Wie is wie in de zakelijke coulissen achter de Belgische mode?

Naast Anne Chapelle, zijn nog enkele andere investeerders actief in de Belgische avant-gardemode. Voor de meesten blijkt het méér dan een investering, al geven ze dat niet allemaal toe. Drie portretten van markante investeerders.

Collectie van Tim Van Steenbergen

Ontwerper: Tim Van Steenbergen

Investeerders: Jeff Keustermans en Bart Van Den Eynde

Jeff Keustermans is advocaat en actief in de bescherming van creaties (van geïntegreerde schakelingen en software tot kledij).

Bart Van Den Eynde is zaakvoerder van Norah Plastics, een familiebedrijf uit Herentals dat logistieke middelen (zoals afvalsystemen, laadbakken en paletten) levert aan bedrijven.

“Ik ken Tim sinds hij bij ons thuis is komen babysitten,” vertelt Jeff Keustermans. “Bovendien woon ik in een art-decohuis waarvan zijn grootvader de architect was. Tijdens zijn studie hebben mijn echtgenote, Ingrid Arckens, en ik hem ooit eens gesponsord voor de aankoop van Noors vissenleder dat hij wou gebruiken in een creatie. Toen hij zijn bedrijf (Mitzlavv) in 2001 startte, heb ik hem raad gegeven. Niet veel later heb ik geholpen bij het huren van een pand dat dienstdeed als atelier. Ik heb nadien een klein deel van de aandelen overgenomen, tegen een veelvoud van de oprichtingswaarde. Nog later heb ik een persoonlijke lening van mij voor hem geregeld. Daar plak ik geen bedrag op, maar het is de helft van wat hij zelf in de zaak heeft gestopt.”

Samen met Bart Van Den Eynde (die sinds eind 2003 aandeelhouder is), hebben Jeff Keustermans en zijn echtgenote een (klein) deel van de aandelen van het bedrijf Mitzlavv (in 2004 goed voor een omzet van bijna 300.000 euro) in handen. Keustermans: “Noem ons dus geen échte investeerders, anders zouden we voor 49 % of 51 % gaan. We zijn fervente supporters en vervullen misschien ook wel de rol van mentor. Een tweede vennootschap werd gestart met een identieke aandelenstructuur. Tim.Intel omvat de intellectuele eigendomsrechten en alle rechten op de creaties. Dat is mijn dada, het is een extra kost geweest, maar het toont ook mijn geloof dat dit moet lukken. Tim heeft zich wel tegenover Tim.Intell verbonden om te werken binnen deze structuur. Als morgen Louis Vuitton of wie dan ook hem een goedbetaalde creatieve job biedt, dan wil hij dat via de vennootschap doen.”

“Als het brandt, ben ik de brandweer,” zegt Bart Van Den Eynde. Waarmee hij bedoelt: is er een cashflowprobleem, dan kan hij eventueel een ruggensteuntje bieden. Maar bij de dagelijkse werking van Mitzlavv zijn beide heren niet betrokken. “Al gaan we graag naar Parijs,” aldus Keustermans. “Het is prettig om dat creatieve wereldje twee keer per jaar van dichtbij te mogen meemaken.” En de return on investment? “We willen Tim de kans geven te groeien. En wat betreft de persoonlijke lening aan Tim: binnen de tien jaar zal die wel vereffend zijn.”

Fragma by Peter Ceursters

Ontwerper: Peter Ceursters

Investeerders: Michael Koblov en Jac Van Aalst

Michael Koblov en Jac Van Aalst zijn vennoten van Niche Trading in Antwerpen, een bedrijf dat wereldwijd grondstoffen en ingrediënten voor de voedingsmiddelenindustrie distribueert en daarnaast in België ook aan projectontwikkeling doet.

“Toen we de modezaak Fragma openden in februari 2002, zat een eigen prêt-à-porterlijn mee in het concept,” vertrouwt Michael Koblov ons toe. “We zijn gestart met enkele stuks en komen nu stilaan op kruissnelheid. Ontwerper Peter Ceursters (medezaakvoerder van Fragma) kreeg van ons carte blanche van bij het begin. We hebben strategische keuzes gemaakt. Traag groeien, collectiepresentaties in Parijs, maar ook gerichte bezoeken aan bijvoorbeeld Moskou en onlangs zelfs een presentatie met show in Rome. Een eigen defilé in Milaan of Parijs vinden we vandaag geen must.” Koblov investeert “wat in de modebranche doorgaans gangbaar is. Reken op het absolute minimum van 100.000 euro per seizoen voor de ontwikkeling van prototypes voor de collectie, voor productie en een show in Parijs. We vinden het veel belangrijker om het gros van het budget naar de productie te laten gaan. We hebben er immers voor gekozen alles in België te laten produceren én kwaliteit te bieden.”

Michael Koblov is nauw betrokken bij het dagelijkse reilen en zeilen van de Fragma-collectie. Hij is er te professioneel mee bezig om het als een hobby te zien, zegt hij. “Karaoke is een hobby van me, maar mode is business. En we zijn in de modebusiness om er op termijn geld mee te verdienen. We denken aan return on investment over vijf jaar.” Intussen is de winkel Fragma geen onbekende in Antwerpen en werd de zaak reeds meermaals vermeld in toonaangevende buitenlandse modebladen (onder meer de Amerikaanse Vogue). De shop (die het break-evenpunt al een tijd voorbij is) zorgt ook voor een makkelijke cashflow binnen de prêt-à-porterlijn. Al schiet KBC-bank het gros van het geld voor. “De bank gelooft in het concept en biedt ons voortdurend professioneel advies. Hun strikte en harde aanpak stimuleert onze creativiteit.” Op termijn willen Koblov en Van Aalst (de man achter de schermen die door zijn zakelijk instinct wél zijn stempel zet) meerdere prêt-à-porterlijnen uitbrengen en eventueel zelfs verscheidene luxewinkels openen, voornamelijk in het buitenland.

Veronique Branquinho en anderen

Ontwerpers: Veronique Branquinho, Raf Simons en Kris Van Assche

Investeerder: Marc Gysemans

Marc Gysemans is zaakvoerder van Gysemans Clothing Industry uit Rotselaar. Hij produceert kleding voor ontwerpers als Veronique Branquinho, Raf Simons, Kris Van Assche en Sofie Dhoore. Zo’n 60 % van zijn omzet gaat naar commerciëlere Belgische labels als Scapa, System en Rue Blanche.

“Mijn engagement in avant-gardemode is goed gestart met Veronique Branquinho in 1997,” zo blikt Marc Gysemans terug. “Na de eerste collectie hebben we samen de NV James opgericht. In het begin was ik hoofdinvesteerder. Ik produceerde de stalen, betaalde de showroom in Parijs en financierde de productie. De collectie liep meteen ontzettend goed. Nog steeds ben ik stille vennoot in de NV James (naast Veronique Branquinho en haar zakelijke rechterhand Raïssa Verhaeghe) en wordt een deel van de collectie in mijn ateliers geproduceerd.”

Ook met Raf Simons (zaakvoerder van Detlef) ging Gysemans in zee. “Voor hem heb ik jaren geproduceerd, maar tegelijk deed mijn team ook de verkoop en distributie voor hem. Hij kreeg een fee op de verkoop. Dat is nu veranderd: ik blijf voor hem produceren, maar de verkoop gebeurt via een distributiehuis in Italië en Japan. Het commerciële luik sta ik in deze af, misschien omdat ik er iets te dichtbij stond.” Na een korte stilte: “Stilisten moeten geconfronteerd worden met de realiteit van de markt. Je bouwt iets op en plots stagneert de verkoop. Wie heeft het gedaan? De verkoper. Maar nooit stellen ze zichzelf in vraag. Met alle respect voor Raf.”

“Nieuw is de samenwerking met Kris Van Assche, de Belgische ontwerper die afgelopen januari zo goed gescoord heeft tijdens de Parijse herenmodeweek,” vertelt Gysemans. De afspraak: Gysemans is producent, Van Assche fungeert voor hem als creatieveling én agent (Van Assche krijgt dus ook een commissie als agent). De klanten worden beleverd door Gysemans. “Ik produceer dus hun stalen en collectie en lever de logistiek. Ik heb in het verleden vaak op die manier gewerkt. De meeste stilisten kregen een commissie op de omzet. Zij financierden de collectie wel, maar ik maakte de stalen en die werden na de verkoopperiode in rekening gebracht. Ik heb op die manier ook vier seizoenen met Tim Van Steenbergen gewerkt. Die samenwerking is stopgezet, omdat de omzet maar niet de hoogte in wou.”

De investeringsrisico’s van Gysemans zijn met de jaren verminderd en wel omdat hij dat zo wou. “De mode kent mooie succesverhalen à la Branquinho, maar ook zware nederlagen, en die laatste wou ik niet meer alleen dragen. Gaat het nu fout, dan snijden de designers ook in hun eigen vel. Het probleem van avant-gardemode, waar ook ter wereld, is dat een modebedrijf op dat niveau altijd met één individu geassocieerd wordt. Daar speelt ontzettend veel egotripperij in mee en dat vormt vaak het probleem voor risicokapitalisten. Ergens ben ik in dat verband wel ontgoocheld. Was ik gewoon producent gebleven, dan stond ik financieel zeker verder. Maar als mens heb ik veel geleerd. Het is een uit de hand gelopen hobby. Of was het gewoon naïef van me?”

“Ik wil niet het OCMW van de modecultuur zijn.” (Anne Chapelle)

“De problematiek in de Belgische avant-gardemode: te weinig kapitaal, slechte structuur en te weinig bedrijfskennis.” (Anne Chapelle)

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content