Leo Neels pleit voor een hertekening van het Vlaamse omroepenlandschap: ‘De VRT is een VTM geworden. Dat is het drama’
Overal in Europa komen openbare omroepen op het terrein van de private omroepen, net nu die laatste een overlevingsstrijd voeren met big tech, zegt specialist mediarecht Leo Neels. De Europese Commissie laat betijen. Met een nieuwe beheersovereenkomst voor de VRT op stapel pleit Neels voor een ander mediamodel. “De overleving van de private omroepen staat op het spel.”
Er is iets vreemd aan de gang met de Europese mededingingsregels, vindt Leo Neels. De Europese Commissie kijkt streng toe op de naleving ervan. Zo’n regel is dat overheidsbedrijven zich niet mogen inlaten met activiteiten die de markt op zich kan nemen, tenzij onder strikte voorwaarden. Televisie lijkt aan die regel te ontsnappen. Openbare omroepen kunnen rustig doen alsof ze private omroepen zijn, meent Neels, ooit nog CEO van de commerciële omroep VTM en gewezen voorzitter van het persagentschap Belga. Tot voor kort doceerde hij ook mediarecht aan de KU Leuven en de UAntwerpen.
“Het scenario is telkens hetzelfde”, zegt Neels. “Een private omroep legt klacht neer bij de Europese Commissie wegens onrechtmatige mededinging door een openbare omroep. De commissie onderzoekt de klacht, stelt meestal een rist inbreuken vast, roept de lidstaat op het matje, die belooft het omroepbeleid bij te sturen. Maar daarna gebeurt er meestal niets. Waarom? De meeste lidstaten verwennen hun openbare omroep. De Europese Commissie controleert het omroepbeleid niet, want ze gaat ervan uit dat de lidstaten de Europese regels toepassen.”
Als de openbare omroep een nieuwe dienst aanbiedt – een onlineaanbod bijvoorbeeld – legt de Europese Commissie een ex-ante-onderzoek op: de lidstaat moet op voorhand de marktimpact van de nieuwe dienst analyseren. “Maar vaak gebeurt zo’n onderzoek niet en krijgt de openbare omroep zijn nieuwe dienst gewoon, met de bijbehorende middelen erbij”, zegt Neels. “Dat relativeert de klacht over het kapotbesparen van de openbare omroepen. Aan de voordeur besparen de omroepen 1 miljoen euro, maar ze krijgen er aan de achterdeur 10 miljoen euro voor de nieuwe dienst bij.”
‘Een beheersovereenkomst zoals de vorige kunnen we ons niet meer veroorloven. Daarvoor is de marktimpact van de VRT te groot’
Leo Neels
Onderscheidend aanbod
De Europese regels laten openbare omroepen toe, inclusief de staatsteun die ze krijgen, op voorwaarde dat hun taak helder is afgelijnd en hun aanbod zich onderscheidt van de programma’s op commerciële zenders. Daar zit het probleem, volgens Neels. “In het Vlaamse Radio- en Mediadecreet is de opdracht van de VRT zo ruim geformuleerd dat de omroep alles mag uitzenden, ook populaire sporten en pure amusementsprogramma’s zoals FC De Kampioenen. Het onderscheidende aanbod is compleet zoek, in tegenstelling tot in de theater- en evenementenwereld. De shows van Studio100, de rockconcerten in het Sportpaleis of het dancefestival Tomorrowland krijgen minimale of zelfs nul euro subsidies, omdat de overheid voor subsidies focust op activiteiten waarvoor op de markt onvoldoende financiering te vinden is, zoals opera, ballet of symfonische orkesten. Maar openbare omroepen mogen doen alsof er geen marktaanbod bestaat.”
Ook met de reclame-inkomsten doet de VRT haar eigen ding, stelt Neels. “Het reclamemonopolie van VTM werd al direct na de opstart van de zender in 1989 doorbroken. De openbare omroep verkreeg, boven op haar royale dotatie, het recht op sponsorinkomsten. Dat begon met pancartes met daarop de naam van de sponsor. Vandaag zijn het regelrechte reclamespots, wat eigenlijk niet mag op de VRT, maar niemand doet iets. Naast een overheidsdotatie van 287 miljoen euro per jaar int de VRT 199 miljoen euro aan inkomen uit de markt.”
Big tech
De aanklachten van Neels zijn niet nieuw, maar de digitalisering van de media zet de kwestie op scherp. “Steeds meer mensen zeggen hun kabelabonnement op. Ze bekijken tv-programma’s op het internet. Bij de openbare omroep is het onlineaanbod gratis, bij de commerciële omroepen zit dat grotendeels achter een betaalmuur, bij gebrek aan voldoende andere inkomsten. Want de reclame-inkomsten zitten in een structureel dalende trend. Hoe kan een commerciële omroep een rendabel digitaal aanbod in de lucht houden als de openbare omroep haar hele aanbod gratis weggeeft?”
‘Terwijl big tech onze markt leegschraapt, leeft ons mediamodel nog in de vorige eeuw’
Leo Neels
Ook het nieuwsaanbod van de openbare omroep is gratis online beschikbaar, wat uitgevers van kranten en tijdschriften in de problemen brengt. “Uitgevers halen nog altijd een groot deel van hun inkomen uit kranten en tijdschriften van papier. Maar papieren abonnees sterven uit. Jongeren lezen nieuws online. Dezelfde vraag duikt hier op: hoe kunnen uitgevers hun onlinenieuwsaanbod in leven houden als jongeren gratis terecht kunnen bij het digitale aanbod van de openbare omroep?”
En er is nog een veel geduchtere kaper op de kust: big tech en zijn socialemediaplatformen. Neels verwijst naar het boek Big tech must go! van Martin Andree. Daarin voorspelt de mediawetenschapper aan de Universiteit van Keulen dat big tech tegen 2029 drie kwart van het wereldwijde reclamegeld naar zich toe zal trekken. “Dat wordt fataal voor de private media”, zegt Neels. “Dat debat leeft niet in Vlaanderen. Hoe gaan wij ons klein Gallisch dorpje, met zijn creatieve mediasector die internationale prijzen wint, vrijwaren? En wat met onze pers? Het Laatste Nieuws, Het Nieuwsblad, De Standaard, Knack, Humo: zullen die blijven bestaan?”
Neels neemt een grafiek uit Big tech must go! die toont hoe het aantal uren lezersaandacht voor Bild, de grootste krant van Duitsland, in het niets verdwijnt tegenover dat voor de socialemediaplatformen. Het tekent de nieuwe machtsverhoudingen in de mediasector. “Big tech zal zijn tol eisen. Er zal veel minder overblijven voor de klassieke mediabedrijven”, zegt Neels. “Dit wordt een existentieel debat, ook voor de tv-sector. De overleving van de private omroepen staat op het spel.”
De Vlaamse regering moet de onderhandelingen over een nieuwe beheersovereenkomst voor de VRT aangrijpen om de sector te herijken, meent Neels. “Een beheersovereenkomst zoals de vorige kunnen we ons niet meer veroorloven. Daarvoor is de marktimpact van de VRT te groot. Ik ben niet tegen de openbare omroep. Maar de VRT is een VTM geworden. Dat is het drama. Ik roep op tot overleg met alle mediaspelers om ons Gallisch dorpje te redden. Terwijl big tech onze markt leegschraapt, leeft ons mediamodel nog in de vorige eeuw. Het is tijd voor een grote reset.”
‘Omroepen moeten elkaar scherp houden’
Neen, de VRT lijkt niet op VTM, en dat begint al bij het beoogde publiek: alle Vlamingen. “Of je nu interessant bent voor een adverteerder of niet, of je kunt betalen voor een aanbod of niet, wij proberen iedereen te bereiken, van nul tot 105 jaar oud”, zegt Karen Donders, directeur publieke opdracht bij de VRT.
Het resultaat is een aanbod dat je op commerciële tv-zenders niet vindt, volgens Donders. “Ik denk aan ons uitgebreide duidingsaanbod, met programma’s als Terzake en De Afspraak op Canvas, Factcheckers op VRT1 en Win Win op VRT 1 en Radio2. Uniek voor de publieke omroep zijn ook documentaires zoals De vier seizoenen van Bart Moeyaert of cultuurprogramma’s zoals Een nacht in het museum, allebei op Canvas. Op VRT Max vind je dan weer een speciaal aanbod rond het Ensor-jaar, een educatief aanbod en een literatuuraanbod. Dat zie ik een commerciële omroep niet gauw doen, en dat is ook maar normaal.”
Dat er soms gelijkenissen zijn tussen VRT 1 en de commerciële tv-zenders, erkent Donders. “Wij moeten elkaar scherp houden. Niet iedere Vlaming kijkt elke dag naar Terzake, De Afspraak of een documentaire op Canvas. Af en toe moet je iets aanbieden zoals het spelprogramma Switch. Daarmee proberen we kijkers op een kwaliteitsvolle manier naar ons andere aanbod te leiden. Ontspanning op VRT zal evenwel nooit gratuit zijn. Wetenschappelijk onderzoek wijst uit dat kijkers in landen met een sterke publieke omroep ook veel waarde ervaren bij commerciële omroepen. Die correlatie werkt niet in omgekeerde richting.”
Ketnet Junior
Volgens Leo Neels vereisen de Europese regels dat het aanbod op de publieke omroep zich onderscheidt van de programma’s op commerciële zenders. Maar volgens Donders, gewezen professor mediabeleid aan de VUB, staat dat onderscheid nergens vermeld in de Europese regelgeving. “Volgens de regels moet de publieke omroep tegemoetkomen aan de culturele, sociale en democratische doelstellingen van de samenleving. Die opdracht moet duidelijk zijn, maar mag ruim worden omschreven.”
Dat de Europese Commissie de publieke omroepen te veel laat betijen, zoals Neels aanklaagt, spreekt Donders tegen. De Europese verplichting om belanghebbenden en het publiek te raadplegen voorafgaand aan een nieuwe beheersovereenkomst, wordt nageleefd. Ook de verplichting om nieuwe diensten vooraf te evalueren, leven de publieke omroepen na. “Concreet moeten we laten onderzoeken of een nieuwe dienst enerzijds voldoende bijdraagt aan onze maatschappelijke doelstellingen, en anderzijds niet schadelijk is voor de commerciële omroepen”, zegt Donders.
Laat ons niet terugkeren naar het debat van twintig jaar geleden: wat VRT wint, verliest VTM, en andersom. Karen Donders, directeur publieke opdracht VRT
“Toen VRT jaren geleden Ketnet Junior als aparte lineaire tv-zender wilde lanceren, bleek dat die nieuwe dienst maatschappelijke waarde had, maar mogelijk schadelijk kon zijn voor het lokale kinderaanbod op de commerciële zenders, zodat het project sneuvelde”, vertelt Donders. “Ons argument dat de commerciële zenders steeds minder investeerden in lokale kindercontent, zodat internationale spelers het terrein dreigden in te palmen, werd afgewezen. Achteraf bleek ons argument juist te zijn. En opnieuw is dat begrijpelijk, want lokaal kinderaanbod is economisch niet rendabel te krijgen.”
Volgens Neels steekt het onlinenieuwsaanbod van de VRT stokken in de wielen van de uitgevers van kranten en tijdschriften. “Daar is geen enkel wetenschappelijk bewijs voor”, zegt Donders. “Integendeel, onderzoek in Denemarken en Noorwegen toonde aan dat een hoge consumptie van onlinenieuws op de publieke omroep samenhangt met een grotere betalingsbereidheid voor dat soort content, wat goed nieuws is voor de uitgevers.”
Samen sterk
Hoewel Donders het gesprek over de taken van de VRT verwelkomt, is ze enigszins verrast door de kritiek van Neels. “Enkele maanden geleden nog verklaarden mediagroepen DPG Media en Play Media samen met de VRT strijd te willen voeren tegen de oneerlijke concurrentie door de internationale techgiganten. Een zeer terecht pleidooi. Laat ons niet terugkeren naar het debat van twintig jaar geleden: wat VRT wint, verliest VTM, en andersom. Laat ons kijken hoe we elkaar kunnen versterken. Maar we maken de Vlaamse mediasector niet sterker door de publieke omroep kleiner te maken.”
Lees ook:
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier