‘België blijft geloven in energie-eiland’, ondanks Deense twijfels over onderzeese stroomkabel naar ons land
Denemarken zegt niet langer geïnteresseerd te zijn in de aanleg van Triton Link, een meer dan 500 kilometer lange onderzeese kabel die de Deense offshore windmolenparken met ons land moet verbinden. De Deense minister van Energie Lars Aagaard heeft twijfels geuit over de haalbaarheid van het project vanwege de stijgende kosten. Triton Link kan niet los worden gezien van de bouw van het energie-eiland Prinses Elisabeth van stroomnetbeheerder Elia in de Belgische Noordzee.
De kosten van Triton Link werden geschat op 4,3 miljard euro, een bedrag dat wellicht al is voorbijgestreefd. Het was de bedoeling dat het overschot aan Deense offshore windenergie via Triton Link van een kunstmatig Deens eiland naar het Prinses Elisabeth Eiland werd gesluisd, en vervolgens in het Belgische net werd gepompt. Aanvankelijk moest het project zonder subsidies worden gerealiseerd, met voordelen voor zowel België als Denemarken. Dat is niet langer haalbaar. Denemarken overweegt daarom een andere optie, waarbij zijn nog te bouwen energie-eiland niet wordt verbonden met België, maar met Duitsland.
Het Prinses Elisabeth Eiland, waarvan de bouw dit jaar is gestart, moet fungeren als een energiehub die de kabels van de windparken van de tweede Belgische offshore-windzone bundelt en de elektriciteit aan land brengt. Bovendien wordt in het eiland ook een aanlandingspunt gezien voor de interconnectoren tussen België en andere Europese landen, waaronder behalve Denemarken het Verenigd Koninkrijk, Noorwegen, Frankrijk, Ierland en Nederland. Trefwoorden: interconnectiviteit, Europese krachtenbundeling, energietransitie.
Lees verder onder link
Ventilus
Staat het hele project op losse schroeven, nu Denemarken afhaakt? We vroegen het aan Piet Opstaele, de CEO van De Blauwe Cluster. Die netwerkorganisatie bevordert innovatie in de blauwe economie en weet goed wat er speelt in de offshoresector, hoewel ze niet direct betrokken is bij grootschalige projecten.
“België blijft geloven in het energie-eiland, zelfs nu Denemarken en andere landen zoals Noorwegen hun plannen hebben aangepast of uitgesteld, en ik denk dat dat terecht is”, zegt Piet Opstaele. “De redenen waarom zo’n eiland nuttig is, blijven overeind. Er zijn twee grote redenen waarom je een energie-eiland zou bouwen. Ten eerste, je kunt alles centraliseren in plaats van voor elke vijftig windmolens een substation te bouwen. Er is een enorme vraag naar materialen zoals staal, en de productiecapaciteit is beperkt. Dus het zou bijna onmogelijk zijn alles op tijd te bouwen zonder zo’n gecentraliseerde oplossing.
“Ten tweede zijn er de smart grids. Iedereen is bezig met het uitbouwen van windparken op zee, maar er is nog veel werk te doen om die systemen optimaal te balanceren op het net, zeker als de weersomstandigheden veranderen. Het netwerk moet stabiel en uitgebalanceerd blijven, ongeacht variaties in windproductie. Windmolens hebben geen constante output zoals kerncentrales. Hun productie fluctueert letterlijk met de wind. Om een stabiel systeem te waarborgen, is Europese samenwerking essentieel, waarbij gebieden met meer windcapaciteit kunnen delen met andere regio’s.
“Er wordt veel geïnvesteerd in offshore windparken, maar de uitbreiding van het hoogspanningsnetwerk blijft achter. Een goed uitgebouwd hoogspanningsnetwerk op land is een conditio sine qua non voor offshore wind, om elektriciteit bij verbruiker te krijgen. Dat zal de komende tien jaar een groeiend probleem worden, vooral voor projecten op land die te maken hebben met langdurige vergunningsprocedures. Dat benadrukt de noodzaak van een goed gebalanceerd netwerk op zee, dat eenvoudiger te realiseren is door de lagere impact op de omgeving, ondanks hogere kosten.”
De gemeenteraadsverkiezingen komen eraan. Het Ventilus-dossier zal dan ook weer een issue zijn in West-Vlaanderen.
OPSTAELE. “We zijn een dichtbevolkt land, en ik begrijp dat mensen geen hoogspanningslijnen boven hun huis willen. Er zijn maatschappelijke bezwaren, en de huidige stand van zaken is dat er wordt gezocht naar oplossingen voor knelpunten, bijvoorbeeld door delen van de lijnen ondergronds te leggen. Dat brengt echter extra kosten met zich mee. Ik verwacht dat er protest zal blijven, maar er wordt veel tijd en moeite gestoken in communicatie met de omwonenden om duidelijk te maken wie er bij betrokken is en wie door de plannen geraakt wordt.
Lees verder onder link
“Aanvankelijk verliep dit proces nogal stroef en ontbrak het aan voldoende betrokkenheid van de gemeenschap, maar dat lijkt nu beter te gaan. Om dit project te laten slagen, is het essentieel dat er een draagvlak is en dat grote bezwaren worden aangepakt, hetzij door technische oplossingen, financiële compensaties, of andere maatregelen. Elk geval moet apart bekeken worden.
“In de toekomst moeten we er sowieso voor zorgen dat de transitie naar duurzame energie gepaard gaat met voldoende netwerkcapaciteit. Er is nog steeds veel behoefte aan extra investeringen in landlijnen, zoals in Henegouwen, waar een vergelijkbaar project loopt. Dit zijn complexe trajecten, maar ik denk dat de enige manier om dit succesvol te doen is door samen te werken en het vermijden van conflicten.”
‘België heeft al een voorsprong, en het is belangrijk dat we die benutten en verder uitbreiden’
Piet Opstaele (De Blauwe Cluser) over de offshorewindindustrie
‘Interessant businessmodel’
Uitzoomend: als het Prinses Elisabeth Eiland zo veelbelovend is, waarom kiest Denemarken dan eieren voor z’n geld?
OPSTAELE. “De recente beslissing van Denemarken toont een meer opportunistische en kortzichtige aanpak. Zij kiezen ervoor zich te richten op een nabijgelegen buur die ook elektriciteit nodig heeft, gebruikmakend van hun overcapaciteit. Dat is jammer, vooral na alle discussies en voorbereidingen die al zijn geweest.”
Lees verder onder X-post
Wat zijn, naast de financiering, de belangrijkste risico’s voor het slagen van het Prinses Elisabeth Eiland?
OPSTAELE. “Er zijn verschillende uitdagingen. Zo is beveiliging een belangrijk aandachtspunt. Het eiland zal een kritische infrastructuur worden, en we moeten ervoor zorgen dat het goed beschermd is, zowel fysiek als tegen cyberaanvallen. Geopolitiek zijn er risico’s, zoals Russische schepen die voor de kust opereren. Het is belangrijk dat we de juiste maatregelen nemen om te zorgen dat dit knooppunt veilig blijft.”
Wat zijn de economische voordelen van het energie-eiland voor België?
OPSTAELE. “Het energie-eiland kan fungeren als een knooppunt van hoogspanningsnetwerken van Noordzeelanden als Denemarken, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk, … Het transport kan in beide richtingen verlopen. Dit creëert een interessant businessmodel, omdat alle energietransporten die via het eiland lopen, betaald moeten worden.”
Vergelijkbaar met hoe we vloeibaar aardgas (lng) via Zeebrugge invoeren?
OPSTAELE. “Fluxys is een uitstekend voorbeeld van een succesvol distributiemodel. Ongeveer 15 procent van het Europese lng komt via Zeebrugge binnen. Dit is een zeer interessant businessmodel, aangezien het bedrijf inkomsten genereert uit elk transport dat plaatsvindt via zijn infrastructuur. Het toont aan dat het bezit van infrastructuur en het faciliteren van transporten zeer lucratief kan zijn. Dat is ook een van de redenen waarom het energie-eiland overeind blijft.”
Wat zijn de vooruitzichten voor de offshorewindenergie en de rol van België daarin?
OPSTAELE. “Wereldwijd staan we aan het begin van offshore-ontwikkelingen. Landen zoals de Verenigde Staten en Frankrijk zijn startend, Italië en Spanje moeten nog beginnen. België heeft al een voorsprong, en het is belangrijk dat we die benutten en verder uitbreiden. Nieuwe technologieën zoals hoogspanningsgelijkstroom (high-voltage direct current) en ontwikkelingen rond smart grids zullen hier een grote rol in spelen. Als we hier een voorsprong kunnen nemen, kunnen we ons positioneren als frontrunner op wereldschaal. In natuurinclusief ontwerp en maritieme beveiliging is België ook een echte frontrunner.”
Hoe denkt u dat de energietransitie de komende jaren zal verlopen?
OPSTAELE. “De energietransitie zal handenvol geld en tijd kosten, maar het potentieel is enorm. De komende tien jaar zullen we kritisch moeten kijken naar investeringen in netwerken, zowel offshore als onshore. Er zijn nog veel ontwikkelingen nodig, zowel technisch als in de samenwerking tussen verschillende landen en bedrijven. Maar als we dat goed aanpakken, hebben we een groot potentieel om succesvol te zijn.”
De verwachte capaciteit van het energie-eiland naar België bedraagt 3,5 gigawatt, maar de voorgestelde samenwerking met zeven landen, waaronder Denemarken, vraagt om meer dan het dubbele daarvan. Zelfs met de toekomstige verbindingen via de Ventilus-lijnen in West-Vlaanderen en het Boucle du Hainaut-project kan er tegen 2030 niet meer dan 3,5 gigawatt extra aan de kust worden verwerkt, wat de noodzaak voor aanvullende binnenlandse verbindingen benadrukt.
Een besluit over sommige projecten, zoals de Nautilus-kabel van 1,4 gigawatt naar het Verenigd Koninkrijk, wordt in september verwacht, terwijl de Triton Link met Denemarken onder druk staat. Toch bevestigt Elia aan De Tijd dat zijn samenwerkingsovereenkomst met Energinet voor de ontwikkeling van Triton Link nog altijd van kracht is. “We kijken we naar Europa om daar een stuk van de financiering mee te dragen.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier