Morningstar

Starmanager: zegen én vloek voor beleggingsfonds

Morningstar Elke maand brengen de analisten van Morningstar u hun visie op beleggingsfondsen

Het recente vertrek van een aantal topmanagers bij beleggingsfondsen en de reactie hierop van beleggers legt een interessant fenomeen bloot: de impact die een topfondsbeheerder kan hebben. Paniek is in zo’n geval een slechte raadgever voor beleggers.

Bill Gross is de bekendste van het stel fondsmanagers van naam dat onlangs opstapte. Hij is één van de weinige beleggers die eigenhandig financiële markten kan laten bewegen. Toen de opmerkelijke transfer van Gross van Pimco naar Janus Capital eind september bekend werd, steeg de aandelenkoers van Janus met 40 procent.

De koers van de Duitse verzekeraar Allianz, dat eigenaar is van Pimco, ging 6 procent onderuit. En in de eerste vier dagen na het vertrek haalden beleggers USD 23,5 miljard weg uit het door Gross beheerde Pimco Total Return Bond Fund. Zij verlaten dit vlaggenschipfonds nu de kapitein weg is.

Het vertrek van Gross en de reactie hierop van beleggers legt een interessant fenomeen bloot. De impact die een starmanager kan hebben. En dwingt tot de vraag: is dat een vloek of een zegen?

De zegen voor het beleggingsfonds van de starmanager is duidelijk: hij trekt beleggers en geld aan. Pimco kon door de reputatie van ‘Obligatiekoning’ Gross uitgoeien tot het grootste obligatiefonds ter wereld met USD 200 miljard onder beheer.

Vloek

De vloek voor het beleggingsfonds van het vertrek van zijn starmanager is ook duidelijk: het fonds noteert een forse uitstroom die in de honderden miljoen tot miljarden kan lopen. Beleggers geloven er niet meer in dat de goede resultaten zullen continueren en trekken hun geld terug.

De trouwe gelovigen volgen de topbeheerder naar zijn nieuwe fonds(en). Vaak neemt de starmanager één of enkele van zijn discipelen mee en dan ziet het fonds ook nog eens zijn beheer- en/of analistenteam uitdunnen.

Een ander treffend voorbeeld is Francisco Paramés van het Spaanse Bestinver Asset Management. Toen in september duidelijk werd dat de prominente fondsmanager een eigen vermogensbeheerder begon, trokken beleggers EUR 893 miljoen uit Paramés aandelenfondsen Bestinver Internacional en Bestinfond. Het vertrek van fondsmanager en oudgediende Julie Dean leidde in september tot een netto-uitstroom van EUR 660 miljoen bij Schroders UK Opportunities (voorheen Cazenove UK Opportunities).

Een inmiddels klassiek voorbeeld van de beschreven vloek is het vertrek van Rob Drijkoningen bij ING IM begin 2013. Drijkoningen was ‘Mister Emerging Market Debt’ bij de Nederlandse vermogensbeheerder. Het was niet alleen hij die overstapte naar Neuberger Berman. In zijn kielzog gingen uiteindelijk 17 collega’s mee.

Dat leidde niet alleen tot een leegloop in het beheerteam van ING’s fondsen voor obligaties uit opkomende markten, maar ook in het vermogen onder beheerder.

Beleggers haalden door het opstappen van Drijkoningen cum suis EUR 6,5 miljard uit de fondsen waarbij het beheerd vermogen kelderde van EUR 12 miljard naar EUR 5,5 miljard. Vooral als institutionele beleggers er geen fiducie meer in hebben gaat het hard met de uitstroom van kapitaal.

Hoogtepunt

Het vertrek van Gross werpt ook de boeiende vraag op wanneer het moment daar is dat een starmanager moet stoppen, al dan niet gedwongen. Toen Gross’ transfer bekend was kwamen er al snel verhalen dan wel geruchten dat Pimco op het punt stond om hem te ontslaan wegens ‘erratic behaviour’.

En in diverse visies werd gesteld dat Gross zijn beste tijd heeft gehad, niet meer zo scherp is en de eretitel ‘Obligatiekoning’ het laatste jaar met het teleurstellende rendement van zijn fonds niet waarmaakte. Niet voor niets kampt Total Return Bond Fund al zeventien maanden met een uitstroom.

Op het hoogtepunt stoppen. Het lijkt mij weinig starmanagers gegeven om zelf in te zien en te accepteren dat hun momentum voorbij is en het beter is om het beheer van het fonds uit handen te geven Daar is toch meestal druk van buitenaf voor nodig.

Duivels dilemma

Het is een duivels dilemma voor fondshuizen: een zegen én een vloek. Enerzijds profiteren van de kennis, kunde en aantrekkingskracht van de starmanager. Anderzijds schade lijden als hij opstapt of zijn momentum heeft verloren.

Het is balanceren tussen iemand synoniem voor een fonds laten zijn en laten zien dat fondsbeheer teamwerk is. In het eerste zijn fondshuizen goed, daar weten de marketeers wel raad mee. In het tweede zijn veel vermogensbeheerders minder bekwaam.

Morningstar heeft al vaak aangekaart, dat fondshuizen niet transparant zijn over wie er bij een fonds aan de knoppen draait. Vertel gewoon wie het geld van beleggers beheert. Laat zien dat het teamwerk is van beheerders en analisten. Dat voorkomt dat beleggers in paniek raken als de beheerder opstapt. Zij weten dat er met hem een belangrijke schakel wegvalt, maar dat het mechaniek niet meteen hoeft vast te lopen.

Zo was het bij Pimco ook. Daarom raakten de fondsanalisten van Morningstar niet meteen in paniek bij Gross’ vertrek. Ze wisten dat Pimco voor zijn opvolging kon putten uit een vijver talentvolle en bewezen beleggers. Die moeten zich in hun nieuwe rol uiteraard nog wel bewijzen en dat is reden dat de Analyst Rating voor Pimco Total Return Bond Fund is verlaagd van ‘Gold’ naar ‘Bronze’. Maar ze bieden voldoende basis voor continuïteit waardoor het fonds nog steeds een positieve waardering heeft.

Maarten van der Pas

Partner Content