Lise Conix over haar eerste jaar als CEO van Torfs: ‘Mijn grootste sterkte is dat ik mensen écht graag zie’

© Franky Verdickt
Marion Debruyne
Marion Debruyne Decaan Vlerick Business School en gasthoofdredacteur.

Lise Conix volgde begin vorig jaar haar oom Wouter op als CEO van Torfs. Met succes, want de schoenwinkelketen houdt zich stoer op een uitdagende markt en boekte het voorbije jaar zelfs een recordomzet van bijna 200 miljoen euro. Maar dat is niet haar enige voldoening. “Het gaat mij niet over schoenen verkopen, maar over met mensen werken.”

“Ik heb nog nooit zoveel gebabbeld”, zegt Lise Conix wanneer het interview op zijn einde loopt. Het is dan ook een bijzonder gesprek. Naar aanleiding van de Internationale Vrouwendag op 8 maart vroeg Trends aan Marion Debruyne (links op de foto), de decaan van Vlerick Business School, om voor één week de hoofdredacteur te zijn. Op haar verlanglijstje: een interview met Lise Conix.

Weinig CEO’s praten zo vrank en vrij als deze dochter van het sociaal geëngageerde artsenkoppel Bart Conix en Marlies Torfs, zelf mama van twee en plusmama van drie. Al geeft ze toe opgelucht te zijn dat het gesprek niet inzoomde op quota of gendergelijkheid. Conix blikt veel liever terug op haar eerste jaar aan het hoofd van Torfs.

Wat heeft u verbaasd sinds u het roer hebt overgenomen van uw oom Wouter?

LISE CONIX. “Ik leerde hoe belangrijk het is je eigen leiderschapsstijl te vinden. Je kunt duizenden lessen vinden in de boekjes, of proberen je voorgangers te kopiëren, maar ik heb geleerd dat dat voor mij niet werkt. Het is enorm belangrijk een authentieke stijl te vinden. Dat is de enige manier om het vol te houden en geloofwaardig te zijn. Ik heb dat onderschat, omdat ik al twaalf jaar bij Torfs werkte. Die cultuur zit sterk verankerd in mij, dus dacht ik: hoe kan het als CEO anders zijn? Ik streef heel hard naar een zo vlak mogelijk leiderschap en weinig hiërarchie. Maar in de realiteit is die hiërarchie er wel.”

Wat is vandaag de rol van Wouter Torfs, die het bedrijf 33 jaar heeft geleid?

CONIX. “Hij was en is een heel sterk klankbord, maar hij is absoluut geen bemoeizieke schoonmoeder. Het bedrijf heeft onder Wouter een heel sterk parcours afgelegd, financieel, maar vooral in de maatschappelijke rol die wij proberen in te nemen in België. Dat wil ik voortzetten en tonen dat je duurzaam én rendabel kunt zijn, dat je menselijk kunt zijn én supersterke resultaten kunt neerzetten door te investeren in je mensen en niet door ze uit te persen.”

Hij was zeer visibel. Dat bent u zelf ook. Vindt u dat het erbij hoort?

CONIX. “Ik heb gezien wat dat oplevert voor het bedrijf. Het is een manier om je bedrijf op een andere manier te tonen aan de buitenwereld. Ik geloof heel hard in openheid en transparantie, en zie gewoon hoeveel voordelen dat oplevert. Het voelt heel natuurlijk aan. Ik zou ook niet weten hoe ik het anders moet of kan doen. Al kan ik me voorstellen dat het als een teken van zwakte kan worden gezien als ik die kwetsbaarheid te sterk doordrijf.”

‘Ik geloof heel hard in openheid en transparantie, en zie gewoon hoeveel voordelen dat oplevert’

Wat zijn uw troeven?

CONIX. “Ik denk dat mijn grootste sterkte is dat ik mensen écht graag zie en heel graag met mensen samenwerk. Dat geeft mij heel veel energie. Ik geloof dat mensen ook wel voelen dat ik daar met hart en ziel zit. Daardoor slaag ik er ook in ze enthousiast te maken. Een andere sterkte is dat ik heel flexibel ben in mijn geest, en bij een tegenslag heel veerkrachtig ben.”

Wat is uw topprioriteit?

CONIX. “Goed beseffend dat ik daar nog altijd niet zo goed in ben, is dat de juiste hartslag van mijn organisatie vinden. Elke organisatie heeft een soort van hartslag, een balans tussen verandering en stabiliteit. De groei van een bedrijf gaat niet lineair naar boven. Als ik veranderingen doorvoer, moet ik ook zorgen dat die veranderingen landen, dat iedereen mee is. En het voorbije jaar zijn we door heel wat grote veranderingen gegaan.”

U bekende eerder te kampen met faalangst. Nu nog?

CONIX. “Ik wil het gewoon heel goed doen voor onze familie en 700 medewerkers. Dus dat zal hoe dan ook altijd in mij zitten. Maar het maakt ook dat ik ambitieus ben.”

U hebt ook aangegeven geen grens te trekken tussen werk en privé. Weegt dat?

CONIX. “Het is soms zwaar geweest, maar het positieve overheerst sterk. Een vraag die me wel eens wordt gesteld, is of je als CEO eenzaam bent. Er zijn momenten geweest dat het echt zo voelde. Maar nadien besefte ik dat dat gevoel absoluut niet strookt met de realiteit, want ik heb heel veel mensen rondom mij op wie ik kan terugvallen. Dat ik probeer werk en privé niet als gescheiden werelden te zien, is ook een manier van zelfbescherming. Anders heb ik steeds het gevoel dat ik in een van de twee rollen aan het falen ben. Als ik te veel werk, denk ik: ik ben een slechte mama. En als ik te veel mama ben, denk ik: kan ik zo wel een goede CEO zijn? Voor mij vloeit dat door elkaar. Mijn moederschap voedt mij om een zorgzame, warme leider te zijn, en mijn leiderschap voedt mij om mijn kinderen op te voeden met ondernemerschap en daadkracht, en hen aan te sporen om voor hun dromen te gaan.”

Over uw privéleven gesproken: u hebt zelf al eens gerefereerd aan het ontslag van uw man als topman van non-food bij Colruyt. U vond dat bedrijven tekortschieten in nazorg na ontslag.

CONIX. “Er zijn weinig heel impactvolle dingen in een leven. Een scheiding is er daar een van, en een overlijden, maar ook een ontslag. Daarrond bestaat nog superveel schaamte. Er moet meer openheid over komen. Er is ook nauwelijks nazorg, terwijl zoiets je eigenwaarde flink kan aantasten. Ik heb veel bewondering voor hoe mijn man daar zo open over heeft gepraat. Nu heeft hij overigens een heel goede baan (als CEO van de Antwerpse hr-dienstenverlener Copus Group, nvdr) en is hij heel gelukkig. Maar het heeft wel mijn ogen geopend. Je moet goed zorgen voor de mensen die actief zijn in je bedrijf, maar ook voor diegenen die moeten vertrekken.”

‘Dat ik probeer werk en privé niet als gescheiden werelden te zien, is ook een manier van zelfbescherming’

Als jonge vrouwelijke leider kunt u zich regelmatig verwachten aan vragen over gendergelijkheid.

CONIX. “Ik heb daar wel een mening over, maar dat is niet mijn thema. Voor mij gaat het over authenticiteit, over mensen graag zien, en over duurzaamheid. Dat staat los van man of vrouw zijn. Ieder heeft zijn leiderschapsstijl en bij sommigen heeft die misschien meer mannelijke kenmerken, bij anderen meer vrouwelijke.”

Wat doet u om zich te blijven ontwikkelen?

CONIX. “Ik laat me goed omringen. Ik ga ook superhard actief op zoek naar feedback, wat misschien wel typisch vrouwelijk is. Toen bekend raakte dat ik CEO zou worden, was mijn vader supertrots, maar zijn grootste angst was dat ik te weinig een spiegel voorgehouden zou krijgen. En omdat hij vreesde dat ik niet genoeg feedback zou krijgen, is hij daarin heel actief” (lacht).

Uw menselijke en sociale insteek hebt u van uw ouders?

CONIX. “Dat klopt, net als mijn ingesteldheid dat je geen druppel op een hete plaat bent, maar impact kunt hebben. Kijk, ik had op zeker moment zoiets van: ‘goh! schoenen verkopen?’ Ik bedoel, het gaat mij niet over schoenen verkopen, maar over met mensen werken. Als je dan impact kunt hebben op die mensen, hen kunt laten groeien en ervoor zorgen dat ze met plezier opstaan en tevreden naar het werk gaan, kan ik daarin mijn zingeving vinden. Niet door die schoenen, of door de ebitda met 1 miljoen euro te laten groeien bijvoorbeeld.”

Wat is het moeilijkste moment geweest sinds u CEO werd?

CONIX. (Denkt na) “Er zijn er verschillende geweest, maar gelukkig overweegt het positieve. Wat voor mij in het algemeen heel moeilijk is, is dat je onmogelijk goed kunt doen voor iedereen, extern en intern. Ik heb gewoon graag dat iedereen content en gelukkig is en probeer daar met een bepaalde stijl voor te zorgen. Sommige mensen vinden dat fantastisch en anderen vinden dat verschrikkelijk. En als CEO voel en besef ik dat meer vroeger. Ik loop meer in de kijker, dus zullen er meer uitgesproken meningen zijn. Dat heb ik heel hard gevoeld het afgelopen jaar. We zijn met Torfs wel door veranderingen gegaan. Voor velen voelt dat als een frisse wind die hen veel energie en enthousiasme geeft. Maar sommigen pakt dat echt op de adem, en voor wie dat niet leuk vindt, is het moeilijk.”

‘Ik geloof dat klanten het waarderen dat wij een Belgische speler zijn die ook iets teruggeeft aan de maatschappij’

U bent een jonge CEO die politieke wetenschappen heeft gestudeerd en oog heeft voor de grote uitdagingen van deze planeet. Staat u ook stil bij de geopolitieke en nationale politieke uitdagingen?

CONIX. “Uiteraard zijn wij bezig met de geopolitieke uitdagingen die een impact hebben op ons. Maar ik wil mij niet hard met politiek of lobbyen bezighouden of daar te intens op ingaan. In alle eerlijkheid zit ik niet in die fase in mijn CEO-schap dat ik me daarin zo goed voel. Ik probeer te focussen op Torfs en daar een voorbeeldbedrijf van te maken.”

U was eerder verantwoordelijk voor marketing en introduceerde de speelhoeken, koffiecorners en kleding in de winkels van Torfs.

CONIX. “Sinds die nieuwe winkelconcepten er zijn, blijven de klanten veel langer in onze winkels. De omzet van die hernieuwde winkels is gegroeid met 10 à 15 procent. Het is een stevige investering van 600.000 à 700.000 euro per winkel, maar je kunt niet altijd focussen op kosten besparen.”

Hoe was 2023 voor Schoenen Torfs?

CONIX. “De cijfers moeten nog worden neergelegd, maar ik stap met een supergoed gevoel naar onze raad van bestuur. Vorig jaar bedroeg de omzet 190 miljoen euro, en nu zeiden we hier allemaal: we gaan 200 miljoen halen. Die grens hebben we op een haar na gemist, maar iedereen heeft daar keihard aan gewerkt, in een heel uitdagende context. We blijven marktaandeel winnen, zowel in onze fysieke winkels als op onze webshop, die goed is voor 20 procent van de omzet. We hadden voorspeld dat 2023 een minder goed jaar zou worden, maar zijn erin geslaagd de kosten onder controle te houden, mede dankzij onze investeringen.

Lise Conix in gesprek met Marion Debruyne © Franky Verdickt

“Zo hebben we geïnvesteerd in een automatische inpakmachine voor onze onlinebusiness. Vroeger pakten we alles manueel in. Toen deden wij ongeveer vijftig pakjes per man per uur. Met die machine hebben we dat kunnen opdrijven tot 500 pakjes per uur, en dat moet naar 800 pakjes per uur gaan. Dat is een besparing op de loonkosten van uitzendkrachten, want we willen onze vaste mensen hoe dan ook houden. Maar het is ook een besparing op verpakking, en dus een stap vooruit in duurzaamheid en onze ecologische voetafdruk. We mogen dus best trotser zijn op sterke lokale spelers als Torfs, JBC of Colruyt –twee voorbeeldbedrijven voor mij. In Nederland en in Frankrijk is dat chauvinistische gevoel veel sterker.”

‘Consumenten vinden het belangrijk dat de overheid en bedrijven inzetten op duurzaamheid, maar dat zien we niet in hun eigen consumptiegedrag’

Hoeveel groei ziet u nog mogelijk?

CONIX. “In onze fysieke winkels verwacht ik een organische groei van gemiddeld 3 procent per jaar. En onze onlineactiviteiten zijn even rendabel als onze winkels, wat uniek is in onze business. Ik ben ervan overtuigd dat er ruimte is voor Torfs, omdat wij ons met onze fysieke winkels en webshop onderscheiden van grote onlinespelers. Heel veel klanten willen naar de winkel komen om die schoenen te kunnen passen met een service. En ik geloof ook dat klanten het waarderen dat wij een Belgische speler zijn die ook iets teruggeeft aan de maatschappij, met tewerkstelling en het ondersteunen van goede doelen.”

Hoeveel winkels kan Torfs aan?

CONIX. “Ik voel dat wij met 74 fysieke winkels in Vlaanderen aan een plafond zitten, maar er zijn daarbuiten altijd groeimogelijkheden, met fysieke winkels en vooral digitaal.”

Een eerdere uitbreiding richting Nederland is mislukt. Wat kan wel?

CONIX. “We waren vooral via onlinemarktplaatsen als bol actief in Nederland. Die waren voor Torfs niet rendabel. Wij dachten via bol merkbekendheid te krijgen in Nederland. Maar een klant van bol blijft een klant van bol. Het percentage retourzendingen ligt er ook zeer hoog, tot 50 procent. Dat krijg je niet meer rendabel. Als we in Nederland nog iets doen, is het rechtstreeks, niet via zulke marktplaatsen.”

Hoe duurzaam is uw sector?

CONIX. “Wij zetten al jaren heel hard in op duurzaamheid en willen er een voorloper in blijven. 95 procent van onze winkels is klimaatneutraal. Daardoor hebben de torenhoge energiekosten vorig jaar niet zo gewogen. Maar onze sector moet belangrijke stappen zetten in duurzaamheid. Zeker in productie, al is dat grotendeels een uitdaging voor onze leveranciers. Zij moeten met nieuwe materialen komen en heel fors investeren in hergebruikte materialen. Voor retailers als Torfs is het vooral zaak te bepalen wat achteraf gebeurt met die schoenen. Wij hebben een belangrijke rol te spelen in de terugname ervan, en in het zorgen dat materialen hergebruikt kunnen worden. We doen dat al heel lang via ophaalacties van oude schoenen en kleding, en daar wil ik de komende jaren heel hard op focussen. Die worden massaal gedumpt in ontwikkelingslanden. Dat model moet eruit, dat is gewoon verschrikkelijk.

“Cruciaal is dat de consument daarin volgt. Ik vind het moeilijk dat consumenten het wel belangrijk vinden dat de overheid en bedrijven inzetten op duurzaamheid, maar dat we dat niet zien in hun eigen consumptiegedrag. Er wordt niet gekozen voor duurzame producten.

“Duurzaamheid is trouwens een thema waarop niet geconcurreerd zou mogen worden. Wij hebben nu geïnvesteerd in een last-mile-delivery-oplossing, waarbij we met verschillende retailers goederen aan de rand van de stad samenbrengen om ze op een duurzame manier in de stad te bezorgen. Er zijn wel meer gemeenschappelijke thema’s die we gewoon samen moeten aanpakken, zoals tweedehands. Ik ken geen enkele retailer die dat op een rendabele manier kan organiseren, maar misschien kan het wel als we het samen doen.”

Birkenstock besliste onlangs enkel nog via Torfs te verkopen in Vlaanderen.

CONIX. “Je wilt dat wel communiceren, maar het is lastig daar trots mee uit te pakken, omdat veel zelfstandigen niets meer krijgen van Birkenstock. Die willen veel meer direct to consumer gaan, maar ook samenwerken met grote spelers die passen bij hun merkimago. En dus wij zijn heel blij dat wij nog zo’n groot aanbod Birkenstocks hebben, want het merk verkoopt heel goed.”

Het is een cliché, maar monstert u als baas van een schoenenspecialist steevast schoenen?

CONIX. “Altijd, echt waar (kijkt prompt even onder tafel naar ons schoeisel). Dat zal inderdaad een afwijking zijn. Ik krijg het ook niet over mijn hart om schoenen van een ander bedrijf te dragen. Trouwens, Wouter doet dat ook, kijken welke schoenen mensen dragen, en die heeft eigenlijk niet echt iets met schoenen.”

Tot slot, hoe ontsnapt u aan de dagelijkse hectiek?

CONIX. “Ik sport heel veel, lopen en fietsen. Zonder zou ik niet kunnen functioneren. Door te lopen kom ik tot rust. Ik ben een ochtendmens. Ik sta op om 6 uur en ga meteen lopen. En ‘s avonds ben ik kapot (lacht). Ik probeer ook elk jaar een doel te hebben, een marathon. Dit jaar wordt het die van Antwerpen. Ik zal die lopen met mijn vader, die 67 jaar is en nog nooit een marathon heeft gedaan. Door dat hier nu te zeggen, kan hij niet meer terugkrabbelen” (lacht).

Bio Lise Conix

Geboren in Harare, Zimbabwe, 36 jaar

2009: master politieke wetenschappen KULeuven; 2010: master general management, Vlerick Business School


2010: sustainability consultant Beco


2012: winkelmanager Torfs


2013: sustainability manager Torfs


2017: marketing director Torfs


2023: CEO Torfs

Partner Content