LUC SANTENS. A good citizen

Luc Santens, topman van de Oostvlaamse familiale textielgroep, is voorzitter van het Verbond van Kristelijke Werkgevers en Kaderleden (VKW). Speelt zijn katolieke geloof een doorslaggevende rol in zijn leven als industrieel ? Kerstgetuigenis van een industrieel.

Een gesprek over godsdienst met de Oudenaardse industrieel Luc Santens maakt duidelijk waarom Colm Toibin België niet opnam in zijn boek Het kruisteken. Daarin brengt de Ierse auteur verslag uit over zijn reizen door katoliek Europa. Alle veldkapelletjes ten spijt, zindert de Vlaamse vroomheid net niet emotioneel genoeg. Onze noordse nuchterheid houdt onze Romaanse sentimenten tijdig in toom. Naar de extase van een palmzondag in Sevilla kijken we als een verbaasde toeschouwer. Een Vlaamse katoliek, hoe overtuigd ook, laat zich minder en minder meeslepen door uiterlijk religieus vertoon en pauselijke vermaningen. Hij zoekt sereen zijn eigen weg naar God. Dit is grond waar fundamentalisme moeilijk gedijt.

TALENTEN.

Rotsvast overtuigd en diepgelovig katoliek maar met een zekere afstandelijke houding zo laat ook Luc Santens zich religieus portretteren. In zijn vrij sober kantoor vóór de textielfabriek net buiten het Oudenaardse centrum hangt, onopvallend, een klein kruisbeeld. “Ik vind het belangrijker om achter de symboliek van dat kruis iets anders te vinden : de kristelijke waarden die zowel het persoonlijke als het maatschappelijke domein bestrijken. Met de uiterlijke tekens ben je niets. Ik ga wel naar de mis, maar niet uit geforceerd plichtsgevoel. Neen, op zakenreis staat het niet in mijn agenda, wat nog niet betekent dat ik niet eens een kerk binnenstap. ” Hij kijkt ons aan, vriendelijk maar kordaat : “Daar gaat het toch niet om ? Het gaat niet over tekens, maar over mensen. “

Ontspant zich : “Je zou even goed de vraag kunnen stellen of een feestdis of enige luxe zonde is. Dat is even ver naast de kwestie. We zijn niet op de wereld gekomen om in zak en as rond te lopen. Je moet wel verantwoordelijkheid nemen, je plichten kennen. Hard werken en streven naar vooruitgang horen daarbij. En als je erin slaagt daarmee goed je boterham te verdienen, heb je wel de plicht te delen. Dat is ruim. Ook ondernemen zie ik in die zin. Een ondernemer neemt de verantwoordelijkheid op zich om zijn omgeving en medewerkers te laten meedelen. Het blijft wel ondernemen. Cadeaus hoef je niet te verwachten. Het manna valt niet zomaar uit de hemel. Wie dat beweert, bedriegt de boel. Dat hebben we nu wel kunnen konkluderen : alleen een gezonde marktekonomie is in staat een florissante samenleving op te bouwen. “

Luiheid is zonde ? Santens aarzelt : “Eigenlijk wel. Het is de beroemde parabel van de talenten. Wie zijn talent niet gebruikt, voldoet niet aan de opdracht. Dat is ook het beste bewijs dat de katolieke godsdienst er niet is om de eigen verantwoordelijkheid op God af te wentelen. Voor het begraven van zijn talenten, is de mens niet geschapen. Maar je moet wel een omgeving creëren waardoor de luiheid zichzelf kan opheffen. Dat wordt meer en meer een probleem. Een voorbeeld ? We maken het onze jeugd niet gemakkelijk met de maatschappij die wij ze momenteel aanbieden. “

ARBEIDSVRIENDELIJK.

Als voornaam werkgever (de Groep Santens telt meer dan 2000 personeelsleden) lijkt hij met zo’n uitspraak een boemerang weg te gooien : is de winsthonger van de ondernemers niet de belangrijkste oorzaak van de massale uitstoot van banen ? Zelfs kardinaal Danneels loodste de boemerang terug naar de werkgever. In een interview met de Financieel Ekonomische Tijd zei hij onomwonden : “Mensen afdanken alleen maar om de rendabiliteit, om de opbrengst van de aandelen te verhogen, is pure verrijking. Het zijn stille dodingen. Het is onaanvaardbaar. ” Replikeert Santens : “Men moet alles in zijn juiste kontekst plaatsen. Een gemeenschap met welvaart én welzijn ontvouwt zich niet op een ekonomisch kerkhof. Het bedrijf dat niet rendabel genoeg is om te blijven investeren in de snel evoluerende technologie, gaat voor de bijl. Maar ons ondernemen moet en kan wel tewerkstellingsvriendelijker worden. Die stap moet echter gezet worden zonder de al zo zwaar beproefde kompetitiviteit te schaden. Dat vergt politieke wil. Het mekanisme is gekend : onze arbeid kost te veel. Zorg er dus voor dat de bruto loonkost daalt, dat de fiskale en parafiskale last op arbeid lichter wordt. Dat verlies aan inkomsten voor de overheid kan worden gekompenseerd door, bijvoorbeeld, een verhoging van de indirekte belastingen. Het VKW hield daarover een enquête. Bijna driekwart van de ondervraagden zag dat mekanisme wel zitten. Ruim 65 % onder hen wil meer jobs crëeren bij zo’n kostenverlaging. Uit die rondvraag kwam ook aan het licht dat vooral een grotere flexibiliteit een belangrijke hefboom naar meer jobs is. Zelfs 77 % van de ondernemers beweren meer mensen aan het werk te kunnen zetten als de flexibiliteit toeneemt. Daarnaast werd ook gepleit voor het opheffen van het minimumloon. “

Het scheppen van laagbetaalde jobs lijkt weinig kristelijk. Dat geeft ook Santens toe. Hij wijst een maatschappij met working poor op zijn Amerikaans af. Daarnaast hamert hij wel op het belang van een job boven stempelen : “Een maatschappij met jobs is meer leefbaar. Daar heerst minder kriminaliteit, minder hooliganisme. Een mens wil werken. Die motivering gaat veel dieper dan enkel geld verdienen. “

POLITIEK.

In zijn pleidooi ontpopt de gedreven Santens zich, een man die het engagement en het politieke debat niet uit de weg gaat. Impliceert geloof ook een politieke keuze ? Een nagenoeg onhoorbare zucht, gaat iets strakker op de komfortabele stoel zitten : “Gelovigen zijn doorgaans geen apolitieke mensen. Dat betekent niet noodzakelijk dat men een engagement in één en dezelfde partij neemt omdat die zich uitdrukkelijk kristelijk noemt. Men zoekt veeleer naar een waardenpatroon, naar een maatschappelijke visie in het politieke spektrum. “

De familie Santens heeft zich de jongste decennia nooit ver van de politiek gehouden. Maurice, de vader van Luc, was burgemeester van Oudenaarde, senator en nationaal voorzitter van het NCMV. Momenteel is neef Lieven bezig aan zijn tweede opeenvolgende legislatuur als burgemeester van Oudenaarde. Ook hij is verkozen op een CVP-lijst. Zelf wijst Luc de aktieve politiek af : “Ik zie me niet tegelijkertijd bedrijfsleider en politicus zijn. Beide slorpen iemand te zeer op. De ondernemer mag zich echter niet afkeren van de politiek en vice versa. We leven niet op een eiland. Een politicus die niets van het bedrijfsleven snapt, kan geen degelijk politicus zijn. Een ondernemer op zijn beurt heeft de plicht ook buiten de bedrijfsmuren te kijken. Een ondernemer moet a good citizen zijn. Of je het wil of niet, je hebt een maatschappelijke verantwoordelijkheid. En die voed ik met kristelijke waarden. “

GELD VERDIENEN.

Luc Santens komt ook uit voor die ideologische keuze. Hij is, bijvoorbeeld, voorzitter van de kerkfabriek in zijn gemeente, die nauwelijks 600 inwoners telt. Kijkt ons aan met een groeiende lach om de mond : “Het is de enige fabriek waar ik het echt voor het zeggen heb. ” In enkele serviceklubs vind je hem ook. Maar veel meer energie stopt hij in het VKW, waarvan hij voorzitter is. “Verwar het VKW niet met een serviceklub, ” vermaant hij als we de verenigingen over dezelfde kam scheren. “We profileren ons duidelijk, brengen essentiële waarden naar voren. We verdedigen het ondernemerschap, we pleiten voor een maatschappelijk model waarin het ondernemen een faire kans krijgt. Het gaat daarbij niet om egoïsme of om het pure, enge kapitalisme, maar om een sociaal gekorrigeerde marktekonomie. “

Voorzichtig opperen we dat we weinig onderscheid vinden tussen een katolieke en andersdenkende ondernemer of manager. Zonder winst gaat de ekonomische zon voor geen van beiden op. Santens voelt zich aangesproken, spreekt nadrukkelijker : “Daarop wil ik formeel antwoorden. Geld verdienen is een conditio sine qua non als men zijn rol als ondernemer in het maatschappelijk bestel ernstig wil waarmaken. Dat vraagt een persoonlijk engagement, ook in de eigen streek. Eén van de permanente zorgen is de dramatisch hoge werkloosheid. Als VKW vinden we dat dat niet kan. Denk aan wat ik daarnet zei over het gebruik van de talenten, maar ook om het creëren van een omgeving waarin men ze kan aanwenden. Hoe benaderen we dat ? Daar speelt onze overtuiging wel degelijk een rol. Daar zit het verschil. We merken, bijvoorbeeld, dat er nog groei is in volume, maar niet langer in tewerkstelling. Met het VKW willen we daarom zoeken naar aanvaardbare oplossingen. Daar komt het steeds weer op neer : zijn maatschappelijke rol willen vervullen, het aanvaarden van het good citizenship. “

LUC DE DECKER

LUC SANTENS “Ten minste 77 % van de ondernemers wil meer mensen aan het werk zetten als de flexibiliteit toeneemt. “

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content