Belgisch i-merge verkoopt exclusieve Chinese zijdekunstwerken

Wanneer op 8 augustus in Peking de olympische vlam ontstoken wordt, begint reclameman Jan Van den Bergh (ex-Quattro en Boon-doggle) met de verkoop van een eeuwenoude Chinese zijdeweeftechniek in cyberspace. “Dit is een wereldprimeur. We bieden unieke illustraties die onder andere te zien waren op eeuwenoude keizerlijke gewaden te koop aan via de site yufengsilk.com. “We maken van Yufeng het eerste Chinese luxemerk in de wereldmarkt, vertrekkende van een typisch Chinese sterkte – een traditie van handgeweven zijde (Ke’Si) die 5000 jaar oud is – gekoppeld aan interactieve marketingtechnieken.”

Het Belgische internetbedrijf i-merge (opgericht in 1998, mede door het durfkapitaalfonds Capricorn van Jos Peeters en intussen in België omgedoopt tot Boondoggle) heeft twee maanden intense onderhandelingen achter de rug. Het krijgt, met een Chinese partner, tot 2013 van het Suzhou Silk Museum de exclusieve verkooprechten voor de kunstwerkjes.

Van den Bergh: “We starten met een paar sterke oude Chinese beelden. Silk paintings noemen we ze, dingen om op te hangen of die verwerkt kunnen worden in dure objecten, zoals handtassen of huwelijkskleding. Naargelang van de grootte en ingewikkeldheid van het gekozen beeld, schommelt de verkoopprijs tussen 400 en 1000 euro. Behalve online, zullen de kunstwerkjes ook te zien zijn in Chinese luxehotels en kunstgalerijen. We mikken ook op de Wereldtentoonstelling van Sjanghai in 2010 en op Europalia China 2009-2010. Voor bedrijven kunnen de Yufengproducten een origineel en waardevol relatiegeschenk zijn of een aandenken voor expats die na hun termijn in China huiswaarts keren met koffers vol geschenken.” Het project beschikt over een startkapitaal van 140.000 euro.

Jan Van den Bergh was in de Belgische reclamewereld een pionier op het internet. Hij kwam begin 2006 naar Sjanghai om met i-merge de Chinese interactieve reclamemarkt te veroveren. Als buitenlandse reclamejongen mikte hij op de miljoenen Chinese internetgebruikers – dat zijn er intussen 250 miljoen. Maar dat consultancygedeelte werd een afknapper. De Chinese reclame loopt nog voor 80 % via televisiestations en de switch naar interactieve media gaat traag. Bovendien schermen autochtone bedrijven hun markt angstvallig af voor buitenlandse bedrijven.

Van den Bergh: “Het gaat hier niet anders dan bij ons. Vóór de komst van VTM was de Belgische tv-reclamewereld in handen van Franstalige, Amerikaanse en Britse productiemaatschappijen. VTM was de katalysator voor Vlaamse productiehuizen. Net zo laten de nog jonge Chinese reclamebureaus de markt niet inpalmen door buitenlandse concurrenten.”

E.B.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content