Strikte coronamaatregelen zetten rem op Chinese economie
De strikte beperkingen die worden opgelegd door China’s zerocovidbeleid vertragen de op een na grootste economie sterker dan verwacht. De industriële productie daalde in april verrassend met 2,9 procent ten opzichte van dezelfde periode vorig jaar, zo heeft het Bureau voor de Statistiek in Peking maandag bekendgemaakt. In maart was er op jaarbasis nog een stijging van 5 procent.
De detailhandelsverkoop daalde met liefst 11,1 procent, sterker dan analisten hadden voorspeld. Voor die indicator is het de tweede daling op rij, na de -3,5 procent in maart.
De werkloosheidsgraad steeg in april naar 6,1 procent. Dat niveau ligt dicht bij het hoogste percentage ooit: – 6,2 procent in februari 2020, op het hoogtepunt van de eerste coronagolf. Die index geeft echter een onvolledig beeld van de situatie. In China wordt de werkloosheid namelijk alleen berekend voor stadsbewoners en sluit de facto de miljoenen migrerende werknemers uit, die bijzonder kwetsbaar zijn.
Peking heeft zich tot doel gesteld om dit jaar zo’n 11 miljoen banen te creëren, een getal dat lager is dan in 2021 (12,69 miljoen).
‘De covid-uitbraak in april had een grote impact op de economie, maar de gevolgen zullen van korte duur zijn’, meent Fu Linghui, woordvoerder van het Bureau voor de Statistiek. De langetermijnfundamentals van de Chinese economie zijn ongewijzigd. Als de coronamaatregelen vooruitgang boeken en het beleid om de economie te stabiliseren effect sorteren, is een geleidelijk herstel te verwachten’, luidt het.
Lees ook: China duwt ons richting recessie