Gemeenten houden schulden merkwaardig goed onder controle
De energiekosten van de gemeenten rijzen de pan uit, net zoals de uitgaven van de OCMW’s. De inflatie doet de gemeentelijke personeelskosten oplopen met 600 miljoen euro. Toch was er geen schuldenexplosie, leert een analyse van de begrotingen van 292 van de 300 Vlaamse gemeentes.
“De schulden zijn onder controle en de investeringen vallen niet stil, ook niet in deze moeilijke tijden”, stelt Bart Somers, Vlaams minister van Binnenlands Bestuur. “De investeringen zijn veel hoger dan aan het begin van de legislatuur geraamd. Dat is goed nieuws en het was ook uitdrukkelijk de bedoeling van de Vlaamse overheid om dit te ondersteunen.”
Het voorbije jaar werden de Vlaamse gemeentes overspoeld door een tsunami van stijgende kosten. De energiekosten verdubbelden: van 246 naar 518 miljoen in 2022. Door de inflatie en de zes automatische loonindexeringen voor het personeel stegen de loonkosten van 5,47 naar 6,05 miljard euro. Een deel van de kosten werd opgevangen door ontslagen personeelsleden niet te vervangen. Ook de sociale uitkeringen via de OCMW’s stegen van 659 naar 811 miljoen euro. Dat is grotendeels een gevolg van de opvang van mensen die de oorlog in Oekraïne ontvluchtten.
De exploitatie-uitgaven stegen van 12,2 naar 13,9 miljard euro. De investeringsbudgetten gingen 390 miljoen hoger, naar 18,18 miljard euro. Somers: “Dat wijst erop dat gemeenten niet kiezen voor de gemakkelijkheidsoplossing: bezuinigen.”
Financieel houvast
Een en ander werd gecompenseerd door de inkomsten, die sterker toenamen dan de uitgaven. Zo stegen de exploitatie-inkomsten van 13,9 naar 14,6 miljard. De fiscale inkomsten namen toe van 5,4 naar 5,6 miljard. Vooral de inkomsten uit de aanvullende personenbelasting stegen: van 2,1 naar 2,2 miljard. “Dat is het gevolg van meer koopkracht en een stijgende inflatie”, duidt Somers. “Daarnaast was er een extra verhoging, omdat inkomsten eenmalig met een maand vooruit werden geschoven.”
De opbrengst van de opcentiemen uit de onroerende voorheffing nam toe van 2,4 naar 2,5 miljard. Bij ondernemers leefde de vrees dat gemeenten vlak voor de verkiezingen de bedrijven via de opcentiemen extra hard zouden treffen om de crisis op te vangen, door een verschil te maken tussen het tarief voor burgers en bedrijven. “Dat is slechts in enkele gemeenten het geval”, aldus Somers. “Uit onze analyse blijkt dat de stijging van deze belasting even groot was voor de gezinnen als voor de bedrijven. De vrees voor een hardere aanpak van bedrijven was dus onterecht.”
De Vlaamse dotaties stegen in 2022 van 6,1 naar 6,4 miljard euro. “Normaal gezien stijgen die elk jaar met 3,5 procent, maar nadat de Vereniging van Vlaamse Steden en gemeenten alarm sloeg over onder meer de opvang van de vluchtelingen, werd het budget met 370 miljoen verhoogd”, aldus Somers. “Ook op andere domeinen kwam de Vlaamse overheid tussenbeide: voor energiemaatregelen, fietspaden en het gemeentelijk integratiebeleid. We wilden absoluut de gemeenten in deze onzekere tijden een financieel houvast bieden.”
Ondanks de extra- uitgaven namen de totale schulden zelfs af. Eind 2021 werd geraamd dat in 2025 tot 11,68 miljard zouden stijgen. Bij de recent ingediende begrotingen is de prognose voor dat jaar 11,60 miljard. Somers geeft enkele redenen: de sterke financiële basis van de gemeenten, de gestegen fiscale ontvangsten door de indexering, een efficiënter beleid en de gestegen Vlaamse overheidsinspanningen. “In elk geval is de financiële toestand gemeenten beter dan gevreesd in deze tijden van crisis”, besluit Somers. “Dat is goed nieuws. Maar waakzaamheid blijft geboden.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier