Overijverige ambtenaren gaan Nederland veel geld kosten in affaire kinderopvangsubsidie
Donderdag kwam het langverwachte rapport uit van de onafhankelijke commissie die onderzoek deed naar een zaak die Nederland al maanden in de ban houdt.
Niet honderden maar duizenden ouders die een kinderopvangsubsidie ontvingen, zijn jarenlang onbehoorlijk behandeld door de Nederlandse belastingdienst. Niet omdat de belastingdienst regels aan zijn laars lapte, maar net omdat hij de letter van de wet precies en scrupuleus volgde.
In Nederland komen burgers, net als in België, in aanmerking voor een reeks subsidies. In tegenstelling tot in België worden die subsidies echter rechtstreeks uitgekeerd aan burgers, en niet aan bijvoorbeeld kinderdagverblijven en ziekenfondsen, die vervolgens verminderde tarieven hanteren.
Dat toeslagensysteem, zoals het heet, werd in 2005 ingevoerd. Het maakte dat een overheidsdienst waarvan de kerntaak was geld te innen, plots ook geld begon uit te keren aan burgers. Zo’n 60 procent van de Nederlandse gezinnen maakt gebruik van dat toeslagenstelsel. Jaarlijks wordt 13 miljard euro aan huursubsidies, zorgsubsidies en kinderopvangsubsidies uitgekeerd aan burgers.
Ernstige financiële problemen
Het onafhankelijke rapport dat donderdag gepubliceerd werd, wijst dat systeem aan als de oorzaak van de ellende die duizenden ouders hebben meegemaakt. “De essentie is dat toeslaggerechtigden zonder veel controle vooraf, substantiële of zelfs zeer hoge bedragen in handen krijgen, op voorwaarde dat zij deze op korte termijn daadwerkelijk uitgeven aan kinderopvang. Maar die bedragen kunnen wel, lang nadat zij zijn uitgegeven, alsnog geheel of gedeeltelijk worden teruggevorderd vanwege onachtzaamheid of fouten, vanwege veranderingen in inkomen of zelfs vanwege factoren die goeddeels buiten de macht van de aanvrager liggen”, meldt het rapport.
Grote aantallen gezinnen zijn in ernstige en soms blijvende financiële problemen geraakt doordat ambtenaren de letter wet van de wet scrupuleus volgden en doordat grote bedragen van soms 10.000 euro gemoeid zijn met de kinderopvangsubsidie. Door “het alles-of-nietskarakter” van de Nederlandse regelgeving rond de subsidie voor kinderopvang kregen ouders die kleine fouten maakten in hun subsidieaanvraag – bijvoorbeeld een ontbrekende handtekening – dat volledige jaar niet één euro kinderopvangsubsidie”, stelt het rapport.
Stelsel op de schop
De dag nadat het rapport bekend was gemaakt, kondigde de Nederlandse overheid dan ook aan dat ze zo’n 20.000 ouders zal vergoeden voor de geleden schade, boven op de 300 ouders van wie al eerder bekend was dat ze onterecht werden beschuldigd van fraude. Het totaalbedrag dat de Nederlandse overheid zal moeten uitkeren, wordt geraamd op 500 miljoen euro.
“Er is in de uitvoering van toeslagen veel fout gegaan, en dat had nooit mogen gebeuren. Ik heb met eigen ogen gezien hoe groot de impact is op ouders”, zei Staatssecretaris Alexandra van Huffelen in een persbericht. “Compensatie is hier op haar plaats. Daarnaast wil ik ook de menselijke maat in het toeslagenstelsel terugbrengen, waardoor we het vertrouwen in de overheid kunnen herstellen. We moeten weer naast de mensen staan in plaats van tegenover hen.”
Er is ook brede consensus dat de kinderopvangtoeslagenaffaire duidelijk heeft aangetoond dat het toeslagenstelsel op de schop moet. Premier Mark Rutte heeft aangekondigd dat hij een reeks alternatieven klaar wil hebben tegen 2021, wanneer de volgende regering zal aantreden.
Etnische profilering
Tegelijk broeit er al een hele tijd een andere, neteliger kwestie. Er zijn meerdere aanwijzingen dat de individuele belastingambtenaren gegevens over de tweede nationaliteit van burgers hebben opgezocht en schijnen te hebben gebruikt als een fraude-indicator. Volgens een onafhankelijk rapport, dat eveneens vorige donderdag is gepubliceerd, maakten gegevens over de tweede nationaliteit deel uit van het risicoselectiemodel dat de belastingdienst in het verleden gebruikte om te bepalen welke aanvragen voor kinderopvangsubsidie “een hoog risico op fouten bevatten”.
“Het wel of niet hebben van de Nederlandse nationaliteit is een van de indicatoren die gebruikt is in de periode 18 april 2014 tot 22 oktober 2018. Ook hebben wij geconstateerd dat bij de behandeling van CAF-zaken (Combiteam Aanpak Facilitators, het team van de Nederlandse belastingdienst dat vermoedens van georganiseerde fraude bij belastingontduiking en toeslagen onderzoekt, nvdr) ongeveer 100 zoekopdrachten zijn uitgevoerd waarbij onder andere de eerste en tweede nationaliteit als attribuut zijn opgevraagd. Wij hebben niet vast kunnen stellen of nog meer van dergelijke zoekopdrachten zijn uitgevoerd”, leest het rapport.
De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) – de Nederlandse tegenhanger van onze Gegevensbeschermingsautoriteit – heeft in mei van vorig jaar ook een onderzoek geopend naar etnische profilering door de belastingdienst naar aanleiding van de kinderopvangtoeslagenaffaire.
Dat rapport laat al een hele tijd op zich wachten, zegt Eva González Pérez, de advocate die tientallen gedupeerde ouders heeft bijgestaan en die de AP ook heeft verwittigd nadat haar echtgenoot op de computer van een belastingambtenaar een bestand had gezien dat de tweede nationaliteit van zijn klanten vermeldde. Haar echtgenoot is de uitbater van een Eindhovens gastouderbureau, ofwel een bedrijf dat ouders met kinderen en onthaalouders bijeenbrengt.
Maar zolang de Nederlandse autoriteit haar eindoordeel niet heeft geveld, wil Perez niet vooruitlopen op de feiten en zeggen dat sprake was van etnische profilering. “Maar het zou een heel rare kronkel zijn als het anders was”, zegt ze.
Tegelijkertijd blijft ze stilletjes hopen dat het wel een rare kronkel was, en dat individuele ambtenaren niet jarenlang mensen met een migratie-achtergrond strenger gecontroleerd hebben enkel alleen omdat ze een migratie-achtergrond hadden. “Maar ik ben zo bang dat het wel zo is”, vertelt ze. “Dan staat het gewoon vast dat de belastingdienst etnisch profileert. Wat gebeurt er dan? Een land als Nederland dat zoiets doet, jarenlang?”
België
Net zoals de Nederlandse en veel andere belastingdiensten gebruikt de Belgische fiscus een dataminingmodel om te bepalen welke personenbelastingaangiften fraudegevoelig zijn. Dat model bestaat uit een hele hoop factoren, waarover de belastingdienst niet communiceert. Maar tweede nationaliteit is er geen van, zegt woordvoerder Francis Adyns. “De tweede nationaliteit wordt niet gebruikt als selectiecriterium in de datamining van het risicobeheer. Individuele ambtenaren kunnen geen opzoekingen doen op tweede nationaliteit (etniciteit) of op bepaalde familienamen in de gegevensbestanden.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier