Waarom blijft K+S toch zo ontgoochelen?
Het aandeel van K+S blijft zwakker presteren dan de aandelen van de andere meststoffengiganten. Blijft uw koopadvies overeind?
2018 is voor de aandeelhouders van de Duitse meststoffen- en zoutproducent K+S (voluit Kali und Salz) een ferme tegenvaller. Sinds het begin van het jaar is het aandeel met 26,1 procent gezakt. Daarmee doet het 20 procent minder goed dan de marktleider in de potassector, het Canadese Nutrien.
Tot begin augustus liep de prestatie grotendeels gelijk. De vooruitzichten voor 2018 waren goed, na de opstart vorig jaar van Bethune in Canada, de eerste buitenlandse potasfabriek van K+S. Maar kwaliteitsproblemen duwden de productieprognose van Bethune voor dit jaar 0,2 à 0,3 miljoen ton lager tot 1,4 miljoen ton. De problemen raken stilaan onder controle en zullen tegen eind 2019 volledig van de baan zijn.
De belangrijkste impuls zou dit jaar komen van het achterwege blijven van productieonderbrekingen in de Duitse potasmijnen. Er is vorig jaar forse vooruitgang geboekt in het beheersen van de structurele problemen met het lozen van zout afvalwater. Het uitzonderlijk droge weer was een forse streep door de rekening. Twee mijnen moesten in augustus en september drie en vijf weken dicht, wat 80 miljoen euro kostte. Ook in het vierde kwartaal blijft de situatie kritiek, gezien de te lage waterstanden in de Duitse rivieren. Door de problemen is veel meer en veel duurder transport over de weg nodig. Zonder de verbeteringen die K+S de jongste jaren doorvoerde, had de productie vanaf juni stilgelegen. Vanaf 2019 voorziet K+S in nog extra opslagcapaciteit van zout afvalwater. Een normalisering van het waterpeil tijdens de winterperiode is wel noodzakelijk.
De problemen dwongen de groep in september tot een winstwaarschuwing. Het derdekwartaalrapport stelde voor 2018 een verwachte bedrijfskasstroom (ebitda) van 570 à 630 miljoen euro voorop, tegenover de eerdere vork tussen 660 à 740 miljoen en 576,7 miljoen in 2017. De gemiddelde analistenverwachting verlaagde sinds augustus van 829 naar 610,2 miljoen euro. Voor 2019 ligt de gemiddelde voorspelling op 894 miljoen euro. De omzet in de zoutafdeling klom na negen maanden met 6,5 procent tot 1,34 miljard euro. Dat was volledig te wijten aan sterke groei bij het de-icingzout (+27% tot 498,5 miljoen). Hogere transportkosten beperkten de groei van de bedrijfswinst (ebit) echter tot 127,9 miljoen (+3,9%). Bij de meststoffen klom de omzet met 10,9 procent tot 1,35 miljard euro, maar de ebit kromp met 93,2 procent tot 5,1 miljoen. De nettoschuld bedroeg eind september 4,3 miljard euro, tegenover 4,14 miljard eind 2017, of een hoge 7,6 keer de ebitda van de jongste twaalf maanden (8,1 keer eind september 2017). De groep mikt vanaf 2019 op een positieve vrije kasstroom en wil tegen 2020 de schuldgraad halveren.
De tegenvallende prestatie van het aandeel is in belangrijke mate een gevolg van tijdelijke factoren. We sluiten na de recente verkoop van Mosaic uit de voorbeeldportefeuille een opname van K+S in 2019 niet uit. Koopwaardig (rating 1C).
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier