Wat België kan leren van de start-upscene in Portugal
Enkele jaren geleden zat de Portugese economie nog in een diepe crisis. Maar in het land is een dynamisch start-upecosysteem opgestaan. Het recept steunt op een goed overheidsbeleid, goedkoop talent en ondernemerszin.
Begin november wordt de Portugese hoofdstad Lissabon elk jaar weer het Tomorrowland voor start-upgeeks, wanneer het de Web Summit host. 70.000 bezoekers komen erop af om sprekers zoals de klokkenluider Edward Snowden en Eurocommisaris Margrethe Vestager te zien, naast de duizenden start-ups die er zichzelf pitchen. In de schaduw van de Web Summit spurt het Portugese start-upecosysteem steeds meer vooruit.
Het land heeft drie eenhoorns, of niet-beursgenoteerde bedrijven met een waardering van meer dan 1 miljard dollar. België heeft er slechts twee, terwijl de Belgische economie ruwweg dubbel zo groot is als de Portugese. Portugal trekt ook ambitieuze buitenlandse oprichters aan, die hun bedrijf in het land opbouwen. Grote spelers zoals Google, Uber en Cloudflare richtten in Portugal grote kantoren op. Dat is een verrassende ommekeer, want enkele jaren geleden zat de Portugese economie nog volledig in het slop. Na de financiële crisis van 2008 had het land af te rekenen met zware besparingen, een hoge werkloosheid en een uittocht van jongeren.
Crisis met kansen
“Uit een crisis komen ook kansen”, stelt Simon Schaefer, de Duitse voorzitter van de sectororganisatie Startup Portugal. “De Portugezen zijn altijd erg internationaal geweest. Hun ontdekkingsreizigers voeren de hele wereld rond. Nu zitten we in een eeuw van technologische ontdekkingen, en de Portugese overheid wil die sterk vooruitstuwen.”
De overheid zag in dat start-ups voor groei konden zorgen, waardoor de politiek zich er enthousiast op stortte. “Premier António Costas kwam in contact met start-ups toen hij nog burgemeester van Lissabon was”, vertelt Schaefer. “Hij zag in dat die de economie en het land vooruit konden helpen. Costas hoorde me ergens spreken en we raakten aan de praat. Even later kreeg ik een telefoontje met de vraag of ik Startup Portugal mee wilde leiden.”
Volgens Schaefer zijn er verscheidene verklaringen waarom het Portugese ecosysteem succesvol is. Ten eerste is er de Web Summit, die internationale aandacht en investeerders naar Portugal brengt. “De Web Summit creëert een momentum waarbij iedereen gedurende één week aan digitaal ondernemerschap denkt”, stelt Schaefer.
Daarnaast heeft de Portugese overheid een eengemaakte start-upstrategie en zet ze acties op om start-ups te versterken. Voor buitenlanders is het er bijvoorbeeld erg makkelijk een bedrijf op te richten of buitenlandse werknemers aan te trekken met een start-upvisum. De overheid investeert veel in het start-upecosysteem. “Veel van die acties worden niet door de overheid ondernomen, maar door incubatoren of acceleratoren die subsidies krijgen”, nuanceert Schaefer. “Zij werken met de start-ups, want het is vaak moeilijk ambtenaren met start-upmensen te doen interageren. Het is een van de belangrijkste kenmerken van de manier waarop Portugal start-ups benadert.”
Talent en betaalbare lonen
Een van de start-ups die daarvan hebben geprofiteerd, is Valispace. Het bedrijfje is gevestigd op de bovenste verdieping van Startup Lisboa, een incubator in hartje Lissabon. “Als ingenieurs een ontwerp maken, stoten ze vaak op het probleem dat hun technische data verspreid zitten over verscheidene rapporten, Excel-documenten en e-mails”, vertelt medeoprichter Louise Lindblad. “Wij plaatsen al die data op één platform, waar ingenieurs samenwerken.”
Valispace is drie jaar oud en het groeit gestaag. De start-up bedient klanten zoals Airbus en het Europese ruimtevaartagentschap ESA. Het Portugese team bestaat uit twaalf mensen, en nog eens twee werken in Duitsland. Valispace haalde al 1 miljoen euro op.
Opvallend genoeg zijn de drie oprichters geen Portugezen. Lindblad is een Zweedse, en de andere oprichters zijn Duits en Belgisch. “We begonnen het bedrijf in Duitsland”, vertelt Lindblad. “Ik woonde hier al. Al snel wierven we Portugese programmeurs aan en richtten we ons kantoor hier op. Er is veel talent en de lonen zijn betaalbaar voor een start-up. Dat gaat niet enkel op voor Portugezen, want ons team komt van overal in Europa.”
Lindblad is ook positief over het ecosysteem en de ondersteuning voor start-ups in het land. “Startup Lisboa heeft ons erg veel geholpen”, stelt ze. “Als je een start-up opricht, loop je altijd een beetje verloren. Je weet niet wat je moet doen en met wie je moet praten. Startup Lisboa zorgde ervoor we een goedkoop kantoor kregen in het centrum van Lissabon, en bracht ons in contact met mentoren en media.”
Ook Tesselo is een internationale start-up die is gevestigd in Lissabon. Het analyseert satellietbeelden met artificiële intelligentie. Amerikaanse overheden gebruiken de diensten van Tesselo bijvoorbeeld om overstromingsschade na orkanen te voorspellen. De Fransman Rémi Charpentier is de CEO en een van de oprichters van het bedrijf. “Aanvankelijk dachten we aan een stad zoals Parijs om onze onderneming op te richten”, vertelt hij. “Maar in Portugal verbrand je je geld nu eenmaal veel trager, omdat de lonen lager zijn en alles veel minder kost. Daarnaast is het start-upecosysteem geweldig. Je hebt hier erg veel nieuwe start-ups.”
Voorlopig heeft het bedrijf nog maar acht mensen in dienst, maar het gaat snel naar de fase van de commercialisering. Charpentier is erg positief over Portugal als start-upland. “Lissabon is een stad op mensenmaat”, vertelt hij. “Je hebt een sterke geest van ondernemerschap, het weer is er aantrekkelijk, iedereen spreekt Engels en natuurlijk heb je de Web Summit.”
Start-upboom
Ook Portugese ondernemers profiteren van de start-upboom. Dat bewijst HUUB, een start-up die logistiek organiseert voor modebedrijven. “Niet veel mensen weten dat, maar Portugal is een belangrijke textielproducent in Europa”, vertelt Tiago Paiva, chief marketing officer en medeoprichter van HUUB. “Na Italië is het land bijvoorbeeld de belangrijkste Europese fabrikant van schoenen. Wij, de vier oprichters van HUUB, werkten samen bij een grote retailer in Portugal. We zagen dat de logistiek voor dat grote bedrijf al enorm complex was, en dat zoiets organiseren bijna onmogelijk was voor kleine spelers. Dat kon dus efficiënter en flexibeler.”
Met zijn platform regelt HUUB de hele aanvoerketen van modemerken. Als een product uit de fabriek komt, neemt de start-up het over en zorgt hij ervoor dat het tot bij de klant raakt. HUUB beheert geen containerschepen of magazijnen, maar organiseert de hele keten voor andere spelers via een reeks onderaannemers. Zo focust het kledingmerk op zijn kerntaak, maar boekt HUUB efficiëntiewinsten door de grootschalige inzet van data.
Het bedrijf levert zijn diensten aan zo’n veertig modemerken. Het sloot dit jaar een kapitaalronde van 4,35 miljoen euro af, deels met geld van de rederij Maersk. “Vorig jaar eindigden we met 42 mensen, en nu stellen we al 87 personen tewerk. We willen eind 2019 honderd werknemers halen. Onze omzet stijgt ook exponentieel en dit jaar willen we 2,5 miljoen euro omzet draaien”, stelt Paiva. Voor HUUB is de Web Summit een belangrijke afspraak. “Het is een goed moment om investeerders te ontmoeten. We krijgen hier kansen, vorig jaar konden we bijvoorbeeld nog pitchen op het grote podium.”
Lessen voor België
Uit de opvallende ommekeer in Portugal kan België heel wat lessen trekken, vindt Frederik Tibau, directeur internationale relaties bij Startups.be/Scale-ups.eu, waar hij regelmatig overlegt met zijn Portugese collega’s. “In Portugal heeft de overheid de startupscene gecreëerd. Er zat een duidelijke strategie achter. Alle neuzen stonden in dezelfde richting. Lissabon profileert zich bijvoorbeeld als de start-upstad van Portugal, terwijl Porto zich op de kaart zet als de place to be voor scale-ups. In België is het moeilijk iedereen op dezelfde lijn te krijgen. Het begint er al mee dat we drie ecosystemen hebben: een Vlaams, een Waals en een Brussels. Elk heeft zijn eigen behoeften en prioriteiten.”
Ook de ankerfunctie die Web Summit heeft voor het Portugese ecosysteem, viel in België op. “De hele techwereld kent Portugal dankzij de Web Summit, en dat heeft voordelen”, vertelt Tibau. “Zo werd het voor Portugese start-ups veel makkelijker om internationaal kapitaal aan te trekken. Daarom zetten we in België zo in op Supernova, zodat we ook bij ons zo’n event met internationale allure krijgen. Dat opent deuren.”
Andere zaken zijn moeilijker over te nemen. Het goede weer valt lastig te importeren naar België, en de lage lonen en prijzen al evenmin. Hoewel Portugal meer eenhoorns telt dan België, halen Belgische start-ups elk jaar nog altijd meer kapitaal op dan hun Portugese collega’s. “Portugal heeft zijn start-upecosysteem via tal van overheidsinitiatieven vrij top-down opgebouwd”, besluit Tibau. “Daar is niets mis mee. Integendeel: het resultaat mag worden gezien, maar in België – of toch alleszins in Vlaanderen – is het meer bottom-up gegaan. Dat heeft ook voordelen.”
Simon Schaefer van Startup Portugal is het daar niet mee eens. “We hebben een duw van bovenaf gehad”, geeft hij toe. “Maar die viel samen met een beweging vanuit de start-upwereld zelf.” Hij geeft een tip mee voor Belgische start-ups. “Belgische start-ups moeten net zoals hun Portugese tegenhangers snel internationaliseren, want het zijn kleine landen. Als ik een Belgische start-up was, zou ik de deuren van de Europese Unie platlopen. Zaken zoals een eengemaakte digitale markt en een soepelere bedrijfswetgeving zijn cruciaal. Iedere oprichter in Brussel zou iedere Eurocommissaris moeten aanspreken daarvoor. Als ik dat wil doen, moet ik het vliegtuig nemen. Bij jullie ligt het vlak bij de deur”, lacht hij.
Durvers
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier