Alain Mouton

‘Hoger belastingvrij minimum moet mee in taxshift’

Een verhoging van het belastingvrije minimum van 6800 naar 9800 euro zou de werkloosheidsval grotendeels wegwerken. Dat zegt Trends-redacteur Alain Mouton.

Het debat over de taxshift gaat vooral over de vermindering van de loonkosten via lagere sociale bijdragen. Zo wordt het voor bedrijven aantrekkelijker om aan te werven. Maar de federale regering moet ook aandacht hebben voor het aanbod op de arbeidsmarkt. Ze moet ingrijpen in de personenbelasting en het voor werklozen aantrekkelijker maken een job te aanvaarden.

Hoger belastingvrij minimum moet mee in taxshift

Rapporten van de Nationale Bank en de OESO tonen aan dat het verschil tussen een werkloosheidsuitkering en een inkomen uit arbeid zeker voor alleenstaanden beperkt is. Daardoor is het niet interessant uit de werkloosheid te stappen. Deze werkloosheidsval is de voorbije jaren deels weggewerkt door maatregelen als de werkbonus (sociale werknemersbijdragen worden deels omgezet in nettoloon), maar is dus nog niet volledig verdwenen. Dat heeft veel te maken met de sterk progressieve Belgische personenbelasting. Wie voor het minimumsalaris werkt, wordt al tegen 40 procent belast. Dat maakt dat een belangrijk deel van het extra inkomen van iemand die overstapt van werkloosheid naar een job, naar de staatskas vloeit.

De regering moet een einde maken aan dat perverse systeem door het belastingvrije minimuminkomen te verhogen van 6800 naar 9800 euro, het leefloon voor alleenstaanden. Dat was overigens een CD&V-voorstel tijdens de vorige verkiezingscampagne. Het zou de werkloosheidsval grotendeels wegwerken. De federale regering moet die maatregel meenemen in de taxshift.

Zo’n operatie kost wel 3 miljard euro. Om ze te financieren, volstaat een of andere vorm van vermogenswinstbelasting niet. Daarom is een taxshift richting consumptie nodig: via bijgestuurde btw-tarieven, die dan wel uit de index worden gehouden.

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content