Kortrijk bouwt zich een nieuw elan
De Kortrijkse binnenstad heeft de voorbije jaren een ware metamorfose ondergaan. En voor andere stadsdelen ogen de plannen zo mogelijk nog ambitieuzer.
Het opzet? Van Kortrijk opnieuw een bruisende kunst-, winkel- én kantoorstad maken.
Kortrijk is een stad met een roemrijk verleden: de beruchte slag op de Groeningekouter, wereldcentrum van de vlasindustrie in de zeventiende eeuw en – misschien niet helemaal van dezelfde orde – in de jaren zestig-zeventig chicste winkelstad van West-Vlaanderen. En ook de duurste, als we ons Monopoly-spel mogen geloven. In Kortrijk zat geld en dat merkte je aan de exclusieve en betere boetieks. De Guldensporenstad introduceerde in ons land ook het concept van de autovrije winkelwandelstraat. Met succes! Voor een dagje winkelen in de Lange en Korte Steenstraat kwam men van ver over de provinciegrenzen.
Vandaag gaat het Kortrijk minder voor de wind. Volgens tellingen van het onderzoeksbureau Fastigon passeren er wekelijks 50.000 mensen in de Lange Steenstraat. De Kortrijkse topstraat komt daarmee in de rangschikking van drukste Belgische winkelstraten niet verder dan een bescheiden 22ste plaats. Met uitzondering van de Korte en Lange Steenstraat kampt het Kortrijkse handelscentrum ook met leegstand. Aan de hoge huurprijzen zal het niet liggen, want in het lijstje van duurste West-Vlaamse winkelsteden is Kortrijk naar de vijfde plaats getuimeld. Dat het Brugge, Oostende of Knokke moet laten voorgaan, lijkt nog logisch, maar dat ook het nabijgelegen Roeselare beter in de markt ligt, moet hard aankomen bij de trotse Kortrijkzanen.
Infrastructuurwerken: oorzaak of oplossing?
Kan het tij opnieuw keren voor Kortrijk? Trui Tydgat, directeur van het Stadsontwikkelingsbedrijf Kortrijk (voorheen Woonregie Kortrijk), toont zich alvast optimistisch. “Ik denk dat we nu op een kantelmoment staan,” zegt ze. “We merken dat de plaatselijke handelaars weer durven te investeren in hun zaak. ClaudiaSträter en Benetton zijn recent ook verhuisd naar ruimere panden. En er zijn ook enkele nieuwe merken opgedoken in het stadscentrum. Dat zijn toch tekenen dat men vertrouwen heeft in een herstel.”
De sterke achteruitgang van Kortrijk op de Belgische winkelstadkaart wijt Trui Tydgat in hoofdzaak aan een gebrek aan grote winkelpanden. De bekende (buitenlandse) winkelketens lieten Kortrijk daardoor links liggen, net zoals een belangrijk deel van het winkelende publiek.
Als verklaring voor het vertrouwensherstel verwijst Tydgat naar de grondige restyling van de Kortrijkse binnenstad – voor de heraanleg van de Grote Markt ging het stadsbestuur aankloppen bij de befaamde Italiaanse architecten en stedenbouwkundigen BernardoSecchi en PaolaVigano, de winkelstaten werden aangepakt door de Spaanse architect JordiFarrando en PhilippeCnockaert. En met de nieuwe ruime (zeshonderd parkeerplaatsen) parking onder de Veemarkt is de binnenstad beter bereikbaar dan ooit.
EvelienVanHoecke van Cushman& Wakefield Healey & Baker gelooft evenwel niet dat deze grote infrastructuurwerken zullen volstaan om van Kortrijk weer een topper onder de winkelsteden te maken. “Let wel,” zegt ze, “dergelijke investeringen zijn noodzakelijk. Een stad moet evolueren, moet zich vernieuwen om aantrekkelijk te blijven. Maar met een fraaie nieuwe infrastructuur alleen zet je geen scheve situatie recht.”
Meer zelfs, Van Hoecke is van oordeel dat de grote infrastructuurwerken in Kortrijk voor een deel oorzaak zijn van de huidige problemen. “Kortrijk is vele jaren een werf geweest. De werken hebben net iets te lang geduurd. Want in die periode is het winkelgedrag van de mensen gewijzigd. Vooral Roeselare heeft daar enorm van geprofiteerd. En ook het RingShoppingCenter in Kuurne heeft zich sterk weten te positioneren. Daar vind je wel een aantal grote ketenwinkels en bovendien kunnen de mensen daar gratis parkeren.”
Toch sluit ook Evelien Van Hoecke een Kortrijkse revival zeker niet uit. “De binnenstad van Kortrijk heeft vooral nood aan enkele belangrijke trekkers,” stelt ze. “Een grootschalige multifunctionele ontwikkeling bijvoorbeeld, zou in de strijd met Roeselare en Kuurne wat gewicht in de Kortrijkse schaal kunnen leggen.”
Twee winkelprojecten voor de binnenstad
Als dit een juiste analyse is, ziet het er goed uit voor Kortrijk. Het Stadsontwikkelingsbedrijf Kortrijk onderkent in ieder geval ook de nood aan een impulsproject voor het winkelgedeelte van de stad. En – gelukkig toeval – door de recente fusies in het onderwijs kwamen er midden het winkelwandelgebied twee schoolgebouwen leeg te staan. Ideaal ontwikkelingsgebied dus. Het Stadsontwikkelingsbedrijf ging op zoek naar privé-partners en vond die ook vrij snel.
Voor één van de twee sites, de lagere schoolBijstand plus een vijftiental omliggende handelspanden in de Wijngaard- en Sionstraat (totale oppervlakte 1600 vierkante meter), kon het Stadsontwikkelingsbedrijf begin juli zelfs al zeer concrete plannen voorstellen. In het multifunctionele complex komen ongeveer veertig appartementen, 800 vierkante meter winkelruimte en een vijftigtal ondergrondse parkeerplaatsen. De architecturale uitwerking is toevertrouwd aan het Roeselaarse Buro II. Voor de realisatie werd een publiek-private samenwerkingsstructuur opgericht (de NV Tsyon) met bouwonderneming VanRoey uit Rijkevorsel.
Aan de overzijde van de Sionstraat ligt het tweede potentiële ontwikkelingsgebied: de middelbare school Bijstand. De site met een totale oppervlakte van ongeveer 7700 m2 heeft drie mogelijke omsluitingen: langs de Sint-Jans-straat, de Wijngaardstraat en de Sionstraat. Zoals het project van Tsyon is er ook hier sprake van een mix van wonen, winkelen en (ondergronds) parkeren. Maar de grotere schaal en de bijzonder strategische ligging geven toch iets meer gewicht aan deze ontwikkeling. Trui Tydgat stelt zelfs dat “het welslagen van dit project cruciaal is om van Kortrijk weer een eersterangs winkelstad te maken. Het moet stedenbouwkundig en architecturaal een hoog niveau halen.”
Voor dit project gaat Kortrijk in zee met de Nederlandse projectontwikkelaar-investeerder Foruminvest, in ons land vooral bekend van het winkelcentrum Les Grands Prés in Bergen. Hoe denkt Foruminvest de hoge verwachtingen van Kortrijk te kunnen inlossen? “Foruminvest is gespecialiseerd in binnenstedelijke multifunctionele ontwikkelingen, dit is dus iets dat ons zeker ligt,” antwoordt PeterVerlinden, projectontwikkelaar bij Foruminvest. “We zijn ook door de stad uitgekozen na een open kandidatuurstelling waarbij onder meer Vlaams Bouwmeester bOb Van Reeth in de jury zat. Het lijkt ons trouwens interessant dat hij een adviesrol blijft vervullen bij dit project. Voor de uitwerking van het concept hebben we contact opgenomen met enkele internationaal gerenommeerde architectenbureaus.” Fo- ruminvest bestudeert momenteel verschillende scenario’s en toont zich optimistisch over de slaagkansen van het project. “We geloven echt in Kortrijk als Vlaamse inkoopstad in de Euroregio Rijsel-Kortrijk. En we stellen vast dat de grote enseignes erg geïnteresseerd zijn.”
Kunstenaarsnest op Buda
Het handelscentrum vitaliseren mag dan hoog op het prioriteitenlijstje staan, de Kortijkse ambities reiken verder. Zo profileert Kortrijk zich steeds nadrukkelijker als designstad van Vlaanderen. En als stad waar de betere architectuur een kans krijgt. Mooi voorbeeld daarvan is de uitbreiding van het stadhuis in het vroegere KBC-gebouw in de Leiestraat. De Brugse architectengroep noA realiseerde er met hippe kleuren en trendy meubilair een stadskantoor -nieuwe stijl. Kortrijk oogstte ook veel lof met de gedurfde aanleg van de begraafplaats op ‘t Hoge, opnieuw naar een ontwerp van Bernardo Secchi.
Het woningcomplex Leieboorden is dan weer van de hand van bOb Van Reeth. De Vlaamse Bouwmeester werkte met zijn bureau Architectenwerkgroep Antwerpen en met de architecten Lannoo-Snoeck ook mee aan de sporthal LangeMunte. Robbrecht en Daem tekenden het Bacob-bankgebouw op de hoek van de Wijngaardstraat, terwijl de Nederlandse architecten van Cepezed instonden voor de architectuur van het nieuwe VRT Radio 2-gebouw aan KortrijkExpo.
Bruggeling Stéphane Beel ontwierp het nieuwe gerechtsgebouw en stond eerder ook al in voor het onthaalgebouw van de universitaire campus Kulak. En op het Buda-Eiland mocht Beel (samen met LievenAchtergael) de oude brouwerijtoren Tack ombouwen tot een kunstenaarsatelier en productiecentrum.
Die culturele bestemming is geen toeval. Het Buda-eiland, een stukje stad geprangd tussen de twee armen van de Leie, moet volgens de Kortrijkse plannen- en beleidsmakers uitgroeien tot een ‘kunstenaarsnest’. Het project Buda-eiland û Kunsteneiland voorziet in een grondige herontwikkeling van het zeventien hectare grote gebied met een invulling die het bestaande culturele aanbod in de wijk (Kunstencentrum Pentascoop, de Tacktoren, het Broelmuseum) versterkt. Ingrepen in het openbaar domein, zoals het herstellen van het contact met het water en de bouw van nieuwe voetgangers- en fietsersbruggen, zouden de nieuwe identiteit van het eiland moeten ondersteunen. Aan het pres- tigieuze project hangt een prijskaartje van meer dan 18 miljoen euro. Maar, goed nieuws voor het Kortrijkse stadsbestuur: de Vlaamse overheid steekt de stad een handje toe in de vorm van een subsidie van 3 miljoen euro.
Laurenz Verledens
In de Wijngaard- en Sionstraat komen 40 appartementen, 800 vierkante meter winkelruimte en 50 ondergrondse parkeerplaatsen.
“We merken dat de plaatselijke handelaars weer durven te investeren in hun zaak. Dat zijn toch tekenen dat ze vertrouwen hebben in een herstel.”
Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier