Luc Tack (Picanol): meester van het weefgetouw

Luc Tack redde Picanol niet alleen van de ondergang, hij heeft de textielmachineproducent ook uitgebouwd tot een Vlaamse industriële sterkhouder. Het werd beloond met een eerste nominatie voor Trends Manager van het Jaar.

Luc Tack redde Picanol niet alleen van de ondergang, hij heeft de textielmachineproducent ook uitgebouwd tot een Vlaamse industriële sterkhouder. Het werd beloond met een eerste nominatie voor Trends Manager van het Jaar.

“Als je een machine van Picanol hebt, ben je nooit alleen.” Uit de mond van Luc Tack klinkt die uitspraak wat vreemd, omdat hij zich zelden laat verleiden tot wervende woorden. Maar de slagzin weerspiegelt wel een van de sterktes van Picanol. Als exportbedrijf is het actief in een volatiele wereldeconomie, maar in sombere sociale tijden voor Ford Genk en vele andere kon het onlangs toch een zeldzaam en welgekomen lichtpuntje bieden. Het Ieperse bedrijfsicoon meldde in zijn tussentijdse verslag voor het derde kwartaal dat het dit jaar in België al 125 mensen heeft aangeworven, van wie 50 in het derde kwartaal. En nog staan dertig vacatures open. Het bewijst de veerkracht van een bedrijf dat amper drie jaar geleden nog een vogel voor de kat leek.

Tack durfde het toen in volle economische crisis als enige aan geld te pompen in Picanol. De 51-jarige Deinzenaar, die in 2005 in Picanol was gestapt, legde in de zomer van 2009 15 miljoen euro op tafel. Hij kocht er de ruziënde familiale aandeelhouders mee uit en werd zelf CEO van de beursgenoteerde onderneming. Na een pijnlijke ontslagronde slaagde Tack erin het tij te keren, wat zich intussen overduidelijk heeft weerspiegeld in de fel aangezwollen aandelenkoers. Die ommekeer vrijwaarde meteen de toekomst van de bijna 1300 werknemers van Picanol in Ieper, onder wie een 200-tal met een tijdelijk contract. Wereldwijd telt de groep ruim 1900 personeelsleden.

Voeten op de grond

Tack laat zich de aandacht voor zijn bedrijf echter moeilijk welgevallen. Hij verafschuwt de personencultus en werkt veel liever ver van het voetlicht. “We werken hier iedere dag hard. We staan vroeg op en gaan laat slapen en vliegen de wereld rond. We hebben hier niet de mentaliteit veel bezig te zijn met onszelf. We timmeren aan de weg, en er is nog zeer veel werk te doen”, vindt Tack.

De vader van vijf benadrukt ook dat hij niet zomaar blind heeft geïnvesteerd in Picanol. Als geen ander kon hij de waarde van de machines van Picanol inschatten. Tack is namelijk een veteraan van de textielbranche en al veel langer eigenaar van verscheidene bedrijven in de sector, zoals de weverijen Ter Molst en Oostrotex. “Ik heb nooit getwijfeld aan de technologie en het kunnen van dit bedrijf. Ik had twintig jaar ervaring met machines van Picanol. Mijn schoonvader werkte zelfs al sinds 1974 met die machines.”

De spectaculaire ommekeer van Picanol heeft Tack ook allerminst doen zweven. “Boerenverstand en standvastigheid zijn heel belangrijk. Het is ook zeer belangrijk dat we met beide voeten op de grond blijven en dat de rekenmachine niet ver zit”, zei hij onlangs.

Beter dan de markt

Er viel in het derde kwartaal van dit jaar nog meer positief nieuws te rapen, hoewel Picanol zich schrap had gezet voor een zwaar 2012 en daarom zelfs geen dividend voor 2011 had uitgekeerd. De vraag naar nieuwe Picanol-machines bleef echter op een erg hoog niveau, waardoor de derdekwartaalomzet met 19 procent aandikte, vergeleken met dezelfde periode vorig jaar. Bovendien is het orderboek ondanks de volatiele markt goed gevuld, zodat de jaaromzet wellicht in lijn zal liggen met die van vorig jaar.”

Toch weigert Tack zich blind te staren op zulke cijfers. “We gaan nooit voor kortetermijnwinst, maar zullen altijd investeren voor de lange termijn. Ik ga hier nu niet wakker liggen van de winst van het volgende kwartaal. Ik moet ervoor zorgen dat wij er ook over tien en twintig jaar nog staan, en dat onze kinderen ook nog werk hebben”, klinkt het.

De textilien vindt trouwens dat de markt voor weefmachines helemaal niet zo goed presteert. “Maar Picanol doet het beter dan de markt. Dat is het resultaat van de jarenlange inzet van onze mensen in onderzoek en ontwikkeling en van de focus op kwaliteit en service. Picanol heeft de sterkte dat je kan rekenen op service, waar ook ter wereld. Als je een machine van Picanol hebt, ben je nooit alleen. We zullen je altijd ondersteunen in je business en altijd helpen.”

Geloof in de maakindustrie

Zelfs de aangekondigde sluiting van Ford Genk en veel ander recent banenverlies kunnen het positivisme van Tack niet temperen. “Als industrieel verandert mijn mening niet. Ik geloof enorm in de maakindustrie in Vlaanderen en Europa. Maar het is zeer belangrijk dat onze bedrijven verankerd zijn in Vlaanderen. Een van de sterktes van Picanol is dat wij als een van de weinige bedrijven in Vlaanderen lokale aandeelhouders, een lokaal management en een lokaal beslissingscentrum hebben, die tegelijkertijd hoogtechnologisch werken en wereldmarktleider zijn”, legt Tack uit.

“Als we allemaal pessimistisch zijn, gaan we de dieperik in”, zei hij daarover ook in een recent interview in Trends. Maar ook Picanol ontsnapt natuurlijk niet aan de loden last van de loonkosten. “Dat is een zware uitdaging, voor de divisie afgewerkte weefmachines maar vooral onze tweede afdeling, Industries (toelevering van onderdelen, elektronica en mechanica voor derden, nvdr) omdat die erg arbeidsintensief is. Daar wegen de loonkosten zwaar.”

Over volgend jaar durft Tack nauwelijks uitspraken te doen, maar hij houdt de moed erin. “We hebben een aantal nieuwe producten gelanceerd. Die moeten we nu voort uitrollen, want het belangrijkste is altijd een technologische voorsprong te behouden. Zo kunnen onze klanten geld verdienen met onze machines en kunnen ze ook meer machines kopen. Wij moeten ervoor zorgen dat zijn winnaars zijn, en dat kan alleen door hun betere technologie te bieden dan de concurrentie.”

Picanol wordt ook al geruime tijd gerekend bij de kandidaten voor een beursexit. Maar met dat idee heeft Tack al korte metten gemaakt. “Er zijn geen plannen om Picanol van de beurs te halen”, klonk het resoluut. “Je hebt veel voordelen. Je komt op de buitenwereld over als een sterk en transparant bedrijf. Klanten beseffen dat ze achteraf gesteund zullen blijven als ze hun bestellingen aan ons toevertrouwen.”

Bert Lauwers