Groeipessimisme biedt kansen
De ECB moet opboksen tegen zwakke groei en deflatievrees.
Op het moment dat u dit leest, weet u al wat de eerste vergadering van de Europese Centrale Bank (ECB) dit jaar heeft opgeleverd. De enige zekerheid vooraf lijkt dat er een marktreactie zal zijn. Zoals vorige week donderdag, toen de Zwitserse centrale bank totaal onverwachts het plafond van 1,20 Zwitserse frank (CHF) voor 1 euro (EUR) losliet. Het veroorzaakte een schokeffect op de financiële markten, in de eerste plaats op de valutamarkten. Zeker als iets dat zowat drie jaar kunstmatig aan elkaar was gekoppeld zonder enige verwittiging wordt losgelaten. Men kan er voor of tegen zijn, maar de bepalende rol van de centrale banken is een feit. Al valt er iets voor te zeggen dat ze meer impact hebben op de financiële dan op de reële economie.
Die reële economie, op wereldschaal bekeken, heeft het niet gemakkelijk, ondanks alle steun van de centrale banken. De economische en financiële crisis van 2008-2009 blijkt nog altijd niet volledig verteerd. Dat blijkt ook uit de verlaging van de groeiprognose voor 2015 door de Wereldbank. Die supranationale instelling verwacht voor dit jaar een groei van de wereldeconomie met 3%, terwijl bij de vorige voorspelling nog op 3,4% was gemikt. Vooral de groeiverwachtingen voor de eurozone en de opkomende landen worden getemperd. Voor de Verenigde Staten mikt de Wereldbank op 3,2% groei dit jaar, tegenover 1,1% voor de eurozone. De groei in China zou verder afnemen tot 7,1% en in 2016 of 2017 onder de 7% vallen. Voor Rusland wordt een zware recessie voorspeld (-2,7%).
Wind in de zeilen
De ECB was dus verplicht een cruciaal besluit te nemen in een omgeving van aanhoudend zwakke groei en langdurige deflatievrees. Een jaar geleden was het anders en dachten instellingen als de Wereldbank en het Internationaal Monetair Fonds, en flink wat economen, dat de eurozone het licht aan het eind van de tunnel had gezien. Maar toen werd Europa nog altijd geconfronteerd met een dure euro (bijna 1,40 USD voor 1 EUR) en een hoge olieprijs (110 USD per vat). Op die twee domeinen heeft de Europese economie nu wel degelijk de wind in de zeilen. Bovendien ligt het verwachte groeicijfer voor dit jaar 1,1% hoger dan de 0,8% voor 2014 en de krimp van -0,4% voor 2013.
Het is ook dat groeipessimisme dat de Europese aandelenmarkten er voorlopig van heeft weerhouden een sterk positieve reactie te tonen op de sterkere dollar en de flink lagere olieprijs. Hier liggen dus mogelijk betere kansen voor de Europese beurzen dan pakweg een jaar geleden.
De Europese financiële markten zullen geen tijd hebben om op adem te komen van de reactie op de ECB-vergadering, want zondag zijn er al de Griekse parlementsverkiezingen, waarop we maandag ook een marktreactie verwachten. Hoeveel stemmen Syriza uiteindelijk zal halen, bepaalt of Grexit volgende week een thema op de Europese financiële markten wordt of niet.
Strategie
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier