Is kraanwater altijd goedkoper dan flessenwater?
Volgens de voorstanders is kraanwater drinken veel goedkoper dan flessenwater. Maar soms is flessenwater toch voordeliger.
Consumenten kiezen niet alleen voor kraanwater of flessenwater vanwege de prijs. Sommigen doen dat om ecologische redenen, anderen voor de smaak. Ook als er baby’s in een gezin zijn, kan dat een rol spelen. Maar is kraanwater echt veel goedkoper? En hoe kun je dat voordeel in kaart brengen?
De analyse moet vertrekken van de vraag hoeveel water een gezin elke dag drinkt of zou moeten drinken. Door de bank genomen houden veel gezondheidsadviezen het op 1,5 liter per dag per volwassene op een totale vochtinname van 2,5 liter (deels via voeding bijvoorbeeld). Ook voor kinderen vanaf zes jaar adviseren heel wat specialisten een aanbevolen volume van 1,5 liter, voor kleuters houden ze het veeleer op 1 liter.
Als we als voorbeeld een gezin met een kind jonger dan zes jaar en een kind ouder dan zes jaar nemen, komen we uit op een gemiddelde dagelijkse consumptie van 5,5 liter. Een deel daarvan is niet voor rekening van het gezin – denk maar aan de waterkoelers op kantoor of het water dat kinderen op school vaak gratis aangeboden krijgen. In dit artikel gaan we ervan uit dat het gezin dagelijks voor 3 liter water betaalt.
Basistarief en comforttarief
De goedkoopste merken van flessenwater kosten in de buurt van 0,15 tot 0,2 euro per liter. Voor duurdere merken is dat doorgaans meer dan 0,5 euro per liter, ook als het water bijvoorbeeld in flessen van 2 liter wordt verkocht. De uitschieters pieken tot 0,75 euro per liter. Op jaarbasis maakt dat een immens verschil uit. Als het gezin het goedkoopste flessenwater koopt, betaalt het 3 liter x 0,15 euro = 0,45 euro per dag aan flessenwater, of net geen 165 euro per jaar. Als het de duurste merken drinkt, loopt het jaarbedrag op tot 821 euro.
Als het gezin kiest voor kraanwater, drinkt het in een jaar 3 liter x 365 dagen = 1095 liter water. Tot vorig jaar bestond de prijs per kubieke meter uit vijf tariefschijven, in de nieuwe tariefstructuur blijven daar nog twee van over: het basis- en het comforttarief (zie kader Nieuwe tarieven voor Vlaams water). Het gezin, dat bestaat uit vier gedomicilieerden, krijgt hoe dan ook 150 kubieke meter water tegen het basistarief. Het verbruik boven die grens wordt aangerekend tegen het comforttarief, dat verschilt van watermaatschappij tot watermaatschappij en van gemeente tot gemeente. Volgens de Vlaamse Milieumaatschappij verbruikt een gemiddeld gezin met twee kinderen 127 kubieke meter per jaar, waarmee het in het basistarief blijft.
De gemiddelde prijs in Vlaanderen ligt op 4,3 euro per kubieke meter water. Daarmee zit Vlaanderen in de lijn van de andere landsdelen. In Wallonië bedroeg de gemiddelde prijs in 2014 nog 4,67 euro per kubieke meter, al zou dat tarief volgens Aquawal tegen 2020 stijgen tot 6 euro. Ook Brussel klokt af op een gemiddelde prijs van 4,6 euro.
Het verbruik van een extra kubieke meter water kost het gezin dus hooguit 5 euro per jaar, naargelang de regio waar het woont. Dat betekent dat het goedkoopste flessenwater 35 keer duurder is dan de gemiddelde prijs van leidingwater (0,15 euro tegenover 0,0043 euro per liter) en dat het duurste flessenwater 174 keer duurder is (0,75 euro tegenover 0,0043 euro per liter).
Het verbruik van 3 liter kraanwater per dag levert voor het gezin een voordeel van minstens 155 à 160 euro per jaar op tegenover het goedkoopste flessenwater. Bovendien zijn de kosten om het flessenwater te gaan halen (de prijs per kilometer met de auto) en om het plastic afval af te voeren (de kosten van PMD-zakken bijvoorbeeld) niet eens meegerekend.
Draagbare filters
Vaak filteren gezinnen het kraanwater dat ze drinken. De eenvoudigste systemen bestaan uit een kan met een filter waar het water doorheen stroomt. De kan is een eenmalige aankoop, maar de filters vergen een regelmatige vervanging. Wie kraanwater wil filteren – maar de vraag is of dat echt nodig is – moet die kosten dus aftrekken van de winst die het kraanwater oplevert tegenover flessenwater.
Brita is de Belgische marktleider in draagbare waterfilters. Het raadt zijn klanten aan de filter om de vier weken te vervangen, wat neerkomt op dertien filters per jaar. In een jaarpakket zitten slechts twaalf filters, omdat tijdens de vakantie weleens een vervanging wordt overgeslagen. Die kosten in de webshop van Brita 61,90 euro. Dat reduceert het voordeel van het gefilterde kraanwater tot om en bij 100 euro per jaar tegenover het goedkoopste flessenwater, nog eventueel verminderd met 20 à 30 euro voor de aankoop van een kan (al zijn er duurdere modellen voorhanden).
Ingebouwde filters
Een alternatief voor draagbare filterkannen zijn ingebouwde kranen, die het water filteren voor het uit de kraan stroomt. De eenmalige aankoopprijs van zo’n kraan is hoger. De goedkopere modellen blijven net beneden 300 euro. Op het eerste gezicht lijkt de investering in een goedkope kraan zich in twee jaar terug te betalen, maar ook kranen hebben filters nodig. Die zijn duurder en gezinnen moeten daarvoor gemiddeld 200 euro per jaar budgetteren.
De houdbaarheid van de filter hangt af van het waterverbruik, maar daalt sneller als de kraan alle water filtert – dus ook het water waarmee het gezin kookt of de vaat doet. Wie wil weten of dat systeem goedkoper is, moet dus de jaarprijs van zijn filters – plus de 5 à 10 euro voor het extra drinkwaterverbruik – vergelijken met het bedrag dat hij elk jaar aan flessenwater zou spenderen. Zeker tegenover goedkoop flessenwater – bijvoorbeeld 125 euro per jaar – kan de prijs van de filters op jaarbasis hoger uitvallen. Een kraan met ingebouwde filters kan wel voordeliger zijn dan de duurdere flessenwatermerken.
Wouter Temmerman
Nieuwe tarieven voor Vlaams water
Door de zesde staatshervorming werd Vlaanderen bevoegd voor de drinkwaterfactuur. Sinds 1 januari hebben de watermaatschappijen daarom een nieuwe tariefstructuur voor leidingwater. De Vlaamse regering schafte de gratis hoeveelheid drinkwater (15 kubieke meter per gezinslid) af en voerde een volledig nieuwe tariefstructuur in. De watermaatschappijen werken voortaan met een progressief systeem, met een basistarief en een comforttarief. Elk gezin krijgt een correctie van 20 euro per gezinslid en het systeem behoudt de sociale correcties, bijvoorbeeld voor leefloners of personen met een handicap.
De Vlaamse meerderheid wil met het nieuwe systeem gezinnen ertoe aanzetten verantwoordelijker om te gaan met water. De oppositie vreest dat meer gezinnen daardoor hun waterfactuur moeilijker zullen kunnen betalen.
Voor u uitgetest
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier