Voorstel lagere transactiekosten voor elektronische betalingen: ‘De consument riskeert de rekening te betalen’

© Getty Images
Sebastien Marien
Sebastien Marien Redacteur bij Trends

Minister van Economie Pierre-Yves Dermagne (PS) wil de zogenoemde interchange fees bij elektronische betalingen verlagen. Dat is het deel van de transactiekosten dat handelaars per verkocht product of dienst aan banken betalen. Dermagne pleit voor een plafond van 0,02 euro per transactie. Expert Hans Degryse is bezorgd dat de consument uiteindelijk de rekening zal betalen.

Weinig consumenten zijn er zich van bewust, maar telkens als u ergens elektronisch betaalt, betaalt de handelaar transactiekosten. Het is voor zaken verboden die kosten door te rekenen aan de consument, maar een nieuw voorstel van Pierre-Yves Dermagne dreigt toch zo’n resultaat op te leveren, zeggen experts aan Trends.

“In Nederland ligt de geplafonneerde prijs op 0,02 euro. Ik zou dat ook graag zien in België, waar het plafond bijna drie keer hoger ligt, op 0,056 euro”, aldus Pierre-Yves Dermagne. De minister hamert op de vrije keuze van betaalmethode voor de consument, cash of elektronisch. Maar elektronisch betalen wint volgens hem steeds meer aan belang, ook door de verplichting voor de handelaar om het aan te bieden en door het dalende aantal geldautomaten.

Plafond

“De toename van het aantal elektronische transacties levert voor de banken mooie marges en winsten op. Dat de kosten (voor het betaalsysteem, nvdr) dalen, moet ook worden doorgerekend aan de detailhandel, met name de kleine zelfstandige winkeliers”, klinkt het. Die kosten voor de handelaar blijven een “grote bezorgdheid”. Dat zegt de minister in een persbericht dat hij zondag deelde.

‘De vergelijking met Nederland is onjuist. In Nederland verloopt zo’n 80 procent van de betalingen al elektronisch, tegenover 55 procent bij ons. Daarnaast zijn er ook minder banken in Nederland’

Isabelle Marchand, Febelfin

Dermagne dokterde een voorstelling tot wijziging uit van het koninklijk besluit dat een plafond voor kaartbetalingen bepaalt. Het voorstel werd vrijdag positief onthaald op de kern, klinkt het nog. De minister heeft de gouverneur van de Nationale Bank, de voorzitter van de financiële regulator FSMA, de consumentenorganisatie Testaankoop en de bankenfederatie Febelfin aangeschreven voor advies over het voorstel. Dat wordt over twee weken verwacht.

‘Impact onderzoeken’

“De markt van elektronische betaaloplossingen is tweezijdig: er is de consument en er is de handelaar. Met het oog op fraudebestrijding wordt de consument gestimuleerd elektronisch te betalen. Handelaars zijn dan weer verplicht minstens één elektronisch betaalmiddel aan te bieden. Alleen betalen zij daar relatief hoge transactiekosten voor. Het is dus een goede zaak dat die kosten ter discussie staan”, vindt professor Hans Degryse, hoofd van de onderzoeksgroep Finance van de KU Leuven.

Febelfin is het niet eens met de analyse dat de transactiekosten in België hoog zijn, zegt Isabelle Marchand, woordvoerder van de sectorfederatie aan Trends. “Uiteraard gaan wij in de komende weken de impact van het voorstel in detail onderzoeken, maar de vergelijking met Nederland is onjuist. Nederland heeft in Europa wel veruit de laagste interchange fees, maar België behoort bij de Europese landen die een laag kostenplafond hebben. Neem daarbij dat in Nederland zo’n 80 procent van de betalingen al elektronisch verloopt, tegenover 55 procent bij ons. Daarnaast zijn er ook minder banken in Nederland, waardoor die meer verdienen aan transacties.”

Minister van Economie Pierre-Yves Dermagne (PS)

Risico voor consumenten

Professor Degryse uit nog andere kritische bedenkingen. “Als banken die inkomsten dreigen mis te lopen, zouden ze die rechtstreeks of onrechtstreeks kunnen doorrekenen aan de klant. Op dit moment is de consument zich niet bewust van die kosten, want de handelaar betaalt die aan de banken. Het is zaak te onderzoeken welk effect een stevige vermindering van de transactiekosten heeft.”

Isabelle Marchand van Febelfin benadrukt dat de transactiekosten van 0,056 euro, die de minister benoemt, enkel gaan over het plafond. “Dat is het maximumbedrag. Voor kleine bedragen wordt niets aangerekend. Er zijn al veel situaties waarin de kosten lager liggen dan het plafond. Anderzijds worden de totale transactiekosten voor de handelaar niet alleen bepaald door de interchange fees die aan de banken worden betaald. Die zijn maar één onderdeel ervan.” Naast de interchange fee voor de banken, bestaan er ook servicekosten en kosten die de aanbieder van de betaalterminal betaalt.

Politieke druk

Het nieuwe voorstel van minister Dermagne is het zoveelste dat de bankensector geld kan kosten. Zo was er al het idee om de minimumrente voor spaarrekeningen in ons land te koppelen aan de beleidsrente (de rente die banken betalen als ze geld ontlenen van de Europese Centrale Bank). De Nationale Bank van België (NBB) huiverde bij het horen van het voorstel, dat ook bij veel experts lauw werd onthaald. Belfius nam als eerste grootbank het initatief om de spaarrente te verhogen.

‘Als we alleen maar met wettelijke verplichtingen werken, fnuiken we de innovatie en verstoren we de marktwerking. Op den duur houdt elke partij er rekening mee dat de overheid uiteindelijk wel tussenbeide komt’

Hans Degryse, KU Leuven

“Het is mogelijk een manier om de druk op de bankensector te verhogen. Als het niet kan via de minimumrente op spaarrekeningen, dan via een andere weg”, analyseert professor Degryse. “Zo nam minister Dermagne eerder dit jaar al de dossierkosten en de verzekeringen als onderdeel van het woonkrediet in het vizier. Het lijkt me logisch dat een bank consumenten niet kan verplichten verzekeringen af te sluiten als onderdeel van een krediet, maar ik zie ook niet in waarom zo’n bundel in ruil voor een korting een probleem oplevert.”

Het hoofd van de onderzoeksgroep Finance van De KU Leuven vindt vooral dat banken met de verkeerde stok worden geslagen. “Ik ga er ook mee akkoord dat de spaarrente omhoog moet, maar dat kan ook via andere wegen. Bijvoorbeeld door de concurrentie in de sector te laten toenemen of door de fiscaliteit van financiële producten gelijk te trekken. Als we alleen maar met wettelijke verplichtingen werken, fnuiken we de innovatie en verstoren we de marktwerking. Op den duur houdt elke partij er rekening mee dat de overheid uiteindelijk altijd wel tussenbeide komt. Dat kan niet de bedoeling zijn.”

Lees ook:

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content