Trends Impact Award voor ecologie: hoe helpt úw bedrijf de natuur?
De Trends Impact Awards belonen kmo’s en grote bedrijven die een duurzame impact hebben op hun omgeving. Er zijn zes categorieën en één Global Impact Award voor het meest alomvattende project. Deze week: de Trends Impact Award Ecologie.
Wat is het probleem?
Te veel stikstof, de aanhoudende droogte, de luchtvervuiling, de zware overstromingen van vorig jaar en de drastische vermindering van de vogelbestanden. De natuurlijke ecosystemen waarin we leven, werken en ondernemen, staan op instorten. De klimaatverandering en het biodiversiteitsverlies – minder verscheidenheid in een ecosysteem – zijn sterk met elkaar verbonden. Het lineaire economische model van de afgelopen eeuw en de ongebreidelde groei botsen op de grenzen van wat onze planeet aankan. Het is cruciaal om zo snel mogelijk klimaatneutraal te worden en ervoor te zorgen dat de hoeveelheid broeikasgassen niet meer toeneemt.
Wat kunnen we doen?
Ecosysteemdiensten zijn de diensten die een gezond biodivers ecosysteem aan de maatschappij levert, ze zijn onmisbaar voor onze economie. Denk aan gezonde lucht en water, koolstofopslag, de bescherming van de kust tegen stormen, ontspanning, een goede bodem of de bestuiving door bijen die nodig is voor heel wat teelten. In sectoren als landbouw, visserij en gezondheid is de link tussen biodiversiteit en business duidelijk, maar indirect is elke sector wel op een van andere manier verbonden met de natuur, als je naar de volledige waardeketen kijkt. Waterzuivering, herbebossing, rewilding of regeneratieve landbouw herstellen natuurlijke ecosystemen. Ze hebben een positieve impact op biodiversiteit en ecosysteemdiensten.
Niet het aantal bomen dat je hebt geplant telt, maar hoeveel er na vijf of tien jaar nog overschieten, en of ze zich ontwikkelen als een ecosysteem’ Wayne Visser, Antwerp Management School
Welke projecten zoeken we?
“De meest voorkomende milieugerelateerde projecten hebben betrekking op de belofte om klimaatneutraal te worden en acties om de uitstoot van broeikasgassen te verminderen door te werken rond energieomschakeling”, zegt Jochen Vincke, partner bij het consultancybedrijf PwC. “Voorbeelden van dat laatste zijn de overschakeling op zonne- of windenergie, de vermindering van het energieverbruik of hergebruik van energie. In de vastgoedontwikkeling zien we een verschuiving van milieuneutrale gebouwen op het gebied van energie- en watergebruik naar milieupositieve gebouwen. Dat zijn gebouwen die meer energie en water opwekken dan het gebouw verbruikt en het overschot delen met de naburige ecosystemen.”
Wayne Visser, professor duurzame transitie van de Antwerp Management School, verwacht grote en kleine projecten die natuurlijke ecosystemen herstellen. “Bedrijven hebben bijvoorbeeld projecten om draslanden, mangroves of tropisch woud te herstellen, en acties om bossen aan te planten worden steeds populairder. We zullen daar kritisch over moeten zijn, want wat ze zoeken, zijn herstelde bossen, niet enkel het aantal geplante bomen. Veel van die projecten mislukken. Niet het aantal bomen dat je hebt geplant telt, maar hoeveel er na vijf of tien jaar nog overschieten, en vooral of ze zich ontwikkelen als een ecosysteem.” Kleinschalige projecten zijn bijvoorbeeld regeneratieve landbouw, groene daken en gevels, kantoren met een positief effect op de biodiversiteit.
Wat zijn drie voorbeelden uit het buitenland?
1. De staalproducent ArcelorMittal begon samen met de overheid in de Luxemburgse gemeente Esch-sur-Alzette met een project dat de warmte van de fabrieksinstallaties recycleert en koppelt aan het stadsverwarmingsnet van de wijk Belval. De rookgassen uit de oven worden gebruikt om water te verwarmen dat naar het verwarmingsnet van de wijk gaat. Daardoor is er minder elektriciteit en aardgas nodig, en worden er minder broeikasgassen uitgestoten. Tegelijk bespaart het bedrijf op het water dat nodig is voor de koeling van de installaties.
2. De Canadese stad Barrie groeide zo snel dat haar water- en afvalinfrastructuur het nieuwe aantal inwoners niet aankon. In plaats van dure nieuwe infrastructuur te bouwen, bespaarde de stad. Met een plan voor meer efficiënte doucheknoppen en toiletten kon de stad 55 liter per persoon per dag uitsparen. Het geld voor het grote infrastructuurproject kon anders besteed worden.
3. Het Noorse kunstmestbedrijf Yara richtte met Yara Clean Ammonia een nieuwe afdeling op gericht op ammoniak. Het bedrijf verwacht veel van ammoniak, omdat het bij de verbranding geen CO2 uitstoot en zich leent voor de productie van waterstof. Dankzij ammoniak wil het kunstmeststof produceren en brandstof voor de scheepvaart maken zonder broeikasgassen uit te stoten.
Dien uw dossier in vóór 7 juli op www.trendsimpactsawards.be
Overzicht
De komende zes weken bespreken we elke categorie van de Trends Impact Awards.
26/05 Ecologie
02/06 Circulaire economie
09/06 Inclusie & diversiteit
16/06 Welzijn
23/06 Digitalisering
30/06 Veerkracht
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier