoefte aan meer rentabiliteit. De klassieke operatoren verenigen zich om de prijzenoorlog in hun sector tot bedaren te brengen — er zijn dan minder spelers op de markt — en om de kosten te verlagen door het netwerk beter te gebruiken. In Oostenrijk bijvoorbeeld zijn de gemiddelde inkomsten per mobiele gebruiker eind 2013 gestegen met 6 à 11 procent tegenover het jaar daarvoor, na de overname van Orange Austria door H3G (Hutchison Whampoa) en de vermindering van het aantal mobiele operatoren van vier naar drie.

Duitsland en Ierland bevinden zich in een soortgelijke situatie, met de overname van E Plus (KPN) door O2 Germany (Telefónica) en de overname van O2 Ireland (Telefónica) door Three (Hutchison Whampoa). De Europese mededingingsautoriteiten onderzoeken beide operaties nog. Nog geen jaar geleden zou hun antwoord negatief zijn geweest of zware toegevingen van de betrokken bedrijven hebben gevergd, maar vandaag hoopt de sector op meer begrip.

De telecomaanbieders voelen zich geruggensteund door het feit dat Europa de markt wil eenmaken en de roamingkosten binnen maximaal twee jaar wil afschaffen. Als de tarifering wordt gelijkgeschakeld, moet volgens de sector ook de concurrentie worden eengemaakt. Daarnaast wijzen de operatoren op de impact van de prijzenoorlog op de kwaliteit van de dienstverlening en op de investeringen, die tot een minimum zijn herleid.

Onlangs verklaarden de analisten van HSBC nog dat het gebruik van gegevens op mobiele telefoons twee keer groter is in de Verenigde Staten dan in Europa. Maar de gemiddelde factuur bedraagt er wel 69 dollar per maand, tegenover 38 dollar in Europa. Ter vergelijking: in Europa zijn meer dan 120 operatoren actief, tegenover slechts vier in de Verenigde Staten.

Alliantie tussen kabel en mobiel

Door de verkoop van zijn participatie van 45 procent in Verizon Wireless voor 130 miljard dollar — waarvan een deel wordt uitgekeerd aan de aandeelhouders — heeft Vodafone nieuwe overnames kunnen realiseren, waaronder Kabel Deutschland voor 7,7 miljard euro en het Spaanse Ono voor 7,2 miljard euro. In Frankrijk onderhandelde het kabelbedrijf Numericable onlangs over de overname van SFR, de nummer twee in de Franse telecomsector. Er circuleren geruchten over een mogelijke overname door Liberty Global, het grootste kabelbedrijf ter wereld. Telenet, waarin Liberty Global een meerderheidsbelang heeft, zou zijn oog hebben laten vallen op Mobistar.

De toenadering tussen de kabelsector en de mobiele telefonie is ingegeven door de evolutie naar een vierdelig dienstenaanbod op de telecommarkt (telefoon, internet, tv en mobiel). Dat is niet alleen commercieel voordeliger, het verhoogt ook de loyaliteit van klanten en doet de inkomsten per gebruiker stijgen. Strategisch verkiezen operatoren over een eigen netwerk te beschikken, veeleer dan te opteren voor de status van virtuele operator. Zo hangen ze niet af van een concurrent om hun tarieven te bepalen en nieuwe technologie te ontwikkelen, zoals optische vezel en 4G.

Eerst kleine operaties

Het lijkt er dus op dat de zuivere mobiele operatoren gedoemd zijn te verdwijnen. Toch zal dat niet volstaan als de Europese operatoren willen concurreren met hun Amerikaanse tegenhangers, want zij kunnen profiteren van hun grote en zeer geconcentreerde markt. Daarvoor zijn operaties van aanzienlijke omvang nodig, zoals een overname van Telecom Italia door Telefónica, dat zich al heeft gepositioneerd als hoofdaandeelhouder van de Italiaanse operator. Daarnaast werd al gesproken over een alliantie tussen Orange (het vroegere France Télécom) en Deutsche Telekom. Die twee groepen werken al samen in Polen en in het Verenigd Koninkrijk, waar hun joint venture EE marktleider is in het mobiele segment. Maar het dossier ligt politiek gevoelig, gezien de aanwezigheid van de overheid in het kapitaal van de twee historische operatoren.

Vanwege de complexiteit van zulke operaties verwachten de analisten van Standard & Poor’s (S&P) in eerste instantie nationale fusies, die de meeste synergie opleveren. In het mobiele segment doen zich de meeste kansen voor. Enkele potentiële spelers in zo’n consolidatiebeweging zijn Mobistar (grotendeels in handen van Orange), Wind in Italië (familie Sawiris), Bouygues Télécoms in Frankrijk (Bouygues) of Yoigo in Spanje (TeliaSonera). Ook in vaste telefonie en kabel zijn op termijn meer grensoverschrijdende operaties te verwachten, gezien de acute concurrentieproblemen. Veel landen worden gedomineerd door slechts twee of drie spelers.

Streep door het dividend

Op de beurs is het profiel van de Europese telecombedrijven radicaal veranderd. Hun rentabiliteit is de afgelopen jaren verslechterd door de toenemende concurrentie en de daling van de gereguleerde tarieven. Volgens S&P is het brutodividendrendement van de vijftien grootste Europese operatoren in één jaar tijd gezakt van 6 procent tot iets minder dan 4 procent. Telefónica en KPN hebben hun dividend zelfs tijdelijk geschrapt. Onlangs heeft ook Belgacom aangekondigd dat het zijn coupon vanaf 2014 verlaagt van 2,18 tot 1,50 euro bruto per aandeel, ondanks de financiële behoeften van zijn meerderheidsaandeelhouder, de Belgische overheid. Belgacom is in het verleden al eens getipt als overnameprooi voor Deutsche Telekom.

In het algemeen is de telecomsector zeker interessant voor beleggers, omdat de consolidatie de rentabiliteit op termijn opnieuw zal verbeteren. Die golf zou nog kunnen versnellen, als de Europese Commissie dit voorjaar groen licht geeft voor de operaties in Duitsland en Ierland. Op korte termijn blijven de vooruitzichten onzeker en blijven de dividenden onder druk staan. Beleggers mogen niet uit het oog verliezen dat de zuivere mobiele operatoren het speculatiefst zijn op korte termijn, maar ook het minst sterk staan als ze autonoom zouden blijven.

CÉDERIC BOITTE

De zuivere mobieletelecomoperatoren zijn gedoemd te verdwijnen.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content