K+S en London Mining
Kan u nog eens een update geven over K+S?
Het Duitse bedrijf K+S is enerzijds actief in ‘Kali’ (kaliumhoudende meststoffen, potash) en het is anderzijds wereldleider in ‘Salz’ (zoutactiviteiten). De potashmarkt onderging vorige zomer een ware aardverschuiving, nadat Uralkali het exportkartel Belarusian Potash Co (BPC) had opgeblazen. De prijzen voor potash gingen in vrije val, met prijsdalingen van ruim 25% op jaarbasis (van 400 USD naar 300 USD per ton).
CEO Steiner van K+S maakte zich bij de bekendmaking van de eerstekwartaalcijfers sterk dat de prijzen uitgebodemd zijn. Maar met een totale productiecapaciteit van 77 miljoen ton – waarvan 13 miljoen ton afkomstig van wereldleider Uralkali, die nog altijd maximaal produceert – en een verwachte vraag in 2014 van 58 miljoen ton lijkt het opwaartse prijspotentieel zonder het herstel van BPC beperkt. K+S realiseerde in het eerste kwartaal een verkoopprijs van 262 EUR per ton, tegenover 308 EUR per ton vorig jaar, 271 EUR per ton in het vierde kwartaal en 294 EUR per ton gemiddeld in 2013.
De extreem harde winter in Noord-Amerika ondersteunde de zoutactiviteiten. Het verkochte volume de-icing-zout steeg met 25%, maar de gerealiseerde prijzen (op basis van de zachte winter van 2012-2013) lagen met 48,3 EUR per ton 12,2% lager dan vorig jaar. De bedrijfswinst (ebit) daalde met 21%, tot 219,6 miljoen EUR (134,4 miljoen EUR uit potash of -36% en 89,2 miljoen EUR uit de zoutactiviteiten of +22%). De nettowinst daalde met 25,6%, tot 141,5 miljoen EUR of 0,74 EUR per aandeel. K+S boekte in 2013 een gezuiverde nettowinst van 2,28 EUR per aandeel (2,81 EUR per aandeel in 2012 of -19%). De markt rekent voor 2014 op 1,44 EUR per aandeel nettowinst.
Positief is dat K+S snoeit in de kosten, met als doel 500 miljoen EUR jaarlijks te besparen tegen 2016, waarvan 150 miljoen EUR in 2014. Het bedrijf houdt vast aan zijn plan om zelfstandig een nieuwe potashmijn in Canada (Legacy-project; eerste productie verwacht in 2016) te bouwen. Legacy zal in totaal 4 miljard USD kosten voor een jaarlijkse capaciteit van 2 miljoen ton. De huidige groepscapaciteit bedraagt 6 miljoen ton. Het dividend werd fors verminderd van 1,4 EUR bruto naar 0,25 EUR bruto per aandeel.
Dat de potashprijzen uitbodemen, is uiteraard positief. Tegen 17 keer de verwachte winst 2015 – duurder dan voor de ontbinding van BPC – vinden we dat dit al ruimschoots in de koers is verrekend. We bevestigen het advies verkopen (rating 3B).
Het aandeel van London Mining is de voorbije maanden enorm gedaald, ondanks beduidend hogere koersdoelen. Wat is de reden hiervoor en wat is jullie mening over dit bedrijf?
London Mining is een mijnbouwbedrijf dat uitsluitend actief is in ijzererts en beschikt over één producerende mijn: de Marampa-mijn in Sierra Leone. Daarnaast is het bedrijf eigenaar van twee onontwikkelde ijzerertsmijnen in Groenland (100%) en Saoedi-Arabië (25%). London Mining kocht de Marampa-mijn – waarvan de eerste ontdekkingen teruggaan tot 1926 – in 2005. In 2012 produceerde het 1,6 miljoen ton ijzererts en in 2013 steeg de productie naar 3,4 miljoen ton. Een stapsgewijze capaciteitsuitbreiding zorgde ervoor dat de mijn momenteel een jaarlijkse productiecapaciteit van 5,4 miljoen ton heeft. De voorziene productievork voor 2014 bedraagt 4,9 à 5,4 miljoen ton, en in principe zijn er nog voldoende reserves voor minstens 40 jaar productie.
Met de operationele kostprijs gaat het de goede kant uit, met een daling van 71 USD per ton in 2012 naar 57 USD per ton in 2013. De doelstelling voor 2014 ligt op maximaal 50 USD per ton. Het bedrijf boekt echter nog altijd verlies (28,3 miljoen USD in 2012 en 20,6 miljoen USD in 2013), maar het moet in 2014 voor het eerst winstgevend worden. Sinds begin 2013 staat de ijzerertsprijs echter serieus onder druk. De grondstof noteert nu nog 92 USD per ton, het laagste niveau sinds september 2012. De prijsdruk, veroorzaakt door een overaanbod dat in 2015 nog zal toenemen, komt bijzonder ongelegen voor London Mining, dat eind 2013 een nettoschuldpositie van 265 miljoen USD had.
Recentelijk werd fors gesnoeid in het investeringsbudget – bedoeld om de capaciteit uit te breiden naar 6,5 miljoen ton – en het bedrijf kondigde aan nog dit jaar een partner te willen vinden om Marampa verder te ontwikkelen tot een mijn met 8 miljoen ton capaciteit. Geen vanzelfsprekende zoektocht in de huidige situatie. Bovendien leidde een recente uitbraak van het dodelijke ebolavirus in Sierra Leone tot bijkomende onzekerheid.
De winstvoorspellingen doken de voorbije maanden in ijltempo naar beneden, net zoals de euforische koersdoelen (gemiddeld 126 pence, maar eind 2013 ruim boven 200 pence). Op dit ogenblik beleggen in een financieel kwetsbare pure play op ijzererts vinden we zeer riskant, al mogen bestaande posities tegen de huidige, extreem lage koers behouden worden. In deze sector verkiezen we een gezonder en meer gediversifieerd mijnbedrijf zoals Vale.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier