‘Je kunt niet altijd zeggen dat het glas halfleeg is’

Kris Peeters en Koen Geens hebben “pijn aan de oren” als ze weer eens moeten horen dat de federale en Vlaamse regering de voorbije jaren onvoldoende gesaneerd hebben. De christendemocratische boegbeelden willen de komende vijf jaar de overheidsfinanciën verder saneren. Maar dan moeten er wel snel regeringen gevormd worden, want onzekerheid en een stijgende rente treffen vooral Vlaanderen.

Ze kennen elkaar al meer dan twintig jaar. Aan het begin van de nineties kwamen Kris Peeters en Koen Geens elkaar tegen in de Hoge Raad voor het Bedrijfsrevisoraat. Later zaten ze aan tafel tijdens vergaderingen van de Federatie van Vrije Beroepen. Koen Geens was toen een gerenommeerde zakenadvocaat, Kris Peeters het nummer één van de kmo-organisatie Unizo. Later had Vlaams minister-president Kris Peeters aan Koen Geens een loyale kabinetschef.

Vandaag zijn ze, als Vlaamse minister-president en federale minister van Financiën, twee CD&V-tenoren die de christendemocraten op 25 mei opnieuw boven de 20 procent moeten loodsen. Geen makkelijke opdracht, want de peilingen ogen niet rooskleurig. Maar Kris Peeters denkt aan de Nederlandse PvdA-leider Diederik Samsom, die op verkiezingsdag 10 procentpunt beter scoorde dan in de peilingen.

CD&V hoopt te overtuigen door duidelijk te maken waar het op staat. De christendemocraten streven naar een sluitende begroting in 2016. Van een uitstel tot pakweg 2018 — zoals N-VA bepleit — is geen sprake. “We zijn Europese engagementen aangegaan. Hoe sneller het evenwicht er is, hoe beter voor de overheidsfinanciën”, benadrukt Kris Peeters. “De komende twee jaar moet 10 miljard euro gesaneerd worden, waarvan 2,5 miljard door de deelstaten. Sommige van onze voorstellen, zoals het optrekken van het belastingvrije minimum, treden pas in 2017 in werking. We blijven ook werken aan de loonlastenverlaging.” Bovenop wat al in het concurrentiepact was opgenomen, staat in het verkiezingsprogramma van CD&V een bijkomende lastenverlaging van 3 miljard euro.

De Vlaamse begroting heeft al een licht overschot. Maar moet de volgende Vlaamse regering toch niet vooral besparen?

KRIS PEETERS. “Deze Vlaamse regering was ook al een besparingsregering. We hebben 2 miljard bespaard op een begroting van 25 miljard. Met de staatshervorming stijgt het budget naar 38 miljard euro, maar moeten we onze bijdrage leveren aan de sanering van de globale overheidsfinanciën. Als ik sommigen hoor zeggen dat we overschotten moeten boeken, wijs ik erop dat er heel wat uitdagingen zijn in de zorg en innovatie. Denk aan de nog altijd bestaande wachtlijsten, ook al is het zorgbudget met 30 procent verhoogd. Ook de middelen voor innovatie zijn met bijna een kwart gestegen.”

KOEN GEENS. “Voor het terugdringen van het begrotingstekort, moet niet precies in 2016 of 2017 de veldslag gewonnen worden. De lange termijn is belangrijk. Twee zaken zijn cruciaal voor de financiële markten en voor de bevolking. Ten eerste de schuldafbouw. Daarin zijn we vrij ambitieus: tegen 2020 moet de staatsschuld gedaald zijn tot 80 procent van het bbp. Daarnaast is er de pensioenopbouw. De Nationale Bank wees er onlangs op dat we driekwart van de prefinanciering van de pensioenen waarmaken als we jaarlijks een structureel overschot van 0,75 procent boeken. Daarom maakt CD&V zo’n punt van primaire overschotten. We kunnen de last niet naar de toekomst blijven doorschuiven. Wat Kris Peeters zegt over de zorg in Vlaanderen, spoort perfect met de federale pensioenlast. Als je ziet welke zorgbehoeften er zijn, dan kun je niet veel compromissen meer sluiten. Ga eens naar een instelling voor andersvaliden, dan zie je hoeveel dat kost aan mankracht en inzet.”

PEETERS. “Ik vind het vreemd dat sommige partijen pas in 2018 een begrotingsevenwicht willen bereiken.”

GEENS. “Zogezegd omdat er federaal onvoldoende inspanningen zijn gedaan. Zoiets horen, doet pijn aan de oren.”

Hoezo?

GEENS. “Er zijn voor 22 miljard euro inspanningen gedaan. Ik wil een mythe doorprikken. De overheidsfinanciën werden gesaneerd bij een economische groei van 0,4 procent. Het is niet eerlijk om de tekorten van vijf jaar geleden zomaar te vergelijken met die van vandaag. Je moet kijken welk beleid je hebt gevoerd. We praten over een fundamenteel meningsverschil. De mensen verstaan dat misschien niet, maar de ondernemingen zouden het wel moeten begrijpen.”

De fundamentele kritiek is dat het niet om 22 miljard besparingen gaat.

GEENS. “Ik had het over inspanningen. Die bestaan voor een derde uit besparingen, een derde extra lasten en een derde diverse maatregelen. Dat is de gouden regel van Herman Van Rompuy en die werkt. De meeste inspanningen waren structureel. Ik hoor dat er te weinig bespaard zou zijn. De kritiek van de N-VA luidt: het is maar 4 miljard, geen 22 miljard. Dat is economisch en rekenkundig fundamenteel fout.”

Is de verhouding 1/3-1/3-1/3 ook de komende jaren het schema om de overheidsfinanciën op orde te krijgen?

GEENS. “Wat mij betreft niet, maar met een zespartijenregering wordt het moeilijker. We moeten blijven inzetten op besparen in de uitgaven.”

Wat is voor u de ideale verhouding?

GEENS. “Wat het CD&V-programma zegt. We plannen een nominale bevriezing van de primaire uitgaven en een groeipad voor de sociale zekerheid van slechts 0,9 procent. Dat is relatief weinig. De vorige regering heeft de uitgaven voor volksgezondheid met nauwelijks 1 procent doen stijgen, de werkloosheidsuitgaven zijn in reële termen zelfs gedaald. We zullen proberen vol te houden en beter te doen. Ons plan van 17,4 miljard euro wordt slechts door 3 miljard nieuwe inkomsten gefinancierd.”

Is het ‘Belgische recept’ een gezonde manier om onze economie de volgende vijf jaar te beheren? Mag het geen pijn doen?

GEENS. “Wat mag geen pijn doen? Het is niet de bedoeling om de mensen pijn te doen om ze pijn te doen. Andere landen hebben met hun recepten veel minder groei gerealiseerd. België staat vandaag nog altijd een stuk verder dan zij, en heeft zijn bbp kunnen opkrikken tot boven het niveau van voor de crisis. Maar we klagen nu eenmaal graag. Wij zijn erin geslaagd om in een moeilijk land op alle niveaus te besparen: vorig jaar 2,6 procent deficit, dit jaar 2,2 procent. We hadden 2,15 procent beloofd. Maar blijkbaar is dat goede nieuws niet de moeite waard.”

Maakt u zich geen zorgen over de dalende marktaandelen van de Belgische bedrijven en hun verzwakte concurrentiepositie?

GEENS. “Dat zeg ik toch niet. Maar je kunt ook niet altijd zeggen dat het glas halfleeg is. Het Belgische recept betekent ook dat we de consumptie en de groei op peil hebben gehouden. Er is geen paniek geweest onder de bevolking. Het is moeilijk om het vertrouwen terug te brengen, maar we hebben het gedaan. De economie groeit volgens het Planbureau dit jaar met 1,4 procent en 0,4 procent in het eerste kwartaal. Uiteraard moeten we doorgaan met de loonlastenverlagingen. Het concurrentiepact dat ook met de deelstaten wordt afgesproken, mag er zijn.”

Too little too late, zeggen de bedrijven.

PEETERS. “De krimpende marktaandelen van Belgische bedrijven zijn een reden tot bezorgdheid. De loonkosten en de energiekosten zijn problemen. Naast de loonnorm pleit CD&V voor een energienorm. Wanneer onze elektriciteitsprijzen sneller stijgen dan in de buurlanden, dan moet het deel waar de overheid verantwoordelijk voor is, dalen. Daarnaast moeten we ons industrieel weefsel vernieuwen, zodat we zaken kunnen produceren die concurrentieel zijn los van de kosten. Ik ben positief gestemd, we hebben eraan gewerkt, denk aan het chemiekenniscentrum Fisch.”

Waarom bent u tegen een indexsprong? Uw partij heeft er in het verleden doorgevoerd, en in 2012 lag het idee ook op tafel van de federale regering.

PEETERS. “Mijn partij heeft daar inderdaad ervaring mee. Maar wie nu voor een indexsprong pleit, maakt de fout enkel de voordelen voor de bedrijven te zien, terwijl de federale overheid met minderinkomsten opgescheept wordt. De N-VA verwacht voor 1,7 miljard opbrengsten, maar dan klopt de rekening niet helemaal. We zijn ook bezorgd om de koopkracht van de mensen. Bovendien heeft het verleden ons geleerd dat een indexsprong enkel heilzaam is met een pak omkaderende maatregelen. Daar heb ik nog niks over gehoord.”

Over koopkracht gesproken: u pleit voor een harmonisering van de btw-tarieven. Daarmee raakt u de consument.

GEENS. “De belastingen op consumptie zijn in België niet zo hoog. De accijnzen behoren tot de laagste van Europa. Ons gemiddeld btw-tarief is 10 procent. Met een aantal btw-aanpassingen kan je vrij eenvoudig 1 miljard euro binnenhalen. Dat gaat over kleine convergenties of gelijkschakelingen. Dat zal geen enorme inspanning zijn.

“Hetzelfde geldt voor de fiscale aftrekposten. De Belgen vullen voor 60 miljard euro fiscale aftrekken in op hun belastingbrief. Dat is dus geld dat we niet innen. Als we daar 1 miljard kunnen halen — of 1/60ste — door de bedragen van een aantal posten niet te indexeren, dan hoeft niemand te panikeren. Dat doet geen pijn, en ligt in de lijn van wat men van een redelijke overheid mag verwachten.”

U was tegen de lagere btw op energie. De maatregel is er toch gekomen en kost volgend jaar 500 miljoen euro.

GEENS. “We hebben dat loyaal uitgevoerd. Het was een manier om de koopkracht te behouden en in tijden van lage inflatie geen indexering te moeten toekennen. We zullen dat eind 2015 evalueren. De mensen zijn tevreden, want hun energiefactuur is lager. De maatregel moest het competitiviteitspact mogelijk maken.”

Mag er een vermogensbelasting komen?

PEETERS. “We hebben al vermogensinkomstenbelastingen: roerende en onroerende voorheffing, successierechten, registratierechten… Kapitaal is zeer mobiel. Voor je het weet, heb je nog één element over en dat is onroerend goed. Maar daarop bestaan ook al belastingen.”

Moet langlopend kapitaal gelijkgesteld worden met andere vormen van sparen?

GEENS. “Dat stellen wij voor. De inkomsten uit spaarboekjes, langetermijnleningen en dividenden moeten allemaal van de vrijstelling van 1880 euro kunnen genieten, zodat de mensen aangemoedigd worden om meer risico te nemen. 250 miljard euro op de spaarboekjes is veel.”

Is een grote fiscale hervorming mogelijk, die wiedt in de lobbyfiscaliteit?

PEETERS. “CD&V wil de notionele-intrestaftrek voor minstens vijf jaar behouden, omdat rechtszekerheid en stabiliteit belangrijk zijn. Wij begrijpen niet dat sommige partijen die willen afbouwen en het tarief in de vennootschapsbelasting willen verminderen. Sectoren als chemie en farma zijn gevoelig voor zulke maatregelen. Zij vragen zekerheid. Een duaal systeem van vennootschapsbelasting kost trouwens tussen 1 en 3 miljard euro.”

GEENS. “We moeten komen tot een normale belastbare basis. Het zal u verwonderen, maar de notionele intrest wordt in het buitenland beschouwd als deel van de normale belastbare basis, omdat het eigen vermogen op een correcte manier wordt gelijkgeschakeld met het vreemd vermogen. Papers van Stanford University, en ze zijn niet op ons verzoek geschreven, leggen uit dat het Belgische systeem een van de beste is en school zal maken.”

Minister Geens, u reageerde gepikeerd op de uitspraken van Didier Reynders dat hij pestbelastingen liet passeren omdat ze vooral de Vlamingen raken.

PEETERS. “Was Koen gepikeerd? Dat viel nog mee.” (lacht)

GEENS. “Reynders krijgt Pontius Pilatus-allures, hij wast zijn handen in onschuld. Hij blijft maar herhalen dat hij voor de Vlamingen een goede minister van Financiën was, en dat wij de pestbelastingen hebben ingevoerd. Ofwel neem je dat ernstig, ofwel reageer je met stilzwijgen. Maar in een verkiezingscampagne doe je dat laatste niet, en zeg je waarop de dingen staan. Wat Reynders niet zegt, is dat wij zijn fouten uit het verleden hebben aangepakt.”

PEETERS. “Voor iemand die de ambitie heeft om vroeg of laat premier van dit land te worden, is dat een uitspraak waarmee hij vroeg of laat nog wordt geconfronteerd.”

Moet de volgende federale regering een meerderheid hebben in Vlaanderen?

PEETERS. “Het is normaal dat we daarvoor gaan. Ik vind het vreemd dat sommige partijen nu al zeggen dat dit voor hen niet hoeft. Als je 541 dagen onderhandelt en iedereen zit te smeken om een federale regering, dan moet je kijken hoe je eruit geraakt. Maar het is logisch dat we voor een Vlaamse meerderheid gaan.”

Kris Peeters Vlaams minister-president en Koen Geens premier. Is dat een droomscenario?

PEETERS. “Wij dromen nu van een goede campagne en een sterk resultaat. Ik denk niet aan wat na 25 mei gebeurt.”

GEENS. “Ik ben minister van Financiën en wil dat graag blijven.”

Wat als de financiële markten zenuwachtig worden en de rente stijgt naarmate een federale regering uitblijft?

PEETERS. “Eind 2011 hadden we een rente van 5,8 procent. Ondernemers kwamen op hun knieën smeken om een federale regering. Hun klanten maakten zich zorgen. Nu staat de rente op 2,1 procent nadat wij onze verantwoordelijkheid hebben genomen. Dat is de verdienste van de federale regering.”

De ECB heeft ook een rol gespeeld.

GEENS. “We zaten toen veel dichter bij Zuid-Europa, maar België is niet meegegaan met het zwakkere peloton. Dat was niet zo vanzelfsprekend. We moeten vermijden dat er een nieuwe renteopstoot komt. De Royal Bank of Scotland heeft ervoor gewaarschuwd. We hebben er allemaal belang bij om een regeringsvorming te vormen zoals Liz Taylor elke keer weer hertrouwde: keep it short.

PEETERS. “Het is eigenaardig dat een bank nu al waarschuwt voor een patstelling. Maar misschien merken we al snel na 25 mei dat de regeringsvorming zeer lang kan duren. En in 2011 hadden we nog een regionale regering, dat zal nu niet het geval zijn.”

U bent dus voorstander van een snelle federale regeringsvorming.

PEETERS. “Liz Taylor indachtig, ja. Maar er moet natuurlijk ook een goed regeerakkoord zijn.”

Is een lange formatieperiode geen wapen in de handen van Franstaligen? De hogere rente als pestbelasting?

PEETERS. “Vlaanderen is de meest open economie ter wereld. Als de langetermijnrente stijgt, doet dat de Vlaamse bedrijven relatief meer pijn. De Waalse economie, die meer overheidsgedreven is, ziet er toch anders uit. Zodra de knipperlichten beginnen te branden, komt er vanuit Vlaanderen een grotere druk om een federale regering te vormen. Ik heb de indruk dat de Franstaligen dat ook weten.”

Is dat geen Franstalig drukkingsmiddel?

PEETERS. “Voor ons is nu het belangrijkste dat er een sociaaleconomisch plan komt. Ik ga ervan uit dat dit ook voor Franstalig België belangrijk is. Het is onze grootste prioriteit dat de bedrijven weer meer jobs kunnen creëren, onder meer dankzij de aantrekkende economie.”

ALAIN MOUTON EN DAAN KILLEMAES, FOTOGRAFIE JELLE VERMEERSCH

“Twee zaken zijn cruciaal voor de financiële markten en voor de bevolking: de schuldafbouw en de pensioenopbouw” – Koen Geens

“Het verleden heeft ons geleerd dat een indexsprong enkel heilzaam is met een pak omkaderende maatregelen. Daar heb ik nog niks over gehoord” – Kris Peeters

Fout opgemerkt of meer nieuws? Meld het hier

Partner Content