Komt er alsnog een oplossing voor de Arco-coöperanten?
Een petitie die de parlementsleden vraagt om een dading in het Arco-dossier te pushen, is opmerkelijk succesvol. En de uitspraken van oud-premier Yves Leterme in Trends openen nieuwe juridische mogelijkheden. Is er toch een onderhandelde oplossing mogelijk voor de honderdduizenden Arco-coöperanten?
Medio september lanceerde de vzw AAT (Arcopar Actie Team) een nieuw initiatief in het aanslepende Arco-dossier. Bestuurder Peter Van de Cruys diende namens de vzw een onlinepetitie in bij het federale parlement. Die roept de parlementsleden op om de regering te vragen een oplossing voor alle Arco-coöperanten uit te werken.
Op de website van de Kamer van Volksvertegenwoordigers kan elke Belg, Arco-coöperant of niet, de petitie ondertekenen. Dat blijken heel wat mensen te doen. De teller stond begin deze week op circa 9.000. Daarmee is het een van de meest succesvolle petities die via dit kanaal bij de Kamer gelanceerd zijn. De doelstelling van de vzw is om tegen eind april 25.000 handtekeningen te verzamelen. Dat zou de Kamerleden verplichten de initiatiefnemers van de petitie uit te nodigen voor een hoorzitting in het parlement. Niet toevallig zou dat dan gebeuren kort voor de verkiezingen.
De initiatiefnemers ijveren voor een oplossing voor àlle Arco-coöperanten. Ze hopen buiten de rechtbank om tot een oplossing te komen door een dading tussen alle partijen af te sluiten. Daarmee onderscheiden ze zich van de Arco-coöperanten die zich aansloten bij Deminor of ArcoClaim, en die via de rechtbank een compensatie voor het geleden verlies trachten te bekomen.
Die rechtszaken kunnen nog jaren aanslepen. In november 2021 werd de zaak aangespannen door Deminor bij de Brusselse ondernemingsrechtbank, onontvankelijk verklaard. Het kantoor ging tegen de uitspraak in beroep en begon tegelijk een nieuwe procedure voor de rechtbank van eerste aanleg. In beroep zouden de pleidooien ten vroegste in 2028 plaatsvinden, en in eerste aanleg lijkt de zaak nu al te verzanden in procedurekwesties. Ook de zaak van ArcoClaim voor de rechtbank van eerste aanleg vordert langzaam. ArcoClaim wil dat zijn procedure samengevoegd wordt met die van Deminor, maar daar verzet die laatste zich tegen.
‘Verstandigst voor alle partijen’
Dat de petitie bij het federale parlement zo succesvol is, komt natuurlijk omdat er veel gedupeerden zijn, die zich bovendien al jaren miskend voelen door de politiek. Bij de ontmanteling van de Dexia-groep verloren circa 650.000 particuliere Arco-coöperanten in totaal 1,6 miljard euro. Arco, de financiële arm van de christelijke arbeidersbeweging ACW (nu beweging.net) was een van de referentieaandeelhouders van Dexia. Ondanks de beloftes van verschillende premiers en ministers, van zowat alle politieke partijen, in verschillende regeringen, werden ze hiervoor niet vergoed (zie kader Het debacle van Arco).
De initiatiefnemers van de petitie hopen buiten de rechtbank om tot een oplossing te komen door een dading tussen alle partijen af te sluiten.
Maar er is nog een reden voor het succes. Deminor moedigde zijn cliënten aan de petitie te onderschrijven. In de communicatie aan zijn klanten schrijft Deminor: “Wij menen dat initiatieven die ertoe kunnen leiden dat buitengerechtelijke oplossingen worden uitgewerkt, aangemoedigd moeten worden. Ook al blijven wij ons dagelijks inzetten voor een goede afloop van de juridische procedures, toch hebben wij herhaaldelijk het standpunt ingenomen dat een dossier als Arco beter buiten de rechtbanken wordt opgelost.”
Erik Bomans, de CEO van Deminor, wijst erop dat het hof van beroep, omdat het geen vroegere pleitdatum dan 2028 kon aanbieden, de partijen heeft verzocht om een minnelijke schikking te treffen. Maar die oproep kreeg geen gehoor: “Een dading is niet de enige uitweg in dit dossier, maar wel de meest verstandige voor alle partijen. Momenteel zit 200 miljoen euro geblokkeerd bij Arco, geld dat men zou kunnen aanwenden ter compensatie van de verliezen van de coöperanten. Dat zou het begin van een minnelijke schikking kunnen zijn. De blokkering zit louter en alleen op het politiek niveau.”
Intresten
Advocaat Geert Lenssens van het kantoor SQ-Watt (die de procedure namens ArcoClaim voert) vroeg al eerder de aanstelling van een bemiddelaar, maar trok dat verzoek eerder dit jaar weer in: “De wet laat de rechter toe alle partijen te verplichten aan mediatie te doen, ook als ze dat niet allemaal willen. Maar dat heeft weinig zin als geen van de verwerende partijen ook maar enige moeite wil doen om die bemiddeling een kans te geven. ArcoClaim heeft vastgesteld dat noch bij Belfius Bank (de erfopvolger van Dexia Bank België, nvdr), noch bij de Belgische staat, noch bij beweging.net ook maar enige intentie was om een schikking te onderzoeken. Daarom hebben we de procedure tot aanstelling van een bemiddelaar stopgezet.”
Lenssens noemt de petitie van AAT verdienstelijk “omdat ze de Arco-zaak maatschappelijk weer onder de aandacht brengt”, maar hij gelooft toch vooral in een rechterlijke procedure. Voor hem is de verjaring anno 2023 een nieuw element in dit dossier: “AAT is nooit een procedure gestart en intussen is er verjaring voor wie niet procedeert. De petitie heeft dus geen enkele juridische impact maar ze zorgt er wel voor dat de politici, Belfius en de christelijke arbeidersbeweging deze zaak nog jaren zullen meeslepen, met alle negatieve publiciteit van dien. Dat zal zo blijven tot een rechter, die het laatste woord heeft, een einduitspraak velt. Dat kan nog lang duren, maar is ironisch genoeg voor de procederende Arco-coöperanten een goede zaak. Want er komt bij hun claim 5,25 procent per jaar bij, alleen al aan gerechtelijke intresten.”
‘Gedwongen’
Bernhard Ardaen, bedrijfsjurist en de auteur van het boek Tijdbom Dexia, de inside story, maakt een compleet andere analyse. Hij vertrekt van de feiten die zich afspeelden in september 2008, bij de eerste redding van Dexia. Toen legde Arco, onder druk van de regering, 350 miljoen euro op tafel als bijdrage aan een kapitaalverhoging. Dat geld had de coöperatie niet en ze zag het ook nooit terug. Die klap is Arco nooit te boven gekomen, met de vereffening in 2011 als logisch gevolg.
Ardaen verwijst naar het interview in Trends van 21 september waarin oud-premier Leterme het volgende verklaart: “Ik moet toegeven dat we toen Arco, Ethias en de Gemeentelijke Holding de arm omgewrongen hebben. Ik heb zware druk uitgeoefend opdat ze hun handtekening zouden zetten. Op het moment dat ze dat deden, begrepen ze dat ze hun eigen doodvonnis aan het schrijven waren. Misschien hadden we daar, achteraf bekeken, iets genuanceerder moeten zijn of even de pauzeknop induwen. Maar ik zag geen andere mogelijkheid.”
Volgens Ardaen, die als bemiddelaar wil optreden, is daarmee aangetoond dat Arco ‘gedwongen’ werd aan de kapitaalverhoging deel te nemen en dat zeker niet uit vrije wil gedaan heeft. Dat is volgens hem belangrijk omdat de overheidswaarborg voor Arco-coöperanten, toegekend door de regering-Leterme om hen te beschermen, vernietigd werd op basis van het gelijkheidsbeginsel. Individuele Dexia-aandeelhouders, die rechtstreeks op de beurs Dexia-aandelen hadden gekocht, spanden rechtszaken aan omdat ze zich onheus behandeld voelden. Uiteindelijk kregen ze via de Raad van State en het Europees Hof van Justitie gedeeltelijk gelijk, en werd de garantieregeling vernietigd.
De vernietiging van de garantieregeling impliceert dat de coöperanten van Arco nu gediscrimineerd zijn ten opzichte van de rechtstreekse Dexia-aandeelhouders’ Bernhard Ardaen, bedrijfsjurist
Onderhandelde oplossing
Datzelfde gelijkheidsbeginsel roept Ardaen nu in om een schikking voor alle Arco-coöperanten te verantwoorden: “Door de vernietiging van de garantieregeling wordt die juridisch geacht nooit te hebben bestaan. Dat impliceert dat de coöperanten van Arco nu gediscrimineerd zijn ten opzichte van de rechtstreekse Dexia-aandeelhouders. Die laatste groep heeft immers geen vers kapitaal moeten inbrengen. De enige private aandeelhouders die wel bijgedragen hebben tot de kapitaalverhoging bij de eerste redding van Dexia in 2008, waren Arco, de Gemeentelijke Holding en Ethias. Zij kunnen derhalve het gelijkheidsbeginsel inroepen wegens de discriminatie met de particuliere Dexia-aandeelhouders. Die discriminatie kan rechtgezet worden door een compensatie voor de geleden schade.”
Voor Arco loopt de directe en indirecte schade volgens die redenering intussen op tot minstens 600 miljoen euro. Het gaat om de verloren 350 miljoen euro ingebracht kapitaal, de rentelast van 100 miljoen die Arco aan Belfius betaalde omdat de coöperatie dat geld moest lenen, en de 150 miljoen euro boete die Europa heeft opgelegd wegens ongeoorloofde staatssteun. Maar eigenlijk was de schade groter, want Arco moest bij de vereffening noodgedwongen een aantal minder liquide activa te snel tegen een ongunstige prijs verkopen. Daardoor ging nog eens circa 150 miljoen euro in rook op.
Ardaen wijst erop dat bij de vernietiging van de waarborgregeling de hoogste rechtsinstanties de overheid wél toestonden om met een compensatie over de brug te komen. Ook in het laatste verslag van de vereffenaars van Arco wordt verwezen naar een arrest van het Europees Hof van Justitie van december 2018, dat het verbod van de Belgische staat opheft om een betaling aan de coöperanten te verrichten. “Op basis van de juridische argumentatie van ‘discriminatie’ van de Arco-coöperanten en de mogelijkheid om een compensatie te verlenen, zou een onderhandelde oplossing mogelijk kunnen zijn”, besluit Ardaen.
Goodwill
Erik Monard van Monard Law (het kantoor dat namens de directe Dexia-aandeelhouders procedeerde tegen de Arco-overheidswaarborg) ziet hierin wel mogelijkheden: “Door de verklaringen van Leterme zal men makkelijker kunnen aantonen dat Arco het slachtoffer was van een juridische dwaling, en dat druk door de overheid aan de basis ligt van die dwaling. Arco zal dan moeten aantonen dat zijn dwaling ‘verschoonbaar’ was (juridische term voor ‘kan vergeven worden’, nvdr). De combinatie van de druk met het onwettige karakter van de waarborgregeling, die dus een fout van de overheid impliceert, lijkt wel degelijk verschoonbaar te kunnen zijn.”
Tegelijk relativeert Monard de verdere redenering: “De redenering van discriminatie met andere Dexia-aandeelhouders lijkt ons fantaisistisch. Als Arco nadeel ondervindt van een foutieve wetgeving van de overheid, en andere aandeelhouders niet, dan kan het dat niet als discriminatie betitelen. Dan dient het zich te richten tot die overheid en concreet de fout, de schade en het verband tussen beide aantonen. Of een vernietiging van de kapitaalinbreng nastreven op grond van dwaling. En dan aannemelijk maken dat ook zij als professionele partij zich rechtmatig kon vergissen. Bemerk dat de mate waarin er goodwill bestaat voor de Arco-coöperanten bij een dading een rol kan spelen.”
Om de compensatie zo veel mogelijk in natura te regelen, wordt gekeken naar de participatie van de staat in Belfius.
Snuffelronde
De vraag is hoe realistisch een dading in het Arco-dossier is. Een dading is een wederkerige overeenkomst tussen partijen die elkaar wederzijdse toegevingen doen om een geschil te beëindigen, zonder dat één van die partijen de gegrondheid van de aanspraken van de andere partijen erkent. Maar in het geval van Arco gaat het om heel veel betrokken partijen: de regering, de federale overheidsholding FPIM, Belfius, beweging.net, de vereffenaars van Arco, de groepen die Arco-coöperanten vertegenwoordigen of in hun naam procederen (vzw AAT, Deminor, ArcoClaim), enzovoort. Bovendien hebben deze partijen zich de voorbije jaren in een egelstelling teruggetrokken.
Er lijkt dus nog een heel lange weg af te leggen om die allemaal op dezelfde lijn te krijgen. “Als we met de petitie de regering zo ver krijgen een constructieve dialoog op te starten, zal er eerst een snuffelronde moeten komen”, beseft Ardaen. “Het zal erop aankomen iedereen uit zijn defensieve stellingen te halen en te overtuigen naar elkaars standpunten te luisteren. Daar is nog heel wat werk aan. Alle betrokken partijen zullen hun emoties moeten opzijzetten voor een meer rationeel-constructieve aanpak, wat hen moet toelaten nieuwe opties te overwegen. Dat is meer een zaak van psychologie en onderhandelingstechniek dan van juridische overtuigingskracht.”
Daarvoor doet Ardaen een beroep op de inzichten van de Belgische professor Alain-Laurent Verbeke. Die is een autoriteit in ‘integratief onderhandelen’. Hij schreef zijn inzichten en technieken samen met Geert Vervaeke neer in het boek Constructief omgaan met conflicten en geschillen. Inleiding in het probleemoplossend onderhandelen en bemiddelen. De vzw AAT is van plan in het voorjaar van 2024 een wetenschappelijk congres te organiseren. Het is de bedoeling om daar met mensen als Verbeke na te denken over de gepaste onderhandelingsmethode. Tegelijk zal op dat event bekeken worden welke voorwaarden vervuld moeten worden om een onderhandelde oplossing in het Arco-dossier juridisch bindend te maken.
Belfius-dividenden
Zodra die voorwaarden in kaart zijn gebracht, kan een bemiddelaar of bemiddelingscollege worden aangesteld. Die zou dan het inhoudelijke en cijfermatige kader voor een dading moeten opstellen. Het goede nieuws is dat het geld voor een vergoeding in se aanwezig is. Zo zit er meer dan 200 miljoen euro geblokkeerd in de vereffening van Arco. Die blokkering is een gevolg van de gerechtelijke procedures van Deminor en ArcoClaim tegen de coöperatie. De betwisting draait rond de 150 miljoen euro Europese boete die Arco moet terugbetalen aan de Belgische overheid. Europa legde de boete op voor de staatssteun die Arco nooit gekregen heeft. Het is maar één van de vele anomalieën in de Arco-saga.
Logischerwijze mag verwacht worden dat ook beweging.net en Belfius hun duit in het zakje doen. Het gros van het geld moet echter komen van de Belgische staat. Om de compensatie zo veel mogelijk in natura te regelen, wordt gekeken naar de participatie van de staat in Belfius. Die leverde de voorbije jaren al een forse meerwaarde annex dividendenstroom op. België betaalde in 2011 immers 4 miljard euro voor Dexia Bank België (die later omgedoopt werd in Belfius). Vandaag wordt de waarde van de bank-verzekeraar geschat op minstens 10 miljard euro.
Belfius heeft de voorbije tien jaar ook al voor 2,1 miljard euro aan dividenden uitgekeerd aan de Belgische staat. Dit jaar ging het om 384,4 miljoen euro. Daar moet volgend jaar nog eens 220 miljoen euro extra bij komen, zo is afgesproken tijdens de recente begrotingsonderhandelingen. Geld dat in de bodemloze put van onze schatkist verdwijnt, maar waarvan ook een deeltje zou kunnen worden opzijgezet voor de Arco-coöperanten. Dat zou het dan weer mogelijk maken om Belfius op een gegeven moment tegen een optimale waardering naar de beurs te brengen. Iets wat in het verleden een struikelblok bleek te zijn.
34 000 Arco-coöperanten voeren een procedure.
Lees ook:
Het debacle van Arco
Bij de teloorgang van Arco ging meer dan anderhalf miljard euro verloren. Meer dan 650.000 particulieren verloren hun zuurverdiende spaargeld, maar ook 100.000 verenigingen en organisaties werden gedupeerd.
Arco was de financiële holding van de christelijke arbeidersbeweging ACW (in 2014 herdoopt in beweging.net). Via de coöperatie konden mensen participeren in de bank van de beweging, BAC/Bacob. Eind de jaren negentig viel de banksector ten prooi aan schaalvergroting. Bacob werd Artesia, en ging in 2001 uiteindelijk op in de Dexia-groep waartoe ook het Gemeentekrediet behoorde.
Vanaf dat moment participeerden de Arco-coöperanten in een beursgenoteerde bank- en verzekeringsgroep met wereldwijde ambities. Volgens sommigen was het risicoprofiel daardoor totaal veranderd zonder dat de coöperanten daar voldoende op waren gewezen. In plaats van 100 procent in een coöperatieve Belgische bank was Arco nu voor circa 15 procent aandeelhouder van een ambitieuze financiële wereldspeler.
Door gebrek aan diversificatie was eind 2008 bijna 90 procent van de fondsen van Arco belegd in Dexia. Na het faillissement van Lehman Brothers kwam die bank in de problemen. De regering-Leterme tekende een reddingspakket ter waarde van 6 miljard euro uit. Van Arco werd een bijdrage van 350 miljoen euro gevraagd. Om de coöperanten te beschermen, keurde de regering een overheidswaarborg goed voor alle aandeelhouders van financiële coöperaties.
In 2011 ging Dexia toch over de kop. De Belgische staat haalde de Belgische Dexia-bank (later herdoopt in Belfius) uit de groep, waardoor aandeelhouders zoals Arco met lege handen overbleven. Eind 2011 ging Arco in vereffening. Die vereffening is afgerond, wat wil zeggen dat alle activa zijn verkocht. Maar de opbrengst, iets meer dan 200 miljoen euro, zit geblokkeerd door de procedures die Deminor en ArcoClaim inspanden en die de afsluiting van de vereffening verhinderen.
In 2018 vernietigde de Raad van State, na een uitspraak van het Europees Hof van Justitie, definitief de overheidswaarborg voor de Arco-coöperanten. Sindsdien proberen de Belgische politici, die ongeacht kleur of partij in het verleden telkens weer een compensatie beloofden, het dossier dood te zwijgen. De gerechtelijke procedures namens meer dan 30.000 coöperanten lopen, maar kunnen nog een hele tijd aanslepen.
Bekijk hieronder de toelichting van Trends-journalist Patrick Claerhout in de studio van Kanaal Z:
‘Belfius mist de kans om LOVE in daden om te zetten’
Volgens Geert Lenssens, advocaat van het kantoor SQ-Watt dat namens ArcoClaim procedeert, is de verjaring die op 6 maart 2023 optrad een belangrijk nieuw element in de Arco-saga. “Daardoor ziet de zaak er financieel anders uit”, schrijft hij in een mail. “Wat nu gevorderd wordt, is niet meer 1,6 miljard euro plus intresten. Vermits het gaat om circa 34.000 actieve claimanten, is dat bedrag herleid tot 200 miljoen euro. Dat maakt het plaatje binnen een schikking betaalbaar.”
Volgens Lenssens zou iedereen een goede beurt maken bij een schikking, en in de eerste plaats Belfius: “Een bank die zich kosten noch moeite spaart om met LOVE-campagnes haar imago te versterken. Voor Arco-aandeelhouders hebben die campagnes een cynische betekenis. De bank mist een unieke kans om schoon schip te maken en de LOVE-woorden in daden om te zetten.”
Maar ook voor de politici zou het een manier zijn om het vertrouwen van de burger te herstellen: “De Arco-aandeelhouders zijn hun herhaalde beloftes niet vergeten. Alle traditionele partijen hebben indertijd de belofte van een vergoeding gesteund, maar ze zijn die nooit nagekomen. Ik stel vast dat bij de Arco-coöperanten die overleden zijn, de kinderen het niet pikken dat het zuur verdiende spaargeld van hun ouders hun zo werd ontnomen. Mensen vergeten dit niet.”
“Het alternatief is dat de verweerders de zaak keer op keer weer zien opgerakeld worden in de media”, besluit Lenssens. “Met een goede kans dat ze ooit, vrijwel zeker op een moment dat het niet goed past, veroordeeld worden, nogmaals zware reputatieschade lijden, en toch moeten betalen. De recente uitspraak in het dossier van de woekerpolissen in Nederland toont dat er ook na twee decennia nog zure oprispingen kunnen volgen. Er zijn vandaag meer dan 30.000 mensen die procederen, dat is nog nooit gebeurd.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier