De balans: het syndicale achterhoedegevecht in het onderwijs

ACV-kopvrouw Ann Vermorgen. © BELGA PHOTO JAMES ARTHUR GEKIERE
Alain Mouton
Alain Mouton Journalist

De onderwijsbonden staken maandag tegen de plannen van de Arizona-partijen om de overheidspensioenen te hervormen. Hun protest is niet ernstig. De verworven rechten blijven behouden. Als er nu niets gebeurt, zal men in de toekomst rechtstreeks moeten ingrijpen met zware kortingen op de pensioenuitkeringen.

Protesteren en staken nog voor er een beleidsmaatregel wordt genomen. Het klinkt vreemd en toch zullen de onderwijsbonden dat op maandag 13 januari doen. Ze leggen het werk neer omdat ze niet willen dat er geraakt wordt aan de royale ambtenarenpensioenen. De federale onderhandelaars willen die hervormen en meer afstemmen op het pensioenstelsel in de privésector. Het maakt onderdeel uit van een begrotingssanering. Concreet zouden de pensioenuitkeringen niet meer worden berekend op de laatste tien jaar, maar over de hele loopbaan. Ook de gunstregimes waarmee het overheidspersoneel vroeger kan stoppen met werken zouden uitdoven.

De vakbonden vrezen dat ze straks voor voldongen feiten worden gesteld. ACV-voorzitter Ann Vermorgen zegt daarom dat het “nu hét moment is om de onderhandelaars te waarschuwen voor ondoordacht en slecht beleid”. Lees: protest na de regeringsvorming zijn vijgen na Pasen. Tenslotte zijn de hervormingen van de pensioenstelsels onder de regering-Di Rupo (2011-2014) en de regering-Michel (2014-2018) ondanks straatprotest toch doorgevoerd. Het recentste voorbeeld is dat de wettelijke pensioenleeftijd sinds 1 januari 2025 niet langer 65 maar 66 jaar is.

Als de vakbonden denken dat ze de pensioenhervormingen nog kunnen afblokken om in de laatste fase van de formatie druk te zetten, dan dwalen ze.

Als de vakbonden denken dat ze de pensioenhervormingen nog kunnen afblokken om in de laatste fase van de formatie druk te zetten, dan dwalen ze. Ze voeren een achterhoedegevecht, om verschillende redenen.

Lange overgangfases

Het blijft afwachten wat er in het finale regeerakkoord zal staan – als dat er ooit komt – maar het is fout te beweren dat het hier om een directe zware ingreep of een “sloopkogel” gaat. Die bewering van de socialistische overheidsvakbond ACOD klopt niet. Op tafel ligt het voorstel dat het pensioen van een leerkracht niet langer op het loon van de laatste tien jaar, maar op de volledige carrière gebaseerd zou zijn, zoals voor zowat alle werknemers in dit land. Mét een overgangsperiode van ruim vijftien jaar. We zijn al snel ergens in 2040 wanneer er sprake van kan zijn dat de pensioenstelsels meer op elkaar zijn afgestemd.

Bovendien worden de verworven rechten van de bestaande gepensioneerden en de mensen die nu aan hun loopbaan in het onderwijs bezig zijn, behouden. Nogmaals: finale teksten zijn er niet, maar het is de bedoeling het nieuwe systeem in te voeren voor wie in het onderwijs en andere overheidsdiensten start. Men kan zich daarbij trouwens de vraag stellen of het over een gigantisch grote populatie gaat, aangezien steeds meer ambtenaren contractuelen zijn. Hun pensioensysteem sluit nu al zeer dicht aan bij dat van de privésector.

Een gezond redenerend mens zou tevreden moeten zijn met die lange overgangsfase. Er moet ingegrepen worden in de royale overheidspensioenen om de overheidsfinanciën te saneren. Gebeurt dat niet, dan volgen er over vijf jaar hardere ingrijpen. Zoals pakweg 10 procent verlagingen van alle uitkeringen, ook van de huidige gepensioneerden, onder druk van de Europese Commissie en het IMF

Geen contractbreuk

Dat de verworven rechten behouden blijven is geen detail. In België heeft de overheid er een handje van weg om in de sociale zekerheid contractbreuk te plegen. Meer bepaald voor de werknemers in de privésector. Een veelzeggend voorbeeld is het plafonneren van de pensioenuitkeringen voor privéwerknemers, zoals eind vorige eeuw werd doorgevoerd, terwijl de sociale bijdragen niet worden geplafonneerd. Concreet: een werknemer bouwt pensioenrechten op tot een jaarinkomen van 80.485 euro. Daarboven worden nog altijd sociale bijdragen betaald, maar dat wordt niet meegeteld bij de berekening van het pensioen. Een zuivere belasting dus. De privéwerknemers hebben nooit betoogd of gestaakt tegen die contractbreuk.

Als compensatie voor die plafonnering werd weliswaar het fiscaal vriendelijke aanvullend pensioen voor de privéwerknemers ingevoerd. Maar ook daar wordt aan gemorreld via allerlei kleine belastingen die er in de loop van de jaren op worden geheven.

Geen geloofwaardig alternatief

Om terug te komen op de overheidspensioenen: de vakbonden proberen het debat open te trekken en pleiten voor andere maatregelen om de begroting te saneren. Maar die vormen geen geloofwaardig alternatief. In een opiniestuk pleit ACV-voorzitter Ann Vermorgen voor “het dichten van de enorme gaten in de inkomsten van de sociale zekerheid, geslagen door de taxshift en andere aderlatingen door allerlei goedkope statuten en cafetariaverloningen”. Dat levert miljarden euro op, schrijft ze. Wel, wie a zegt, moet ook b zeggen. Die extralegale voordelen werden ingevoerd omdat de lasten op arbeid te hoog zijn en werken onvoldoende beloond wordt. Eigenlijk pleit de christelijke vakbond voor hogere loonkosten om de begroting te saneren. Daarmee worden we 30-35 jaar terug in de tijd gekatapulteerd.

Partner Content