Schaf de arbeidsrecht-banken af

Onlangs trok een delegatie arbeidsrechters naar minister van Justitie Stefaan De Clerck (CD&V) met de noodkreet dat ze verzopen in het werk. De reden is de collectieve schuldenregeling, een afbetalingsschema waarmee wanbetalers van hun schulden verlost kunnen worden. De arbeidsrechtbanken zijn hiervoor bevoegd sinds 1 september 2007. De voorzitter van de beroepsorganisatie liet verleden week verstaan dat er daarom op de arbeidsrechtbanken meer magistraten nodig zijn.

Vreemd. Toen de rechtbanken van eerste aanleg in 1999 bevoegd werden voor ‘de collectieve’, kregen ze er geen magistraten bij. De beslagrechters behandelden geleidelijk meer dossiers, en maakten zich de materie eigen. Dat de – eveneens geleidelijke – overdracht van de dossiers de arbeidsrechtbanken in moeilijkheden brengt, wijst op een gebrek aan management.

Ter herinnering: een van de argumenten voor de overdracht was de relatief geringe werklast op de arbeidsgerechten. De positie van deze rechtbanken, net als het aparte statuut van de arbeidsauditeurs, kwam onder druk te staan. Deze bastions werden stilaan een anachronisme en er gingen zelfs stemmen op om ze af te schaffen. Ook daarom gaf minister van Justitie Laurette Onkelinx (PS) toentertijd de arbeidsgerechten meer werk. Ze creëerde zo een valabele bestaansreden.

De operatie is niet gelukt, ook al omdat de minister de kapitale fout maakte de procedure in deze materie voortaan via de gerechtsbrief te laten verlopen. Dat creëerde een zeer zware administratieve last. Net omdat de arbeidsrechtbanken relatief minder magistraten tellen dan de rechtbanken van eerste aanleg, was het erg moeilijk de last gelijkmatig te verdelen zonder problemen te creëren.

Het aantal medewerkers op de arbeidsrechtbanken daarom verhogen, heeft echter geen zin. Justitie heeft mensen en middelen genoeg. Het aantal magistraten steeg tussen 2004 en 2008 van 2357 tot 2446. De oplossing voor het personeelstekort is dus vrij eenvoudig: schaf de arbeidsrechtbanken af en breng ze onder in een groter geheel.

In 1967 al stelde de commissie-Van Ree-pinghen voor om arrondissementsrechtbanken op te richten die arbeids-, vennootschaps-, straf- en burgerlijke zaken zouden behandelen. Dat zou het interne personeelsmanagement gemakkelijker maken. Onder druk van de PS werd het voorstel afgevoerd. CD&V kwam met het idee weer op de proppen in zijn ‘noodplan voor Justitie’ (2007), dat terecht ook het aantal arrondissementen en dus zetels beperkte. Het werd onmiddellijk afgeblokt door ABVV-voorzitter Rudy De Leeuw met als argument: waarom een van de weinige onderdelen van Justitie die goed werken afschaffen? De relevantie van deze verklaring is inmiddels duidelijk.

Overigens blijft de arbeidsrechtbank niet alleen bestaan omdat ze de lieveling is van de socialisten. Ook de werkgeversorganisaties willen een status-quo, omdat ze op de arbeidsrechtbanken en de rechtbanken van koophandel hun mannetjes (vrouwen zijn zeldzaam) mogen benoemen. Toch is een betere organisatie van Justitie een goede zaak voor bedrijven en particulieren. Ook zij maken beter een einde aan dit corporatisme. (T)

Door Hans Brockmans

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content