Op zoek naar kwaliteit met grote K
De voedingsbedrijven staan onder druk. Voeding moet gezonder en milieuvriendelijker, zonder de kosten op te drijven. Onderzoek moet oplossingen bieden. De Amerikaanse voedingsreus Kellogg Company zet in Leuven een lab op voor 20 onderzoekers, met optie op uitbreiding.
Goede relaties zijn goud waard. Had de Leuvense professor en voedingsspecialist Jan Delcour geen goede contacten gehad met Margaret Bath, vicepresident van Kellogg Company, dan had de Amerikaanse ontbijtgranenmultinational zijn nieuwe onderzoekseenheid allicht elders in Europa ondergebracht. Het werd Leuven. Kellogg Company, vorig jaar goed voor een omzet van 13,2 miljard dollar en 30.700 werknemers, zal een twintigtal onderzoekers aan het werk zetten in de tweede bio-incubator van de KU Leuven. Het bedrijf neemt meteen een optie op bijkomende ruimte in de derde bio-incubator.
“Margaret legt bij Kellogg Company heel wat gewicht in de schaal”, zegt Delcour. “Als hoofd Onderzoek, Kwaliteit en Technologie rapporteert ze rechtstreeks aan CEO John Bryant. Margaret en ik kennen elkaar van de American Association of Cereal Chemists, een vereniging van specialisten in het gebruik van granen. Bovendien sponsort Kellogg Company een leerstoel aan de KU Leuven over de gezondheidseffecten van graanvezels. In dat kader plegen we vaak overleg. Toen ze tijdens zo’n contact liet vallen dat ze ergens in Europa een onderzoeksploeg zou installeren, heb ik haar meteen voorgesteld dat in Leuven te doen. Nog geen half jaar later is het zover.”
Voeding is wetenschap
Uiteraard komt Kellogg niet naar Leuven voor de mooie ogen van Delcour. De professor leidt het 45 man sterke Laboratorium voor Levensmiddelenchemie en -biochemie aan de KU Leuven. Kellogg rekent op samenwerking met het lab, dat met zijn specialisatie in tarwe, rijst en andere granen recht in de kernactiviteit van de multinational zit.
Voeding is wetenschap geworden. “Kellogg Company heeft banden met academici en onderzoeksinstellingen over de hele aardbol”, zegt Bath. Leuven moet niet onderdoen. “We komen niet alleen voor de gespecialiseerde kennis naar hier. Er heerst ook een innovatiecultuur, ondervond ik tijdens mijn vele bezoeken aan de universiteit en haar wetenschapsparken. Kellogg wil voedzame producten met bijkomende voordelen voor de consument, bijvoorbeeld in gezondheid. De ontwikkeling van zulke producten heeft de juiste innovatiecultuur nodig.”
Obesitas
De voedingssector kan innovatie goed gebruiken. De toenemende urbanisatie en welvaart in grote delen van de wereld, in combinatie met klimaatveranderingen en een beperkt landbouwareaal, plaatsen de voedingsindustrie voor grote uitdagingen. Het afgelopen jaar bereikte de prijs van tarwe en andere gewassen nog maar eens recordhoogten, de derde piekperiode al sinds 2007. Slecht weer in de voornaamste productielanden was de verklaring voor de prijshausse, die nog werd aangewakkerd door speculatie. Volgens sommige analisten wordt de hausse structureel. Hoge grondstoffenprijzen zijn een blijver voor de voedingsindustrie. Efficiëntere productieprocessen moeten voeding betaalbaar houden.
Innovatie moet ook een antwoord bieden op veranderende levenspatronen. Mensen hebben weinig tijd, en willen snel en gemakkelijk te bereiden voeding. Via onderzoek voor rekening van Uncle Ben’s, leverde het lab van Delcour de nodige wetenschappelijke onderbouw voor de halvering van de kooktijd van de rijst in builtjes.
De moderne samenleving bracht welvaartsziekten als obesitas en diabetes met zich. Die jagen de gezondheidskosten de hoogte in en drukken de productiviteit van de werkende bevolking. De voedingsmultinationals kregen de jongste jaren veel kritiek. In 2004 zette de documentaire ‘Super Size Me’ de toon. De maker van de documentaire leefde een maand lang enkel op hamburgers van McDonald’s om de kwalijke gezondheidseffecten van zo’n dieet te belichten.
Sindsdien werken McDonald’s en andere voedingsreuzen hard aan een gezonder imago. Andere, zoals Nestlé, promoveren gezonde voeding tot hun kernactiviteit. Dat geldt ook voor Kellogg Company, dat vorig jaar 192 miljoen dollar uitgaf aan de zoektocht naar heilzame ontbijtgranen. Alleen al in de hoofdvestiging in het Amerikaanse Michigan zijn meer dan 450 onderzoekers aan de slag. “Wereldwijd telt onze onderzoeksdivisie 700 werknemers”, weet Bath. “We hebben onderzoeksafdelingen in het Verenigd Koninkrijk, Mexico, China, Rusland, Singapore en Australië. We verwachten dat Kellogg Company sneller zal groeien in het buitenland dan op zijn Amerikaanse thuismarkt. We anticiperen op die evolutie door meer te focussen op de groei van onze buitenlandse onderzoekscapaciteit.”
Nutraceuticals
Kellogg heeft de hoeveelheid zout, suiker en vet in zijn producten de jongste jaren teruggedrongen ten voordele van dieetvezels, calcium, ijzer en andere nuttige bestanddelen voor de gezondheid. Toen artsen in het VK bij een stijgend aantal kinderen verzwakte botten vaststelden door een tekort aan vitamine D, versterkte Kellogg dat bestanddeel in zijn kinderproducten bestemd voor de Britse markt. Het bedrijf werkt ook al jaren aan het positieve effect van vezels op een gezond darmleven. “Het past in de fameuze trend van de nutraceuticals, die het midden houden tussen voeding en medicijnen”, zegt Delcour. “Noem het maar gezondheidsbevorderende voeding.”
Voor ze op die trein springen, maken bedrijven maar beter hun huiswerk, meent Delcour. “Beweren dat je voedingsproduct goed is voor de gezondheid, gaat niet meer zo makkelijk als vroeger. De regels zijn strenger geworden. Veel bedrijven hebben al bot gevangen bij de European Food Safety Authority, de voedingswaakhond van de EU. Het heeft de nood aan onderzoek alleen maar groter gemaakt.”
De labs van Delcour en Kellogg hebben dus veel werk voor de boeg. “Margaret was gecharmeerd door de wandelafstand tussen ons lab en het nieuwe lab van Kellogg”, zegt Delcour. “Al zal Kellogg ook samenwerken met andere voedingswetenschappers van de KU Leuven en geassocieerde hogescholen, zo’n 400 in totaal. Ze zijn verenigd via het platform LFoRCe, het Leuven Food Science and Nutrition Research Centre. Het platform bevordert de interactie tussen de onderzoekers, en dient als loket voor de industrie. Heeft Nestlé een probleem met pakweg zijn koffiemelk, dan zal LFoRCe doorverwijzen naar de juiste onderzoeksgroep.”
In de toekomst zal het om veel meer draaien dan koffiemelk. Voeding is een wereldvraagstuk geworden, net als milieu en energie. Bedrijven zijn volop op zoek naar antwoorden. “Goedkopere en duurzame productiemethodes, en langere houdbaarheid, het zijn maar enkele uitdagingen”, meent Delcour. “Met zijn specialisatie in droge voeding is Kellogg goed geplaatst. De verstedelijking maakt het belang van dat soort voeding alleen maar groter.”
JOZEF VANGELDER
Voeding is een wereldvraagstuk geworden, net als milieu en energie.
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier